9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 5 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen;
feit 2.A.: diefstal vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal makkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
feit 2.B.: poging diefstal vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd met het oogmerk om die diefstal makkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
47 dagen jeugddetentie, waarvan 30 dagen voorwaardelijk;
-stelt daarbij vast
een proeftijd van twee jaar;
- bepaalt dat de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht op de opgelegde gevangenisstraf;
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf bestaande uit
het verrichten van onbetaalde arbeid van 80 uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende jeugddetentie zal worden toegepast van 40 dagen;
- bepaalt dat de voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
- bepaalt dat de tenuitvoerlegging van het voorwaardelijke deel van de straf kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende
algemene voorwaardenhoudt:
1. dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit:
2. dat de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1van de wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
3. dat de veroordeelde medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
en als
bijzondere voorwaarde:
1. dat de veroordeelde zich binnen twee dagen na deze veroordeling meldt bij reclassering Leger des Heils, Zeehaenkade 30, 3526 LC Utrecht en zich gedurende door Reclassering Leger des Heils bepaalde perioden blijft melden zo frequent als deze instelling dat gedurende deze perioden nodig acht;
2. dat de veroordeelde zal deelnemen aan gedragsinterventies, bestaande uit GI-LdH CoVaplus (IQ 70-90) of GI-RN CoVa training afhankelijk van de uitkomsten van een IQ-test, waarbij de veroordeelde zich dient te houden aan de aanwijzingen zoals die gedurende door of namens de reclassering aan veroordeelde zullen worden gegeven;
3. dat de veroordeelde meewerkt aan een intakegesprek, en indien geadviseerd, ambulante begeleiding bij het Leger des Heils of soortgelijke hulpverleningsinstelling, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
waarbij Reclassering Leger des Heils opdracht wordt gegeven toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
- beveelt dat de op grond van artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
Voorlopige hechtenis
Heft op het - geschorste - bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.P.C.M. Waarts, voorzitter tevens kinderrechter, mr. E.A. Messer en mr. J.M.L.van Mulbregt, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. J.P. Wismeijer en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 6 december 2013.
BIJLAGE: De tenlastelegging
aan bovenbedoelde gedagvaarde persoon wordt tenlastegelegd dat
1.
(zaaksdossier 1)
hij op of omstreeks 04 januari 2012 te Nieuwegein (aan [adres 2]), althans in het arrondissement Utrecht, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van een portemonnee en/of geld, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] en/of [bedrijf] Nieuwegein, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s),
en/of
met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een tas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 1] en/of [bedrijf] Nieuwegein, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij en/of zijn mededader(s) (dreigend) op die [slachtoffer 1] af zijn gelopen en/of die [slachtoffer 1] hebben opgedragen zijn geld af te geven;
art 317 wetboek van strafrecht
art 312 wetboek van strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2.
A.
hij op of omstreeks 04 januari 2012 te Vianen, althans in het arrondissement Utrecht,tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een tas, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of (één of meer van) zijn mededader(s) (onverhoeds) die [slachtoffer 2] heeft benaderd en/of (met kracht) aan haar tas heeft getrokken;
(art 312 Wetboek van strafrecht)
en/of
B.
hij op of omstreeks 04 januari 2012 te Vianen, althans in het arrondissement Utrecht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg te nemen een tas, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, als volgt heeft gehandeld: zijnde en/of hebbende hij, verdachte, en/of (één of meer van) zijn mededader(s) (onverhoeds) die [slachtoffer 3] benaderd en/of (met kracht) aan haar tas getrokken (waardoor die [slachtoffer 3] ten val kwam) en/of aan haar tas getrokken terwijl zij op de grond lag, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
(art 312 Wetboek van strafrecht jo. art 45 Wetboek van strafrecht)
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
PROCES-VERBAAL van de in het openbaar gehouden terechtzitting van de rechtbank te Utrecht, enkelvoudige kamer in strafzaken, van
-
in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende op het adres [adres 1], [postcode] [woonplaats],
Aanwezig:
mr. , rechter, als lid van de enkelvoudige kamer,
mr. , officier van justitie
en als griffier
De rechter doet de zaak uitroepen.
In de zaal van de terechtzitting zijn verder aanwezig:
0 de raadsman/vrouwe van verdachte mr.
0 een tolk in de taal, genaamd
die in handen van de rechter op de bij de wet voorgeschreven wijze de eed/belofte aflegt zijn/haar taak als tolk naar zijn/haar geweten te zullen vervullen. Al hetgeen ter terechtzitting is gesproken of voorgelezen is door voornoemde tolk vertolkt.
0 De rechter spreekt het vonnis uit.
0 De rechter spreekt het vonnis uit en geeft verdachte kennis, dat hij/zij daartegen binnen 14 dagen hoger beroep kan instellen.
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal dat door de rechter en de griffier is vastgesteld en ondertekend.