AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Diefstallen, verduistering en heling met gevangenisstraf
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 20 mei 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van diefstal, verduistering en heling. De verdachte, geboren in 1992 en thans gedetineerd, was betrokken bij meerdere diefstallen in Utrecht. De rechtbank heeft op 6 mei 2014 een zitting gehouden waarbij de verdachte in persoon aanwezig was, bijgestaan door zijn advocaat, mr. A.C. Vingerling. De tenlastelegging werd op de zitting gewijzigd en de verdachte werd beschuldigd van het stelen van een laptop en een portemonnee uit een woning, alsook van het stelen van sieraden en een fiets. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie en de verdediging gehoord. De officier van justitie achtte niet alle ten laste gelegde feiten bewezen, maar verzocht om een veroordeling voor de bewezen feiten. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet alle feiten had gepleegd en vroeg om vrijspraak voor bepaalde onderdelen.
De rechtbank heeft de bewijsvoering zorgvuldig gewogen. Voor de diefstal van de laptop werd vastgesteld dat de verdachte deze had weggenomen door middel van inklimming. Getuigenverklaringen en foto’s ondersteunden de beschuldigingen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan de diefstal van de laptop en de verduistering van de mobiele telefoon. Voor de andere feiten, zoals de diefstal van sieraden en de fiets, werd de verdachte ook schuldig bevonden. De rechtbank legde een gevangenisstraf van negen maanden op, zonder voorwaardelijke straf, omdat de verdachte niet had kunnen overtuigen dat hij volledige medewerking zou verlenen aan bijzondere voorwaarden. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en het gebrek aan berouw van de verdachte. Daarnaast werd de vordering van de benadeelde partij toegewezen, waarbij de verdachte werd veroordeeld tot schadevergoeding van € 839,20, te vermeerderen met wettelijke rente.
Voetnoten
1.Het proces-verbaal van verhoor benadeelde [benadeelde 1], opgenomen op pagina 56-57, van het proces-verbaal met nummer PL091A-2013166787 Z, van politie regio Utrecht, in de wettelijke vorm opgemaakt en doorgenummerd van 1 tot en met 64.
2.Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1], in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 1 genoemde proces-verbaal, pagina 27.
3.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 1 genoemde proces-verbaal, pagina 34.
4.De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 6 mei 2014.
5.Het proces-verbaal van aangifte van[benadeelde 2], in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 1 genoemde proces-verbaal, pagina 44-45.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 1 genoemde proces-verbaal, pagina 50-51.
7.De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 6 mei 2014.
8.Het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde 3], opgenomen op pagina 66-67, van het proces-verbaal met nummer PL091A-2014037927 Z, van politie regio Utrecht, in de wettelijke vorm opgemaakt en doorgenummerd van 1 tot en met 95.
9.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 8 genoemde proces-verbaal, pagina 78.
10.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 8 genoemde proces-verbaal, pagina 42.
11.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 8 genoemde proces-verbaal, pagina 80-81.
12.Het proces-verbaal van aanhouding, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 8 genoemde proces-verbaal, pagina 14.
13.Het proces-verbaal van bevindingen, in de wettelijke vorm opgemaakt en opgenomen in het onder voetnoot 8 genoemde proces-verbaal, pagina 63.
14.Het geschrift, te weten een afschrift van aangifte, opgenomen in het onder voetnoot *** genoemde proces-verbaal, pagina 83-84.