Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 24 april 2013
- het proces-verbaal van comparitie van 12 juni 2013.
2.De feiten
II.(…)
het recht tot realisering van de infrastructuur in een bouwplan te Drachten Oost(één en ander zoals nader omschreven in een deze akte gehechte bijlage).
driehonderdvijftigduizend euro (€ 350.000,00), belast met negentien procent (19%) omzetbelasting, zijnde zesenzestigduizend vijfhonderd euro (€66.500,00), welke koopsom met omzetbelasting (…) is voldaan.
ontbindende voorwaardevan het niet bereiken van inhoudelijke overeenstemming tussen [eiseres] en het Bouwfonds met betrekking tot de uitvoering van de voormelde infrastructuur te Drachten Oost, danwel bij het niet bereiken van de bedoelde inhoudelijke overeenstemming het niet kunnen leveren door het Bouwfonds van een vervangend project realisering infrastructuur.
Indien op 1 oktober 2009, danwel op elk moment daarna, [eiseres] geen overeenstemming als hiervoor bedoeld heeft kunnen bereiken danwel geen vervangend project als hiervoor bedoeld heeft geleverd gekregen, heeft [eiseres] het recht – en [gedaagde] alsdan de plicht om mee te werken – de hiervoor onder II.1. omschreven overdracht te ontbinden, onder de verplichting voor [gedaagde] om alsdan onverwijld aan [eiseres] de voormelde koopsom groot driehonderdvijftigduizend euro (€ 350.000,00) te restitueren. Indien alsdan omzetbelasting is verschuldigd, is deze door [gedaagde] verschuldigd boven de genoemde te restitueren koopsom ad driehonderdvijftigduizend euro (€ 350.000,00).
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
23 oktober 2013voor uitlating door [gedaagde] of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel;
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen;
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden november 2013 tot en met januari 2014 direct zal opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald;
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen;