ECLI:NL:RBMNE:2013:2625

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
3 juli 2013
Publicatiedatum
4 juli 2013
Zaaknummer
16-711549-10
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verduistering uit dienstbetrekking door commercieel directeur van Frigo Group Logistics B.V.

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 3 juli 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een commercieel directeur van Frigo Group Logistics B.V. De verdachte werd beschuldigd van verduistering van geldbedragen die toebehoorden aan de onderneming, gepleegd in de periode van 28 februari 2008 tot en met 14 september 2008. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met een ander, in totaal € 20.000,-- heeft verduisterd door middel van betalingen en overboekingen. De tenlastelegging omvatte meerdere feiten van verduistering, die zich in verschillende periodes en locaties hebben voorgedaan, waaronder Houten, Oslo, Kroatië en Italië.

Tijdens de zitting op 19 juni 2013 heeft de rechtbank de vordering van de officier van justitie en de verdediging gehoord. De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd voor een deel van de tenlastelegging, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan de verduistering van de gelden. De rechtbank heeft daarbij de verklaringen van de aangeefster en andere getuigen meegewogen, evenals de bankafschriften die de verdachte in verband met de verduistering hebben gebracht.

De rechtbank heeft de verdachte gedeeltelijk vrijgesproken van enkele feiten, maar heeft hem uiteindelijk veroordeeld tot een taakstraf van 120 uren, subsidiair 60 dagen hechtenis. Daarnaast is de verdachte veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij, Frigo Group Logistics B.V., ter hoogte van € 15.647,77, vermeerderd met wettelijke rente. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de gevolgen voor de benadeelde partij in haar overwegingen meegenomen, evenals het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld voor strafbare feiten.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Strafrecht
Zittingslocatie Utrecht
Parketnummer: 16/711549-10 (P)
vonnis van de meervoudige strafkamer van 3 juli 2013
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1957] te [geboorteplaats],
wonende te [adres],[woonplaats].

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 19 juni 2013.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van wat verdachte en de advocaat, mr. J.C. Hesen, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

De tenlastelegging is op de zitting gewijzigd.
De tenlastelegging is, met wijziging, als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1 primair: in de periode van 28 februari 2008 tot en met 2 mei 2008 te Houten en/of Oslo samen met een ander 20.000 euro (10.000 euro tussen 27 februari 2008 en 3 maart 2008 en 10.000 euro tussen 27 april 2008 en 4 mei 2008) van Frigo Group Logistics B.V en/of Frigo Group B.V. heeft verduisterd, terwijl hij deze gelden uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich had;
Feit 1 subsidiair: in de periode van 28 februari 2008 tot en met 2 mei 2008 te Houten en/of Oslo samen met een ander 20.000 euro (10.000 euro tussen 27 februari 2008 en 3 maart 2008 en 10.000 euro tussen 27 april 2008 en 4 mei 2008) van Frigo Group Logistics B.V en/of Frigo Group B.V. heeft gestolen;
Feit 1 meer subsidiair: in de periode van 28 februari 2008 tot en met 2 mei 2008 te Houten en/of Oslo samen met een ander Frigo Group Logistics B.V en/of Frigo Group B.V. heeft opgelicht;
Feit 2 primair: in de periode van 24 juni 2008 tot en met 14 september 2008 te Houten en/of Kroatië en/of Italië 1.108,20 euro, 2.800,69 euro en 4.539,57 euro van Frigo Group Logistics B.V. en/of Frigo Group B.V heeft verduisterd, terwijl hij deze gelden uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich had;
Feit 2 subsidiair: in de periode van 24 juni 2008 tot en met 14 september 2008 te Houten en/of Kroatië en/of Spanje en/of Italië 1.108,20 euro, 2.800,69 euro en 4.539,57 euro van Frigo Group Logistics B.V. en/of Frigo Group B.V heeft gestolen door middel van een valse sleutel;

3.Voorvragen

De dagvaarding is geldig, deze rechtbank is bevoegd tot kennisneming van de ten laste gelegde feiten en de officier van justitie is ontvankelijk. Er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.Waardering van het bewijs

