ECLI:NL:RBMNE:2013:5831

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
21 november 2013
Publicatiedatum
22 november 2013
Zaaknummer
16-657266-12 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdachte veroordeeld voor bezit van kinderpornografisch materiaal over een periode van vijf jaar

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 21 november 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich gedurende een lange periode, van 1 januari 2006 tot en met 4 oktober 2011, schuldig heeft gemaakt aan het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderpornografisch materiaal. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in totaal 38.096 foto's en 2.051 videobestanden in zijn bezit had, die allemaal kinderpornografisch van aard waren. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 34 maanden, waarvan 23 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar, onder bepaalde voorwaarden waaronder behandeling voor zijn problematiek.

De rechtbank heeft tijdens de zitting op 7 november 2013 de vordering van de officier van justitie en de verdediging gehoord. De verdediging betoogde dat de tenlastelegging onvoldoende feitelijk was, maar de rechtbank oordeelde dat de dagvaarding geldig was en dat de verdachte voldoende op de hoogte was van de beschuldigingen. De rechtbank heeft ook de bewijsmiddelen beoordeeld, waaronder de in beslag genomen gegevensdragers en de verklaringen van de verdachte. De rechtbank concludeerde dat de verdachte een gewoonte had gemaakt van het bezit van kinderpornografisch materiaal.

De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten, de hoeveelheid materiaal en de impact op de slachtoffers. De verdachte is eerder veroordeeld voor vergelijkbare feiten en heeft een behandeling ondergaan, maar dit heeft hem er niet van weerhouden opnieuw in de fout te gaan. De rechtbank heeft daarom besloten om een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen, met als doel recidive te voorkomen. De verdachte moet zich houden aan de voorwaarden die zijn opgelegd, waaronder een meldingsgebod en een behandelverplichting.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16-657266-12 (P)
vonnis van de meervoudige strafkamer van 21 november 2013
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1963] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres].

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 7 november 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en de advocaat, mr. N. Sprengers, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
in de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 oktober 2011 te Utrecht 38.096 foto’s en/of 2.051 films en/of gegevensdragers bevattende kinderpornografisch materiaal heeft verspreid en/of openlijk tentoongesteld en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit heeft gehad, van welk misdrijf hij een gewoonte heeft gemaakt.

3.Voorvragen

3.1
Geldigheid van de dagvaarding
De raadsvrouw heeft ter terechtzitting betoogd dat de tenlastelegging onvoldoende feitelijk is en derhalve niet voldoet aan de daaraan op grond van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) gestelde eisen. De onderhavige tenlastelegging bevat een zeer groot scala aan omschrijvingen van seksuele gedragingen. Een feitelijke omschrijving van één of meer van de concrete afbeeldingen die de officier van justitie ten laste beoogt te leggen, ontbreekt echter. Hiermee is de feitelijke omschrijving van de seksuele gedragingen die in de tenlastelegging is opgenomen in zodanig algemene termen gesteld en zo weinig feitelijk, precies en identificerend, dat zonder nadere aanduiding niet duidelijk is op welke specifieke afbeeldingen in de tenlastelegging wordt gedoeld , aldus de verdediging.
De rechtbank overweegt hieromtrent als volgt.
De in de strafbepaling van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht voorkomende term “afbeelding van een seksuele gedraging” komt op zichzelf onvoldoende feitelijke betekenis toe. Een feitelijke omschrijving in de tenlastelegging is dan ook vereist.
In de onderhavige tenlastelegging is een aantal types van seksuele gedragingen per aandachtstreepje aangeduid. Tijdens een onderbreking van de terechtzitting op 7 november 2013 heeft de rechtbank een (door de officier van justitie meegebrachte) representatieve doorsnee van 79 afbeeldingen van het bij verdachte aangetroffen kinderpornografische materiaal bekeken. De rechtbank heeft daarbij door middel van eigen waarneming vastgesteld dat van alle in de tenlastelegging achter de aandachtstreepjes genoemde seksuele gedragingen zich een voorbeeld in deze representatieve doorsnee bevindt. De verdediging heeft tijdens dezelfde terechtzitting de mogelijkheid gekregen deze 79 afbeeldingen eveneens te bekijken, maar aangegeven daar geen gebruik van te zullen maken.
In de feitelijke uitwerking van het verwijt heeft het openbaar ministerie zich gebaseerd op de afbeeldingen en filmbestanden met kinderpornografisch materiaal die zijn aangetroffen op de gegevensbestanden van verdachte die op 4 oktober 2011 in de woning van verdachte in beslag genomen zijn. Verdachte heeft daarover tegenover de politie bekend dat het kinderpornografisch materiaal op zijn gegevensdragers bestaat uit poserende kinderen, penetratie van kinderen, ontuchtige handelingen tussen volwassenen en kinderen, ontuchtige handelingen tussen kinderen onderling en seks tussen kinderen en dieren. Deze seksuele gedragingen worden bij de verschillende gedachtestreepjes in de tenlastelegging genoemd.
Uit het vorenstaande blijkt dat verdachte aldus op de hoogte is van het verwijt dat hem door het openbaar ministerie wordt gemaakt. In dat licht bezien is de rechtbank dan ook van oordeel dat het verdachte voldoende duidelijk is waartegen hij zich dient te verweren. De wijze waarop de afbeeldingen in de tenlastelegging zijn aangeduid, is niet zodanig dat de verdachte daardoor in zijn verdediging is belemmerd. De dagvaarding is voldoende feitelijk en voldoet aan artikel 261 Sv. Derhalve is sprake van een geldige dagvaarding.
3.2
Overige voorvragen
Deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.Waardering van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich aan het ten laste gelegde heeft schuldig gemaakt.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte van het ten laste gelegde moet worden vrijgesproken.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1
De bewijsmiddelen [1]
Op 4 oktober 2011 heeft een onderzoek plaatsgevonden in de woning van verdachte aan de [adres] te [woonplaats]. Bij het onderzoek in de woning werden de volgende voorwerpen in beslag genomen:
- pc desktop met 3 harde schijven;
- pc desktop;
- externe harddisk Western Digital;
- gsm, merk LG;
- 30 cd/dvd’s [2] .
Op 11 januari 2012 heeft verdachte tegenover de zedenrecherche verklaard hij vaak met het zoekwoord ‘pedo’ op zoek was naar kinderporno. Verdachte zocht dingen van kinderen van 8 tot 15 jaar. Hij zocht ook met het zoekwoord ‘family’ en, zoals hij dat noemde ‘Russisch spul’. Verdachte verzamelde het materiaal. Verdachte sloeg de foto’s op een externe harde schijf op.
De in beslag genomen goederen zijn van verdachte. Het gaat om een pc desktop met drie harddisks, een pc desktop, een externe harddisk Western Digital, 30 cd/dvd’s en een gsm van het merk LG. Verdachte is de enige persoon die gebruik maakte van deze goederen. Het materiaal dat op de in beslag genomen gegevensdragers staat gaat van heel soft tot keihard.
De zedenrecherche heeft verdachte voorgehouden dat de pornografische bestanden die zijn aangetroffen op de onder verdachte in beslag genomen gegevensdragers materiaal bevat dat bestaat uit:
- 37% poserende meisjes tussen 4 en 11 jaar oud;
- 30% penetratie, ook van kinderen van jonger dan 2 jaar;
- 30% ontuchtige handelingen tussen volwassenen en kinderen en ook tussen kinderen;
- 1% seks tussen mensen en dieren, ook tussen kinderen en dieren.
Verdachte zegt hierop dat dit klopt en dat hij degene was die het kinderpornografisch materiaal opsloeg. Verdachte denkt dat hij 20% aan films en 80% aan foto’s met kinderpornografisch materiaal heeft gedownload [3] .
Op 4 oktober 2011 heeft verdachte verklaard dat hij langer dan vijf jaar geleden is begonnen met het downloaden van kinderporno. Op zijn hoofd pc staan links naar zijn externe harddisk H:/RO waarop dit materiaal is opgeslagen [4] .
