ECLI:NL:RBMNE:2013:2793

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 maart 2013
Publicatiedatum
18 juli 2013
Zaaknummer
16-701253-12
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in zaak van gewapende overval op tankstation in Rhenen

In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland, stond de verdachte terecht voor de verdenking van een gewapende overval op een tankstation in Rhenen op 27 november 2011. De rechtbank heeft op 28 maart 2013 uitspraak gedaan na een zitting op 14 maart 2013, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten hebben gepresenteerd. De officier van justitie stelde dat er wettig en overtuigend bewijs was dat de verdachte samen met medeverdachten de overval had gepleegd, onder andere gebaseerd op het gebruik van een Ford Ka die op naam stond van de zus van de verdachte. De verdediging betwistte echter dat er voldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen, en stelde dat de verdenking voornamelijk op suggesties was gebaseerd.

De rechtbank heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig afgewogen. Hoewel er aanwijzingen waren dat de verdachte betrokken zou kunnen zijn bij de overval, oordeelde de rechtbank dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om tot een veroordeling te komen. De rechtbank concludeerde dat de verdachte niet met zekerheid in de vluchtauto had gezeten en dat de bewijsvoering niet voldeed aan de eisen voor een veroordeling. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van het hem ten laste gelegde feit.

Dit vonnis benadrukt het belang van wettig en overtuigend bewijs in strafzaken en de rol van de rechtbank in het waarborgen van een eerlijk proces. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
parketnummer: 16/701253-12 [P]
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 28 maart 2013
in de strafzaak tegen
[verdachte]
geboren op [1993] te [geboorteplaats],
wonende te[adres], [woonplaats].
Raadsman mr. B.K. de Bruijn, advocaat te Utrecht.

1.Onderzoek van de zaak

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 14 maart 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat de advocaat van verdachte, mr. B.K. de Bruijn, naar voren heeft gebracht.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven op neer dat verdachte al dan niet samen met anderen op 27 november 2011 in Rhenen een tankstation heeft overvallen.

3.De voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde feit en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.De beoordeling van het bewijs

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het aan hem ten laste gelegde feit tezamen en in vereniging met medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] heeft begaan. Ter onderbouwing van dit standpunt heeft de officier van justitie gewezen op de Ford Ka die gebruikt is bij de overval en welke destijds op naam stond van de zus van verdachte, genaamd [verdachte]. [verdachte] heeft in dit verband verklaard dat verdachte vaak stiekem haar auto meenam en er dan regelmatig bekeuringen binnenkwamen. Zo is met deze Ford Ka een uur na de overval een snelheidsovertreding begaan op de Ring te Amsterdam. Gelet op de afstand tussen Rhenen en de plaats waar de overtreding is begaan en rekening houdend met een gereden snelheid van 140 kilometer per uur, is het mogelijk dat de snelheidsovertreding is begaan op de terugweg van de overval naar huis. Gelet hierop alsmede gelet op de verklaring van [verdachte] moet verdachte wel in de vluchtauto hebben gezeten en is hij daarmee een van de daders van de overval. Alles aldus de officier van justitie.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging is van mening dat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kan komen van het aan verdachte ten laste gelegde feit. Ondanks alle bevindingen die zich in het dossier bevinden, kan niet worden vastgesteld dat verdachte in de vluchtauto heeft gezeten. De verdenking tegen verdachte is gebaseerd op suggesties. De snelheidsovertreding die met de Ford Ka van de zus van verdachte is begaan, kan door een willekeurig persoon zijn begaan. Uit het dossier volgt niet wie op de betreffende datum in de Ford Ka heeft gezeten. Overigens volgt ook niet uit het dossier dat de Ford Ka van de zus van verdachte dezelfde Ford Ka is als de auto die is gezien bij het tankstation en waarin de daders gevlucht zouden zijn.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is met de verdediging van oordeel dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is om tot een bewezen verklaring van het ten laste gelegde feit te kunnen komen. In het dossier bevinden zich evenwel aanwijzingen dat verdachte bij de gewapende overval op het tankstation betrokken geweest zou kunnen zijn, maar dit levert niet het wettig bewijs op. Nu de rechtbank van oordeel is dat er slechts aanwijzingen in het dossier te vinden zijn die duiden op betrokkenheid van verdachte bij het aan hem ten laste gelegde feit, maar het wettig en overtuigend bewijs ontbreekt, zal de rechtbank verdachte van het hem ten laste gelegde feit vrijspreken.

5.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
-
spreekt verdachte vrijvan het hem ten laste gelegde feit.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A.A. van Kalveen, voorzitter, mr. I.P.H.M. Severeijns en mr. A. van Maanen, in tegenwoordigheid van mr. L.P. Stapel, griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 28 maart 2013.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
hij op of omstreeks 27 november 2011 te Rhenen, althans in het arrondissement
Utrecht, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het
oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
  • een hoeveelheid sigaretten en/of
  • euro, althans enig geldbedrag en/of
  • een hoeveelheid snoep,
in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan[naam] en/of BP tankstation, in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en / of vergezeld en / of gevolgd van geweld
en / of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en / of gemakkelijk te maken en / of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en / of aan (een) andere deelnemer(s) van
voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het
gestolene te verzekeren, welk geweld en / of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat
hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp, gericht
heeft/hebben (gehouden) op die[slachtoffer] en/of
- " liggen, liggen" en/of "ik wil je handen zien, ik wil je handen zien" en/of
"waar is de kluis, maak de kluis open", althans woorden van gelijke aard of
strekking heeft/hebben geroepen en/of
- die[slachtoffer] met dat (vuur)wapen, althans met dat op een (vuur)wapen
gelijkend voorwerp en/of met zijn hand op/tegen het (achter)hoofd heeft/hebben
geslagen en/of
- die[slachtoffer] op/tegen de rug, althans het lichaam heeft/hebben geschopt
en/of getrapt;
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht