ECLI:NL:RBMNE:2013:2700

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
14 maart 2013
Publicatiedatum
11 juli 2013
Zaaknummer
849625 UE VERZ 13-73
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst bij overweging werknemer overstap naar concurrent

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 14 maart 2013 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Real Enterprise Solutions Nederland B.V. (RES) en een werknemer, hierna aangeduid als [verweerster]. RES verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van verandering van omstandigheden, omdat [verweerster] had overwogen om in dienst te treden bij AppSense, een concurrent van RES. De werknemer was sinds 19 juli 2010 in dienst bij RES en had een concurrentiebeding in haar arbeidsovereenkomst. Tijdens de procedure werd duidelijk dat [verweerster] niet openhartig was geweest over haar sollicitatie bij AppSense, wat RES als een vertrouwensbreuk beschouwde.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verweerster] in een e-mail had gesuggereerd dat er een zeer kleine kans was dat zij naar een concurrent zou overstappen, terwijl zij op dat moment al in een vergevorderd stadium van de sollicitatieprocedure bij AppSense zat. RES voerde aan dat dit gedrag de betrouwbaarheid van [verweerster] in twijfel trok. Echter, de kantonrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat [verweerster] opzettelijk had geprobeerd om het concurrentiebeding te omzeilen of dat zij met kwade bedoelingen had gehandeld. De kantonrechter concludeerde dat de schimmigheid rondom de mogelijke overstap eerder voortkwam uit angst om de zekerheid van haar huidige positie op te geven.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter het verzoek van RES tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst afgewezen. RES werd veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van [verweerster]. De uitspraak benadrukt het belang van openheid en transparantie in de communicatie tussen werkgever en werknemer, vooral in situaties waarin concurrentiebedingen van toepassing zijn.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Civiel recht
kantonrechter
locatie Utrecht
zaaknummer: 849625 UE VERZ 13-73 k
Beschikking van 14 maart 2013
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Real Enterprise Solutions Nederland B.V.,
gevestigd te 's-Hertogenbosch,
verder ook te noemen RES,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. Y. van Gemerden,
tegen:
[verweerster],
wonende te [woonplaats],
verder ook te noemen [verweerster],
verwerende partij,
gemachtigde: mr. M.A. van Haelst.

1.De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift met aanvullende producties
  • het verweerschrift
  • de pleitnota van RES
  • de mondelinge behandeling van 20 februari 2013, waarvan aantekening is gehouden.
Hierna is uitspraak bepaald.

2.De feiten

[verweerster], geboren op [1975], is op 19 juli 2010 in dienst van RES getreden in de functie van marketing coördinator. Het dienstverband geldt thans voor onbepaalde tijd.
Het laatstgenoten brutoloon bedraagt € 4.308,75 per maand, exclusief 8% vakantiebijslag en overige emolumenten. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding opgenomen.
In de zomer van 2012 is een verbetertraject voor [verweerster] aangevangen, welk traject op 9 november 2012 positief is afgerond.
In een e-mail van 26 november 2012 heeft [verweerster] aan haar direct leidinggevende onder meer geschreven:

Did lots of thinking during the weekend. Tough decision of course, because there absolutely are lots of reasons why I would want to stay here. But the concerns I have keep popping up in my head…
I don’t want this whole ‘decision making process’ to take too long, because it’s giving me head spins. Especially when thinking of how to make this a smooth ‘transition’ for everyone. I don’t want RES and my direct colleagues to be disadvantaged, but I don’t want to take any personal risks, as I can’t afford to not have a job at all…
So, preferably I would like to get things moving, and see if we can all start fresh at the beginning of next year. But if we do it like this, I do need to know for sure RES will not be ‘in my way’ if I run into an opportunity at some company RES sees as competition and wants to keep me to the clause in our contract. Wouldn’t be my first choice of course and chances are small, but you never know.
Op 3 december 2012 hebben [verweerster] en haar direct leidinggevende hierover gesproken. Tijdens dit gesprek heeft [verweerster] verteld dat zij een aanbod had gekregen om bij AppSense in dienst te treden. AppSense is een concurrent van RES.
Op 3 december 2012 en 4 december 2012 hebben gesprekken tussen [verweerster] en andere medewerkers van RES plaatsgevonden over de kwestie. Uitkomst daarvan is dat RES [verweerster] zou houden aan het concurrentiebeding.
[verweerster] is op 4 december 2012 vrijgesteld van werkzaamheden.