De zedenrecherche heeft kinderpornografisch materiaal aangetroffen op de op 4 oktober 2011 aan de [adres] te [woonplaats] in beslag genomen:
- pc desktop met 3 harde schijven;
- pc desktop;
- externe harddisk Western Digital;
- gsm, merk LG;
- 30 cd/dvd’s.
In het dossier bevindt zich een collectiescan, zijnde een inhoudelijke beoordeling van het aangetroffen kinderpornografisch materiaal [5] . Uit deze collectiescan heeft de zedenrecherche een representatieve doorsnee van een aantal afbeeldingen samengesteld en aan de officier van justitie ter beschikking gesteld [6] .
De rechtbank heeft deze representatieve doorsnee, bestaande uit 79 afbeeldingen, tijdens een onderbreking van de terechtzitting op 7 november 2013 bekeken. De rechtbank heeft daarbij door middel van eigen waarneming vastgesteld dat van alle in de tenlastelegging achter de aandachtstreepjes genoemde seksuele gedragingen zich een voorbeeld in deze representatieve doorsnee bevindt [7] .
Uit het onderzoek door de zedenrecherche naar het kinderpornografisch materiaal op de gegevensdragers van verdachte bleek dat 37% van het onderzochte materiaal bestond uit afbeeldingen en videobestanden van poserende meisjes in de geschatte leeftijd tussen 5 en 11 jaar oud. Er werd ook materiaal aangetroffen met penetratie tussen volwassen mannen en kinderen onder de 2 jaar oud. Dit betrof zowel meisjes als jongens. Op ongeveer 30% van de afbeeldingen en videobestanden die zijn onderzocht is penetratie waar te nemen. Ongeveer 30% van het bekeken materiaal bevat afbeeldingen en videobestanden van kinderen waarmee ontuchtige handelingen worden gepleegd. Dit betreft zowel ontuchtige handelingen tussen minderjarigen onderling als tussen minderjarigen met volwassenen. Er werden afbeeldingen gezien waarbij was geëjaculeerd op het lichaam van het kind. In ongeveer 1% van het onderzochte materiaal werden afbeeldingen en videobestanden aangetroffen van seks met dieren waarbij ook kinderen betrokken waren [8] .
4.3.2
De bewijsoverwegingen
Hoeveelheid
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat bij gebreke aan een concrete omschrijving van één of meer van de afbeeldingen en/of films het onmogelijk is om na te gaan of, met name ten aanzien van de grootste categorie bestanden waarbij sprake is van uitsluitend poserende minderjarigen, ook daadwerkelijk sprake is van kinderpornografisch materiaal. Zonder de mogelijkheid vast te stellen welke van de genoemde afbeeldingen en films wel of niet kinderpornografisch zijn, moet worden geconcludeerd dat voor de op de tenlastelegging genoemde aantallen voldoende wettig en overtuigend bewijs ontbreekt, aldus de verdediging.
De rechtbank overweegt hieromtrent als volgt.
Bij het onderzoek van de gegevensdragers van verdachte heeft de zedenrecherche een selectie, te weten 47% van de afbeeldingen en 65% van alle videobestanden, bekeken. In totaal heeft de recherche in dit bekeken materiaal 38.096 afbeeldingen en 2.051 videobestanden aangetroffen en als kinderpornografisch geclassificeerd. De rechtbank leidt hieruit af dat verdachte in ieder geval deze hoeveelheden afbeeldingen en videobestanden met kinderpornografisch materiaal in zijn bezit heeft gehad. De rechtbank acht daarom wettig en overtuigend bewezen dat verdachte een groot aantal afbeeldingen met kinderpornografisch materiaal in bezit heeft gehad.
Gewoonte
Uit voormelde bewijsmiddelen en bewijsoverweging blijkt dat verdachte gedurende een lange periode, te weten 5 jaren, grote hoeveelheden kinderpornografisch materiaal in bezit heeft gehad. Verdachte heeft hiermee een gewoonte van dit misdrijf gemaakt.
4.3.3
Bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4.3.1 genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
op tijdstippen in de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 oktober 2011 te Utrecht meermalen een groot aantal afbeeldingen in bezit heeft gehad terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij telkens een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit:
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) en/of de mond/tong van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) en
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) en/of de mond/tong en
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt met (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong en
- het door een dier oraal en/of vaginaal met de mond/tong penetreren van het lichaam van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
- het door een dier likken en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en
- het door een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt likken en/of in de mond nemen en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een dier en
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een) erotisch getinte houding(en) op een wijze die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich vervolgens in opeenvolgdende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of waarna door het camerastandpunt en/of de onnatuurlijke pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)film(s) nadrukkelijk de ontblote geslachtsdelen in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en
- het masturberen boven/bij het lichaam en/of gezicht en/of ejaculeren op het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt terwijl op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is en/of waarbij de afbeelding aldus een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
van welk misdrijf hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5.De strafbaarheid van het feit

