ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ4207
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling bij niet-ontvankelijkheid van eiseres in vorderingen tegen verkeerde partij
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 13 maart 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een vennootschap uit Genève, en gedaagde, een besloten vennootschap die zich bezighoudt met de inrichting van beurzen. Eiseres had gedaagde gedagvaard voor een vordering tot betaling van een bedrag van € 25.000,-, maar de kantonrechter oordeelde dat eiseres de verkeerde partij had gedagvaard. Eiseres had een overeenkomst gesloten met de dochteronderneming van gedaagde, genaamd Gedaagde Systeembouw, en niet met gedaagde zelf. Dit leidde tot de niet-ontvankelijkheid van eiseres in haar vorderingen.
De kantonrechter overwoog dat het op de weg van eiseres ligt om te verifiëren met wie zij contracteert en wie zij in rechte betrekt. In dit geval was het evident dat gedaagde, Tentoonstellingsbouw, welbewust had nagelaten om eiseres te informeren dat zij niet de juiste partij was. De rechter concludeerde dat de proceskosten moesten worden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij haar eigen kosten draagt. Dit vonnis benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij het aangaan van contracten en het indienen van rechtsvorderingen.
De uitspraak is openbaar gemaakt en onderstreept de verantwoordelijkheden van partijen in civiele procedures, vooral in situaties waar meerdere rechtspersonen betrokken zijn. De rechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen en tot een rechtvaardige beslissing gekomen.