In deze strafzaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 24 december 2013 uitspraak gedaan in een zaak tegen een verdachte die op 1 september 2013 in Woerden een straatroof heeft gepleegd. De verdachte heeft twee jongens, die hij die avond in een café had ontmoet, onder bedreiging van een (nep)vuurwapen beroofd van hun geld en I-phones. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. Tijdens de zitting op 10 december 2013 heeft de verdachte zich laten bijstaan door zijn advocaat, mr. J.O.A.N. de Vries. De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte schuldig werd bevonden aan afpersing en diefstal met geweld, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak van diefstal met geweld.
De rechtbank heeft de verklaringen van de aangevers en de verdachte zorgvuldig gewogen. De aangevers hebben verklaard dat de verdachte hen onder bedreiging van een pistool heeft gedwongen hun zakken leeg te maken. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig is aan de tenlastegelegde feiten, te weten diefstal met bedreiging van geweld en afpersing. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de impact op de slachtoffers en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn jeugdige leeftijd en het feit dat hij spijt heeft betuigd.
Daarnaast heeft de rechtbank een schadevergoeding toegewezen aan de benadeelde partij, [slachtoffer 1], ter hoogte van € 799,00, en de verdachte is veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt. De rechtbank heeft ook de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf gelast, maar de proeftijd verlengd met een jaar. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank Midden-Nederland, waarbij de rechters de zaak op een zorgvuldige en rechtvaardige manier hebben behandeld.