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar als
Van het plegen van het misdrijf van
Een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben, een gewoonte maken.

6.De strafbaarheid van verdachte

Psycholoog A.P. van der Burg heeft op 22 augustus 2013 gerapporteerd dat verdachte lijdende is aan een ziekelijke stoornis in de vorm van een ernstige depressieve stoornis en pedofilie. Daarnaast is sprake van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens in de vorm van een persoonlijkheidsstoornis N.A.O. met ontwijkende, obsessief compulsieve en narcistische trekken. Ten tijde van het ten laste gelegde was sprake van bovenbeschreven ziekelijke stoornis en gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Verdachte was in staat in te zien dat zijn handelen strafbaar was maar was in verminderde mate in staat zijn wil conform dit inzicht te bepalen. De feiten kunnen verdachte daarom in verminderde mate worden toegerekend.
De rechtbank neemt deze conclusie van deskundige Van der Burg over en maakt deze tot de hare.
Verdachte is strafbaar, omdat ook overigens niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.

7.Motivering van de straffen en maatregelen

7.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het door de officier van justitie bewezen geachte feit zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaren waarvan 2 jaren voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met als bijzondere voorwaarden een meldingsgebod, een behandelverplichting en medewerking aan onderzoek aan zijn gegevensdragers.
7.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft betoogd dat de rechtbank bij een eventuele strafoplegging rekening dient te houden met de volgende omstandigheden.
Verdachte heeft zich twee weken na de doorzoeking van zijn woning op 4 oktober 2011 vrijwillig onder behandeling gesteld bij De Waag. Hij is momenteel nog steeds onder behandeling bij De Waag. Daarnaast heeft verdachte volledig meegewerkt aan het onderzoek van de politie. Voorts heeft de raadsvrouw aangevoerd dat de redelijke termijn is geschonden. Daarbij komt ook dat verdachte sinds 2006 als medewerker technische dienst bij Aveant te Utrecht werkt. Oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zou een directe weerslag hebben op de thans voor betaalde arbeid en behandeling beschikbare tijd en financiële middelen van verdachte. Gelet hierop verzoekt de verdediging de rechtbank geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf aan verdachte op te leggen.
7.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft zich gedurende een lange periode, te weten van 1 januari 2006 tot en met 4 oktober 2011, schuldig gemaakt aan het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderpornografisch materiaal, namelijk in ieder geval 38.096 foto’s en 2.051 filmbestanden.
Het in bezit hebben van kinderporno is bijzonder verwerpelijk omdat bij de vervaardiging hiervan kinderen seksueel worden misbruikt en geëxploiteerd. Door het verzamelen van een enorme hoeveelheid films en foto’s, bevattende kinderpornografisch materiaal, heeft verdachte bijgedragen aan de vraag naar kinderporno en acht de rechtbank hem medeverantwoordelijk voor het in stand houden van seksueel misbruik en de seksuele exploitatie van de kinderen die op de beelden te zien zijn.
De rechtbank tilt er extra zwaar aan dat op een aantal van de bij verdachte in beslag genomen foto’s en/of films te zien is dat kinderen oraal, vaginaal en anaal worden gepenetreerd en dat ook kinderen van jonger dan 2 jaar seksueel worden gepenetreerd. Daarnaast zijn op de foto’s en filmbestanden seksuele handelingen tussen kinderen en dieren te zien waarbij ook penetratie plaatsvindt. Verder bestaat de collectie aan kinderpornografisch materiaal van verdachte uit het betasten van geslachtsdelen van kinderen, het kinderen op een zodanige manier laten poseren dat hun geslachtsdelen in beeld worden gebracht en het masturberen en/of ejaculeren bij of op het lichaam van kinderen.
Wat betreft de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op de inhoud van een de verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie van 26 september 2013. Hieruit blijkt dat verdachte op 14 oktober 2004 is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met als bijzondere voorwaarde een verplichte behandeling bij De Waag wegens ontucht plegen met een minderjarig kind, meermalen gepleegd, en gewoonte maken van het bezit en de verspreiding van kinderpornografisch materiaal. Het verontrust de rechtbank dat deze veroordeling noch voormelde behandeling bij De Waag verdachte ervan heeft weerhouden opnieuw kinderporno te gaan verzamelen.
Verder houdt de rechtbank bij de straftoemeting rekening met de omstandigheid dat verdachte ten aanzien van het bewezen verklaarde verminderd toerekeningsvatbaar is, zoals onder 6 vermeld.
Tevens neemt de rechtbank met betrekking tot de persoon van verdachte bij de strafoplegging in aanmerking dat psycholoog A.P. van der Burg op 22 augustus 2013 met betrekking tot verdachte heeft gerapporteerd dat het risico op herhaling zonder adequate behandeling groot lijkt. Eerdere behandeling bij De Waag heeft zijn vruchten afgeworpen maar onder invloed van de depressieve stoornis bleek verdachte niet bij machte voldoende weerstand aan zijn pedofiele impulsen te bieden. Met name de terugval in depressiviteit dient voorkomen te worden om nieuw hands-off delictgedrag uit te bannen. Hierbij valt te denken aan het blijven gebruiken van antidepressieve medicatie en, met enige regelmaat, verdachte thuis bezoeken om signalen van zelfverwaarlozing eerder op te merken. De psycholoog beveelt aan om verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldingsgebod en een behandelverplichting. Huisbezoeken dienen daarbij de kans op recidive te verlagen. Eén en ander dient onder toezicht van de reclassering te geschieden.
Voorts heeft de rechtbank bij de strafoplegging gelet op een reclasseringsadvies van 12 december 2012, opgemaakt door F. van der Groep, onder meer inhoudende het advies dat verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf wordt opgelegd met de volgende bijzondere voorwaarden: een meldingsgebod, een behandelverplichting en verplichte medewerking aan onderzoek aan zijn gegevensdragers.
Met betrekking tot de stelling van de raadsvrouw dat verdachte vrijwillig met een behandeling bij De Waag is begonnen, merkt de rechtbank op dat verdachte deze hulp pas is gaan zoeken nadat hij bij de doorzoeking van zijn woning in aanraking met de politie is gekomen. Voorafgaand aan de doorzoeking heeft verdachte zich jarenlang schuldig gemaakt aan het bezit van kinderpornografisch materiaal en heeft hij hiervoor geen hulp gezocht terwijl hij, naar eigen zeggen, wist dat hij laakbaar handelde en hierin afgleed sinds zijn eerder behandeling bij De Waag.
De rechtbank deelt de stelling van de raadsvrouw dat sprake is van schending van de redelijke termijn. Op 4 oktober 2011 heeft een doorzoeking van de woning van verdachte plaatsgevonden. Dit moment geldt als een moment waarop vanwege de Nederlandse Staat jegens verdachte een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kon ontlenen dat tegen hem ter zake van een bepaald strafbaar feit door het openbaar ministerie een strafvervolging zou worden ingesteld. Op 21 november 2013 wordt uitspraak in deze zaak gedaan. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de redelijke termijn, als bedoeld in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden met ruim een maand geschonden. De rechtbank zal hier bij de strafoplegging rekening houden.
De rechtbank acht, alles afwegende, een gevangenisstraf van 36 maanden waarvan 24 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met als bijzondere voorwaarden een meldingsgebod, een behandelverplichting en verplichte medewerking aan onderzoek aan zijn gegevensdragers, passend en geboden. Gelet op de schending van de redelijke termijn zal de rechtbank evenwel een gevangenisstraf opleggen van 34 maanden waarvan 23 voorwaardelijk met genoemde proeftijd en bijzondere voorwaarden.
Een eerdere veroordeling wegens onder meer het bezit en de verspreiding van kinderporno en een eerdere behandeling bij De Waag, hebben verdachte er niet van weerhouden om opnieuw kinderporno te verzamelen. De rechtbank zal verdachte een groot deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen met voornoemde bijzondere voorwaarden om te voorkomen dat verdachte nogmaals in de fout gaat.
Anders dan de verdediging is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de grote hoeveelheid aan kinderpornografisch materiaal die verdachte gedurende een lange periode in bezit heeft gehad en de ernst van de inhoud van het materiaal, niet enkel kan worden volstaan met oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d en 240b van het Wetboek van Strafrecht zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde en op de reeds aangehaalde artikelen
De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.

