ECLI:NL:RBMNE:2013:3063
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening motorcrossvereniging Utrecht na ongegrondverklaring hoofdzaak
Op 30 juli 2013 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak van de Motor Crossvereniging Utrecht (MCU) tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Het verzoek van MCU om een voorlopige voorziening werd afgewezen, omdat het beroep in de hoofdzaak (UTR 13/2441) ongegrond was verklaard. De zaak betreft een wijziging van geluidsvoorschriften van milieuvergunningen voor het motorcrosscircuit aan de Isotopenweg 27 te Utrecht, die door de gemeente ambtshalve zijn aangepast. MCU had beroep ingesteld tegen dit besluit en vroeg om een voorlopige voorziening, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat er geen aanleiding was voor het treffen van een dergelijke voorziening, gezien de uitkomst van de hoofdzaak.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat, op basis van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), een voorlopige voorziening alleen kan worden getroffen indien onverwijlde spoed dat vereist. Aangezien het beroep van MCU ongegrond was verklaard in een afzonderlijke uitspraak van dezelfde dag, was er geen reden om het verzoek om voorlopige voorziening te honoreren. De rechtbank had eerder ook uitspraak gedaan in een beroep van de Stichting Milieugroep Zuilen (SMZ), dat wel gegrond werd verklaard, wat leidde tot een gedeeltelijke vernietiging van het bestreden besluit.
De voorzieningenrechter, mr. J.M. Willems, heeft de beslissing in het openbaar uitgesproken, waarbij ook de griffier, mr. J.C. van Vuren, aanwezig was. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open, wat betekent dat de beslissing definitief is. De uitspraak is op dezelfde dag aan de betrokken partijen verzonden.