4.1
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van het onder feit 1 primair en subsidiair tenlastegelegde.
De officier van justitie heeft gevorderd het onder feit 1 meer subsidiair tenlastegelegde en het onder feit 2 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen te verklaren.
De officier van justitie heeft zich daarbij gebaseerd op de aangifte, de verklaring van aangeefster ter terechtzitting en de overige bewijsmiddelen in het dossier.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit en daartoe - kort weergegeven - het volgende aangevoerd.
De bedragen van 10.000 euro die zijn overgemaakt, betroffen (achterstallig) salaris van [medeverdachte] en (achterstallige) loonbelasting. Dit zijn bedragen die het bedrijf Frigo moest betalen. Verdachte heeft zich deze bedragen niet toegeëigend.
Ten aanzien van de onder feit 2 ten laste gelegde bedragen heeft de verdediging aangevoerd dat dit uitgaven zijn die op zakelijke reizen zijn gedaan, met uitzondering van de € 1.108,20 die verdachte bij een juwelier heeft uitgegeven. Ten aanzien van de € 1.108,20 heeft de verdediging opgemerkt dat dit bedrag later is verrekend met het salaris van verdachte.
4.3
Het oordeel van de rechtbank [1]
Partiële vrijspraak ten aanzien van feit 1 primair
De rechtbank constateert dat op 28 februari 2008 een geldbedrag van € 10.000,-- is overgemaakt door Frigo Group Logistics B.V. aan [medeverdachte].
Op 3 maart 2008 maakt [medeverdachte] een bedrag van € 7.000,-- over aan verdachte.
Verdachte heeft verklaard dat het geldbedrag dat eind februari 2008 is overgemaakt achterstallig salaris betreft voor [medeverdachte]. Het bedrag is op haar privé rekening gestort, omdat het filiaal in Noorwegen op dat moment nog niet over een zakelijke bankrekening beschikte, aldus verdachte.
De rechtbank overweegt dat de wijze waarop de geldbedragen zijn overgemaakt vragen oproept. Er is echter onvoldoende bewijs om vast te stellen dat het geld dat is overgemaakt aan [medeverdachte] geen salaris betreft. De rechtbank acht de verklaring van verdachte ook niet zo onwaarschijnlijk dat deze als niet aannemelijk terzijde kan worden gesteld. De rechtbank zal verdachte daarom partieel vrijspreken van het bedrag van € 10.000,-- dat is overgemaakt op 28 februari 2008.
Het bewijs ten aanzien van feit 1 primair
De rechtbank acht het onder feit 1 primair tenlastegelegde voor het overige wettig en overtuigend bewezen op grond van het navolgende.
[aangeefster]heeft namens Frigo Group Logistics B.V. aangifte gedaan van verduistering tegen verdachte en[medeverdachte]. Frigo Group Logistics B.V. is gevestigd in Houten. [2]
Verdachte was vanaf 1 januari 2007 commercieel directeur van Frigo Group Logistics B.V.. Op 25 september 2008 is hij op non-actief gesteld. [3]
Aangeefster [aangeefster]heeft ter zitting verklaard dat verdachte een batch klaar zette voor de betalingen die moesten worden verricht. Aangeefster kon niet zien om wat voor betalingen het ging. Zij deed slechts “de druk op de knop”. Aangeefster heeft dit gedaan op goed vertrouwen. [4]
Op 27 april 2008 verzendt verdachte de volgende e-mail aan [medeverdachte]. [5]
“[medeverdachte],
Ik heb vandaag 10k overgemaakt naar Frigo Noorwegen. Deze betaling moet je overboeken naar je privé-rekening met als kenmerk, verrekening achterstallig LB Jan-Apr.
Dan dit bedrag weer overboeken op mijn rekening met als kenmerk terugbetaling diversen. Graag over boeken met SPOED kosten voor mij.
Hiermee kan ik dan [A]en wat achterstallige betalingen doen.
Dank je
Met vriendelijke groet, best regards,
[verdachte]
Managing Director
Frigo Group Logistics”
Op de bankrekening van FGL Noorwegen, gevestigd in Oslo, wordt op 29 april 2008 NOK 79.790,52 bijgeschreven, met vermelding “Frigo Group Logistics”. Dit betreft omgerekend € 10.000,--. [6]
Vervolgens wordt via die rekening op 30 april 2008 NOK 79.790,50 overgemaakt naar de bankrekening van[medeverdachte]. [7]
Op 2 mei 2008 wordt op de bankrekening van verdachte met rekeningnummer [rekeningnummer] een bedrag van € 10.047,92 bijgeschreven, afkomstig van[medeverdachte].
Op 6 mei 2008 wordt vanuit de bankrekening van verdachte met rekeningnummer [rekeningnummer] een bedrag van € 5.000,-- overgemaakt naar [A] onder vermelding van “[X] gedeeltelijke terug betaling lening resterend 3000 euro”.
Op 6 mei 2008 wordt vanuit de bankrekening van verdachte met rekeningnummer [rekeningnummer] een bedrag van € 3.800,-- overgemaakt naar het buitenland ten gunste van “[verdachte],[adres] [woonplaats]”.
Op 8 mei 2008 wordt vanuit de bankrekening van verdachte met rekeningnummer [rekeningnummer] een bedrag van € 1.100,-- overgemaakt aan F. van Lanschot Bankiers in Antwerpen. [8]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 1 primair
De rechtbank overweegt met betrekking tot het bewijs het volgende. De rechtbank stelt vast dat er op 29 april 2008 omgerekend € 10.000,-- wordt gestort op de Noorse bankrekening van Frigo Group Logistics. Dit bedrag wordt direct daarna overgeboekt naar de privé rekening van[medeverdachte]. Enkele dagen later boekt zij ruim € 10.000,-- naar de privé rekening van verdachte.
De rechtbank acht de verklaring van verdachte dat dit bedrag achterstallige loonbelasting betreft, niet aannemelijk geworden. De enkele aanwijzing in de mail van verdachte dat bij betaling moet worden vermeld “verrekening achterstallig LB Jan-Apr” is daartoe onvoldoende. De rechtbank moet er immers rekening mee houden dat verdachte juist in strijd met de waarheid heeft willen voorwenden dat het ging om achterstallige loonbelasting. Nog daargelaten dat verdachte op geen enkele manier heeft onderbouwd dat daadwerkelijk sprake was van (Noorse) loonbelasting, duidt de omvang van het bedrag er niet op dat sprake was van loonbelasting. Het bedrag is ook niet voor loonbelasting aangewend, maar is op de rekening van verdachte gestort. De dossierstukken bieden geen aanknopingspunten voor de conclusie dat het loonbelasting betreft. De rechtbank gaat dan ook voorbij aan dit standpunt.
Uit het verzonden e-mailbericht op 27 april 2008 leidt de rechtbank af dat verdachte aan[medeverdachte] de opdracht heeft gegeven om het bedrag over te boeken naar haar eigen rekening en vervolgens door te boeken naar hem. De rechtbank is van oordeel dat hier sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking en daarom van medeplegen.
Nu[medeverdachte] de beschikking had over de gelden van Frigo Group Logistics B.V. uit hoofde van haar functie, zij en verdachte deze gelden zonder toestemming voor privé aangelegenheden hebben aangewend en nu zij dit verborgen hebben gehouden voor aangeefster, is de rechtbank van oordeel dat verdachte de € 10.000,-- samen met een ander heeft verduisterd.
Partiële vrijspraak ten aanzien van feit 2 primair
De rechtbank constateert dat in Malaga € 2.800,69 is betaald met de zakelijke creditcard waar verdachte uit hoofde van zijn functie over beschikte. De rechtbank kan echter uit het dossier niet met zekerheid afleiden dat de reis naar Malaga een privéreis is geweest. De verklaring van verdachte dat het een zakelijke reis betreft, wordt onvoldoende weerlegd met de inhoud van de bewijsmiddelen in het dossier. Ook is deze verklaring, mede gelet op de verklaring van getuige [getuige 1], niet onaannemelijk of zo onwaarschijnlijk dat de verklaring reeds daarom terzijde moet worden gesteld. De rechtbank zal verdachte daarom ten aanzien van het bedrag van € 2.800,69 partieel vrijspreken.
Het bewijs ten aanzien van feit 2 primair
De rechtbank acht het onder feit 2 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen op grond van het navolgende.
[aangeefster]heeft namens Frigo Group Logistics B.V. aangifte gedaan van verduistering tegen verdachte en[medeverdachte]. [9]
Aangeefster [aangeefster]heeft verklaard dat zij heel vaak tegen [verdachte] heeft gezegd dat hij geen privé uitgaven mocht doen met de zakelijke creditcard. [10]
Er werden geen werkzaamheden door Frigo verricht in Italië. De uitgaven vanaf november 2007 tot en met september 2008 zijn niet verrekend met het salaris van verdachte. [11]
Uit de creditcardgegevens van verdachte blijkt dat hij in de periode van 12 tot en met 14 september 2008 in verband met een reis naar Milaan een bedrag van 4.539,57 euro heeft betaald of opgenomen met de zakelijke creditcard. Ook heeft hij op 26 juni 2008 in Kroatië 1.108,20 euro betaald bij [B]. [12]
[K], de accountant van Frigo Group Logistics B.V., heeft verklaard dat [aangeefster] op 2 juni 2008 heel duidelijk aan [verdachte] heeft laten weten dat ze niet meer wilde dat [verdachte] privé uitgaven met de zakelijke creditcard deed. [13]
[K] heeft voorts verklaard dat [verdachte] vanaf juni/juli 2008 geen bonnen meer heeft ingeleverd, maar beloofde dit wel te doen. Vanaf juli 2008 heeft [verdachte] de creditcardafschriften niet meer geboekt. [14]
[A] heeft verklaard dat zij op 13 september 2008 in Milaan was met [verdachte]. [verdachte] heeft de reis geregeld en betaald. De reis had niets met Frigo te maken. Ze zijn in Milaan naar de Formule 1 geweest. [15]
Verdachte heeft verklaard dat de afschrijving bij [B] in Kroatië van € 1.108,20 een privé uitgave is geweest bij een juwelier. [16]
Bewijsoverwegingen ten aanzien van feit 2 primair
De rechtbank stelt vast dat verdachte over een zakelijke creditcard beschikte en hiermee privé uitgaven heeft gedaan. Uit de verklaringen van aangeefster en van de accountant van Frigo Group Logistics B.V. blijkt dat verdachte hier geen toestemming voor had. Ook blijkt uit de verklaring van de accountant dat verdachte geen inzicht verschafte in zijn uitgaven.
Op grond van de bewijsmiddelen acht de rechtbank daarom wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de genoemde geldbedragen heeft verduisterd.
De rechtbank overweegt ten overvloede dat een eventuele verrekening met het salaris van verdachte zowel gedwongen als achteraf is gebeurd en daarom niet van belang is voor de bewezenverklaring van het tenlastegelegde. Dat aangeefster de bedragen wilde verrekenen betekent uiteraard niet dat deze uitgaven waren toegestaan.

