ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ5239

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
13 maart 2013
Publicatiedatum
8 april 2013
Zaaknummer
16/656565-12 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor diefstal met ISD-maatregel opgelegd aan veelpleger met psychische problemen

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 13 maart 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal. De verdachte, die niet ter zitting verscheen, werd vertegenwoordigd door zijn advocaat, mr. L.W. Plantenga. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de argumenten van de verdediging. De verdachte heeft op 6 december 2012 in Amersfoort een hoeveelheid levensmiddelen, waaronder diverse soorten vlees en een tas, ter waarde van 31,99 euro weggenomen bij de Jumbo supermarkt. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen rechtvaardigingsgrond voor de diefstal aanwezig was en dat de verdachte eerder al meerdere keren was veroordeeld voor vergelijkbare misdrijven.

De rechtbank heeft in haar overwegingen het uittreksel uit de justitiële documentatie van de verdachte betrokken, waaruit bleek dat hij in de afgelopen vijf jaar ten minste drie keer was veroordeeld tot een vrijheidsbenemende straf. De verdachte is als veelpleger gelabeld en heeft een geschiedenis van verslaving aan verschillende middelen, waaronder cocaïne en heroïne. Daarnaast is hij gediagnosticeerd met een schizofrene stoornis en andere psychische problemen. De reclassering heeft geadviseerd om een ISD-maatregel op te leggen, gezien het hoge recidiverisico en de noodzaak voor klinische behandeling.

De rechtbank heeft het advies van de reclassering overgenomen en geoordeeld dat de veiligheid van goederen de oplegging van de ISD-maatregel eist. De verdachte werd veroordeeld tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de maximale duur van twee jaar. De rechtbank heeft geen reden gezien om de maatregel voor een kortere duur op te leggen, gezien de hardnekkige problematiek van de verdachte. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is ondertekend door de rechters en de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/656565-12 (P)
vonnis van de meervoudige strafkamer van 13 maart 2013
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1966] te [geboorteplaats],
gedetineerd in het Huis van Bewaring Wolvenplein te Utrecht.
1. Het onderzoek ter terechtzitting
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 27 februari 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en wat de advocaat, mr. L.W. Plantenga, naar voren hebben gebracht. De verdachte die niet is verschenen heeft zich ter terechtzitting laten verdedigen door zijn advocaat die daartoe uitdrukkelijk was gemachtigd.
2. Tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Een hoeveelheid levensmiddelen ter waarde van 31,99 euro heeft weggenomen bij de Jumbo supermarkt.
3. Voorvragen
De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.
4. Waardering van het bewijs
4.1 Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen te verklaren.
4.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft opgemerkt dat het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden.
4.3 Het oordeel van de rechtbank
Aangezien verdachte het feit heeft bekend en de raadsvrouw niet tot vrijspraak heeft gepleit, volstaat de rechtbank, met toepassing van artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering, met een opsomming van de bewijsmiddelen:
- De aangifte, gedaan door [Aangever], namens Jumbo Supermarkten;
- De bekennende verklaring, afgelegd door verdachte.
5. Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4 genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
op 6 december 2012 te Amersfoort met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid levensmiddelen, te weten diverse soorten vlees en een tas, met een totale waarde van 31,99 euro, toebehorende aan Jumbo supermarkt.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.
6. De strafbaarheid van het feit
Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar als diefstal.
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.
7. De strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.
8. Motivering van de straffen en maatregelen
8.1. De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte dient te worden veroordeeld tot een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD-maatregel) zonder ambtshalve toetsing.
8.2. Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft aangevoerd dat het ook mogelijk is om verdachte te veroordelen tot een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden. De verdediging heeft daartoe betoogd dat nog niet is gebleken dat verdachte zich zal onttrekken aan bijzondere voorwaarden en dat het ultimum remedium van een ISD-maatregel nog niet aan de orde is.
8.3. Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan diefstal. Diefstal is een feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan.
Blijkens het de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 6 december 2012 is verdachte in de afgelopen vijf jaren ten minste drie maal veroordeeld ter zake van misdrijven tot een vrijheidsbenemende straf. Deze straffen zijn ook ten uitvoer gelegd. De bewezen verklaarde diefstal is na de tenuitvoerlegging van deze straffen gepleegd.
Uit het de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie blijkt voorts dat verdachte zich vele malen heeft schuldig gemaakt aan – met name – vermogensdelicten. Deze delicten zorgen voor schade voor de betrokkenen en voor overlast voor de maatschappij.
Uit het rapport van GGZ Victas d.d. 20 februari 2013 blijkt het volgende. Verdachte is als veelpleger gelabeld en maakt zich met name schuldig aan verwervingscriminaliteit. Uit het rapport blijkt voorts dat verdachte al langdurig verslaafd is aan middelen, waarbij cocaïne, heroïne, methadon en alcohol worden genoemd. Daarnaast is verdachte gediagnosticeerd met een schizofrene stoornis. Verdachte hoort stemmen in zijn hoofd en er zijn aanwijzingen voor een posttraumatische stressstoornis en een paranoïde stoornis. De reclassering geeft aan dat verdachte er psychisch en lichamelijk slecht aan toe is. De reclassering acht het van belang dat verdachte klinisch psychiatrisch behandeld wordt. Het recidiverisico wordt ingeschat als hoog en er is een hoog risico op onttrekken aan voorwaarden. GGZ Victas adviseert een ISD-maatregel op te leggen.
Ter terechtzitting heeft C. Buist, toezichthouder van verdachte namens de reclassering, het rapport van GGZ Victas toegelicht. Hij heeft aangegeven dat een stevig kader nodig is, omdat reeds is gebleken dat een voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden ontoereikend is. Hij heeft voorts aangegeven dat er zo snel mogelijk met een klinische behandeling bij de kliniek van de Divisie Forensische Psychiatrie van de GGZ Noord Holland Noord in Heiloo dient te worden begonnen, omdat er grote zorgen zijn over het welzijn van verdachte. De kliniek in Heiloo is op 29 januari 2013 reeds akkoord gegaan met de opname van verdachte, nadat hij een intakegesprek heeft gehad op 23 januari 2013.
Op grond van bovenstaande, in onderling verband en in samenhang bezien, is de rechtbank van oordeel dat aan de gestelde voorwaarden in artikel 38m van het Wetboek van Strafrecht is voldaan.
De rechtbank neemt het advies van de reclassering GGZ Victas over en maakt de overwegingen in het rapport tot de hare. Op grond van bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van goederen de oplegging van de ISD-maatregel eist.
Alles afwegende zal de rechtbank aan verdachte de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor de maximale duur van twee jaren opleggen. De rechtbank is van oordeel dat deze maatregel passend en geboden is. Gelet op de inhoud van het rapport van de reclassering is de rechtbank van oordeel dat er geen reden is de maatregel voor een kortere duur op te leggen, nu niet te verwachten valt dat de hardnekkige problematiek van verdachte binnen een kortere periode behandeld kan worden. Derhalve zal de rechtbank de tijd die verdachte reeds heeft doorgebracht in verzekering en in voorlopige hechtenis niet in mindering brengen op de duur van de maatregel.
De rechtbank zal geen moment van ambtshalve toetsing opnemen, nu reeds bekend is naar welke kliniek verdachte zal gaan.
9. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing berust op de artikelen 38m en 310 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.
10. Beslissing
De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Diefstal.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, daarvoor strafbaar.
Gelast de plaatsing van verdachte in een inrichting voor stelselmatige daders voor de duur van twee jaren.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.S.K. Fung Fen Chung, voorzitter, mr. N.E.M. Kranenbroek en mr. V. van Dam, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. Willemsen, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 13 maart 2013.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan [verdachte] wordt ten laste gelegd dat
hij op of omstreeks 06 december 2012 te Amersfoort, althans in het
arrondissement Utrecht, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft
weggenomen een hoeveelheid levensmiddelen (te weten diverse soorten vlees en
een tas) met een totale waarde van 31,99 euro, in elk geval enig goed, geheel
of ten dele toebehorende aan Jumbo supermarkt, in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte;
art 310 Wetboek van Strafrecht