3.Het verzoek en het verweer

RES verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van verandering van omstandigheden. Zij voert daartoe het volgende aan:
RES is onaangenaam verrast door het feit dat [verweerster] wekenlang heeft verzwegen dat zij een sollicitatie had lopen bij de grootste concurrent van RES, te weten AppSense, terwijl RES een verbetertraject had gestart om [verweerster] een mooie toekomst bij RES te bieden. In de e-mail van 26 november 2012 schreef [verweerster] nog dat zij de kans op indiensttreding bij een ander zeer klein acht, terwijl zij zich toen al in een vergevorderd stadium van de sollicitatieprocedure bij AppSense bevond. En in het gesprek van 3 december 2012 heeft [verweerster] geprobeerd om op slinkse wijze toestemming te krijgen om bij AppSense in dienst te treden door te proberen de naam achter te houden. Dit heeft RES doen twijfelen aan de betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van [verweerster]. Daarnaast heeft [verweerster] gezegd dat zij, ook wanneer zij wordt gehouden aan het concurrentiebeding, op zoek gaat naar een andere werkgever. Voorts heeft [verweerster] ondanks het verzoek van haar direct leidinggevende om met niemand over het aanbod van AppSense te praten, deze informatie met collega’s gedeeld. Ook heeft [verweerster] vanaf haar privémail e-mails gestuurd met in de bijlage documenten van RES. Dit betekent dat [verweerster] gegevens van RES naar haar privémail heeft gestuurd en dit probeerde zij kennelijk te verbergen. Daarnaast heeft zij een lijst van klanten en prospects opgevraagd en in een Excel-bestand laten zetten. Dit alles heeft tot een vertrouwensbreuk geleid.
[verweerster] heeft gemotiveerd verweer gevoerd op de inhoud waarvan hierna - voor zover van belang - zal worden ingegaan. [verweerster] concludeert primair tot afwijzing van het verzoek en subsidiair tot toekenning van een vergoeding.

4.De beoordeling

De kantonrechter heeft zich ervan vergewist of het verzoek verband houdt met het bestaan van enig opzegverbod, hetgeen niet het geval is.
Vast staat dat [verweerster] niet open en transparant is geweest over een mogelijke overstap naar concurrent AppSense. In de e-mail van 26 november 2012 heeft [verweerster] immers voorgewend dat er een zeer kleine kans was dat zij naar een concurrent zou willen overstappen en gevraagd om in dat geval bevrijd te worden van het concurrentiebeding, terwijl zij op dat moment al in een vergevorderd stadium van de sollicitatieprocedure bij AppSense zat.
RES heeft uitgebreid uiteengezet dat zij groot belang heeft bij handhaving van het concurrentiebeding en dat AppSense een belangrijke concurrent is. Daartegen heeft [verweerster] ook geen verweer gevoerd. De kantonrechter kan zich in die omstandigheden voorstellen dat RES hierdoor is gaan twijfelen aan de betrouwbaarheid van [verweerster].
De kantonrechter acht echter onvoldoende aannemelijk dat [verweerster] dit met kwade bedoelingen heeft gedaan. Niet gebleken is dat [verweerster] op slinkse wijze heeft geprobeerd RES over te halen het concurrentiebeding te laten vervallen: ze heeft daar simpelweg om gevraagd zonder de naam van AppSense te noemen. Het opvragen van lijsten met klanten en prospects heeft voor de vrijstelling van werkzaamheden plaatsgevonden en vormde onderdeel van het werk van [verweerster], zodat hieruit niet kan worden afgeleid dat [verweerster] waardevolle informatie wilde ‘meenemen’ naar AppSense. Niet gebleken is dat [verweerster] deze informatie in een Excel-bestand heeft gezet of laten zetten. [verweerster] heeft het sturen van informatie vanaf haar privémail naar RES, althans een office manager bij RES, verklaard als zorgvuldige overdracht van werk. Het is de kantonrechter niet duidelijk hoe [verweerster] hiermee de vertrouwelijkheid zou hebben geschonden; zij stuurt juist informatie – die wegens synchronisatie op verschillende apparaten staat – naar het werk en de office manager behoort tot RES en moet daarmee geacht worden dezelfde geheimhouding te betrachten.
Er zijn dus geen, althans onvoldoende, aanknopingspunten om aan te nemen dat [verweerster] RES heeft willen benadelen. De schimmigheid over een mogelijke overstap naar AppSense in de eerste fase van overleg lijkt veeleer te zijn ingegeven uit een zekere angst om de zekerheid van RES op te geven en om de naam van AppSense te noemen omdat het een belangrijke concurrent van RES is. Hiermee heeft [verweerster] wellicht een deukje in het vertrouwen van RES veroorzaakt, maar dit deukje rechtvaardigt nog niet het predicaat ‘hoogverraad’ noch de consequentie van ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Wanneer zij collega’s over haar mogelijke overstap zou hebben ingelicht, maakt dit het oordeel niet anders.
Het is aan [verweerster] om te laten zien dat zij nog immer een loyaal en gemotiveerd medewerker van RES is. Het is daarbij aan haar of zij alsnog op zoek gaat naar een andere werkgever, waarbij het concurrentiebeding en de geheimhouding wordt gerespecteerd. Of [verweerster] eerder heeft verklaard alsnog weg te willen bij RES acht de kantonrechter in het kader van de onderhavige procedure niet relevant.
Nu het verzoek wordt afgewezen, zal RES worden veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van [verweerster].

5.De beslissing

De kantonrechter:
wijst het verzoek af;
veroordeelt RES in de proceskosten aan de zijde van [verweerster], tot de uitspraak van deze beschikking begroot op € 400,00 aan salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gegeven door mr. K.G.F. van der Kraats, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 14 maart 2013.