Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[eiser sub 2],
[eiser sub 3],
1.De procedure
- de dagvaarding van 28 juni 2013 met producties, genummerd 1 tot en met 11;
- de bij faxbericht van 12 juli 2013 ingediende producties, genummerd 12 tot en met 16, van de zijde van [eisers] c.s.;
- de bij faxbericht van 12 juli 2013 ingediende productie, genummerd 17, van de zijde van [eisers] c.s.;
- de mondelinge behandeling gehouden op 15 juli 2013;
- de pleitnota van de zijde van [eisers] c.s.;
- de pleitnota van de zijde van [gedaagde];
- de ter zitting ingediende productie van de zijde van [gedaagde].
2.De feiten
4.De beoordeling
Welkom bij de[naam 1] …’. [gedaagde] erkent dat hij thans nog onder de oude handelsnaam zichtbaar is - hoge notering - op de zoekmachine Google. Verder voert [gedaagde] aan dat het bord bovenop de taxi’s leeg is en de stickers van de taxi’s zijn verwijderd. [gedaagde] voert tot slot aan dat hij zich niet kan vinden in de hoogte van de gevorderde proceskosten. Hij vindt deze te hoog.
“Het is verboden een handelsnaam te voeren, die, vóórdat de onderneming onder die naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig gevoerd werd, of die van diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover dientengevolge, in verband met de aard der beide ondernemingen en de plaats, waar zij gevestigd zijn, bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te duchten is.”
- € 408,00 (50% van het forfaitaire salaristarief van € 816,00),
- € 78,34 explootkosten (de gevorderde informatiekosten van € 7,00 worden beperkt, nu de vordering op dit punt niet in overeenstemming is met de landelijk gehanteerde tarieven (vgl. de aanbeveling "Vergoeding kosten uittreksel GBA en KVK” op www.rechtspraak.nl.)), en
- € 589,00 griffierecht.