9.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart de dagvaarding geldig.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4.3.3 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert het navolgende strafbare feit op:
Van het plegen van het misdrijf van
Een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, in bezit hebben, een gewoonte maken.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van
34 maanden.
Beveelt dat een gedeelte, groot 23 maanden, van deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.
Stelt daarbij een proeftijd van 3 (drie) jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast, indien veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet aan de volgende voorwaarden houdt.
Stelt als algemene voorwaarden dat de veroordeelde
1. zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt.
en
3. medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
De tenuitvoerlegging kan ook worden gelast indien veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat veroordeelde:
4. zich binnen vijf werkdagen nadat hij het onvoorwaardelijk deel van de gevangenisstraf heeft uitgezeten, moet melden bij de Reclassering Nederland arrondissement Utrecht op het adres Vivaldiplantsoen 200 te Utrecht. Hierna moet hij zich blijven melden zo frequent en zo lang de reclassering dit noodzakelijk acht.
5. zich verplicht laat behandelen voor depressie en de neiging tot het downloaden van kinderporno bij De Waag of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering waarbij veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven.
6. verplicht de volgende bijkomende bijzondere voorwaarde naleeft en zich houdt aan de opdrachten van de reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van deze voorwaarde noodzakelijk zijn: medewerking verlenen aan onderzoek aan zijn gegevensdragers.
Geef opdracht aan de Reclassering Nederland om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Dit vonnis is gewezen door
mr. I.P.H.M. Severeijns, voorzitter,
mrs. A. van Maanen en J.A. Schuman, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J.M.T. Bouwman-Everhardus, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 november 2013.
BIJLAGE : De tenlastelegging
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 oktober 2011 te Utrecht, in elk geval in Nederland, één of meermalen een (groot aantal) afbeelding(en), te weten 38096 foto('s) en/of 2051 film's (fragmenten) en/of (een) gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) (telkens) heeft verspreid en/of openlijk tentoongesteld en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of in bezit heeft gehad terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit:
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) en/of de mond/tong) van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en)) en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt (met de penis en/of (een) vinger(s)/hand en/of (een) voorwerp(en) en/of de mond/tong) en/of
- het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt (met (een) vinger(s)/hand en/of de mond/tong) en/of
- het door een dier oraal en/of vaginaal (met de mond/tong) penetreren van het lichaam van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het door een dier likken en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten van een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt en/of
- het door een persoon die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt likken en/of in de mond nemen en/of betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen van een dier en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heet/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) gekleed is/zijn en/of opgemaakt is/zijn en/of poseert/poseren in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een) (erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zicht (vervolgens) in opeenvolgdende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en/of
- het masturberen boven/bij het lichaam en/of gezicht en/of ejaculeren op het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt terwijl op dat lichaam een op sperma gelijkende substantie zichtbaar is en/of (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.

Voetnoten

1.Indien hierna wordt verwezen naar paginanummers, wordt hierbij verwezen naar een bijlage bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van de politie, kinderpornoteam Midden-Nederland, genummerd 2010216947, van 20 februari 2012, doorgenummerde pagina’s 1 tot en met 136.
2.Proces-verbaal van inbeslagname, doorgenummerde pagina’s 74 en 75; proces-verbaal kennisgeving van inbeslagneming, doorgenummerde pagina’s 11 tot en met 14.
3.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, doorgenummerde pagina’s 34 tot en met 36.
4.Proces-verbaal van verhoor van verdachte, doorgenummerde pagina 25.
5.Proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, doorgenummerde pagina’s 129 tot en met 131
6.Proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, doorgenummerde pagina’s 125.
7.Proces-verbaal ter terechtzitting van 7 november 2013.
8.Proces-verbaal onderzoek in beslag genomen goed, doorgenummerde pagina’s 125 en 126.