Op 3 december 2013 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een verkeersongeval op 16 april 2011 te Nieuwegein. De verdachte heeft zich zodanig gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waarbij twee slachtoffers zwaar lichamelijk letsel hebben opgelopen. De verdachte bestuurde een auto zonder rijbewijs en zonder verzekering. Tijdens de zitting op 19 november 2013 is de verdachte in persoon verschenen, bijgestaan door zijn advocaat, mr. R.P. van der Graaf. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de verdediging. De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd en betreft onder andere het veroorzaken van een verkeersongeval door roekeloos rijgedrag, het rijden zonder rijbewijs en het rijden zonder verzekering.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is en dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak. De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend bewezen kunnen worden, terwijl de verdediging heeft verzocht om vrijspraak van het onderdeel 'roekeloos'. De rechtbank heeft de verklaringen van getuigen en de medische gegevens van de slachtoffers in haar oordeel betrokken. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte zeer verwijtbaar heeft gehandeld door met een hoge snelheid door de bebouwde kom te rijden en de controle over het voertuig te verliezen, wat resulteerde in een ernstig ongeval.
De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en heeft een gevangenisstraf van 5 maanden opgelegd, alsmede een rijontzegging voor de duur van 27 maanden. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot hechtenis van 4 weken voor het rijden zonder rijbewijs en 10 dagen voor het rijden zonder verzekering. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de overschrijding van de redelijke termijn in deze zaak. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter en de rechters de ernst van de feiten hebben meegewogen in hun beslissing.