5.Bewezenverklaring

De rechtbank acht op grond van de in rubriek 4. genoemde bewijsmiddelen bewezen dat verdachte
1.
Primair
op een tijdstip in de periode van 28 februari 2008 tot en met 02 mei 2008 in de gemeente Houten en in Oslo, Noorwegen, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk een geldbedrag, te weten in de periode van 27 april 2008 tot en met 4 mei 2008 een geldbedrag van ongeveer 10.000,-- Euro dat toebehoorde aan Frigo Group Logistics B.V. en welk goed verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking van commercieel directeur van Frigo Group Logistics, in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
2.
Primair
op tijdstippen in de periode van 24 juni 2008 tot en met 14 september 2008 in Kroatië en Italië, opzettelijk
  • op 26 juni 2008 een geldbedrag van ongeveer 1.108,20, en
  • in de periode van 12 september 2008 tot en met 14 september 2008 een geldbedrag van in totaal 4.539,57 Euro,
die toebehoorden aan Frigo Group Logistics B.V. en welke goederen verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking van commercieel directeur van Frigo Group Logistics, in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

6.De strafbaarheid van het feit

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar als
Feit 1 primair: medeplegen van verduistering, gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft;
Feit 2 primair: verduistering, gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd.
Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

7.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.Motivering van de straffen en maatregelen

8.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor de door haar bewezen geachte feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden.
8.2.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit. De verdediging heeft overigens geen strafmaatverweer gevoerd.
8.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich meermalen schuldig gemaakt aan het verduisteren van gelden. Verdachte had deze gelden uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich. Door zo te handelen heeft verdachte Frigo Group Logistics B.V. benadeeld en het vertrouwen van zijn werkgever geschaad. De rechtbank neemt dit verdachte kwalijk.
De rechtbank heeft gelet op het de verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 18 maart 2013, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor het plegen van een strafbaar feit.
De rechtbank houdt er verder rekening mee dat de veroordeling strafbare feiten uit 2008 betreft en dat de feiten dus van enige tijd geleden zijn.
De rechtbank zal een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie is gevorderd, omdat de rechtbank, in tegenstelling tot de officier van justitie, ten aanzien van een deel van de geldbedragen op de tenlastelegging tot vrijspraak komt. Ook heeft de officier van justitie opgemerkt dat zij rekening houdt met aanwijzingen in het dossier voor meer strafbare feiten. Het staat de rechter op zichzelf vrij om bij de strafoplegging rekening te houden met een niet ten laste gelegd feit, maar uitsluitend
  • wanneer het gaat om een ad informandum gevoegd feit;
  • wanneer dit feit kan worden aangemerkt als een omstandigheid waaronder het bewezenverklaarde is begaan, dan wel;
  • wanneer de verdachte voor dit feit onherroepelijk is veroordeeld en de vermelding van dit feit dient ter nadere uitwerking van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
De rechtbank zal dan ook geen rekening houden met andere strafbare feiten die uit het dossier zouden blijken.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een werkstraf voor de duur van 120 uren, subsidiair 60 dagen hechtenis, passend en geboden is. De rechtbank zal deze straf dan ook aan verdachte opleggen.

9.Ten aanzien van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel

Vast is komen te staan dat de benadeelde partij Frigo Group Logistics B.V.
,als gevolg van de hiervoor bewezen geachte feiten rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank waardeert deze op € 15.647,77 (vijftienduizendzeshonderdzevenenveertig euro en zevenenzeventig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 27 april 2008 tot aan de dag der algehele voldoening, aan materiële schade. De vordering kan dan ook tot dat bedrag worden toegewezen. Dat dit bedrag reeds is voldaan of verrekend is niet aannemelijk geworden.
Voorts zal verdachte worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken.
In het belang van de benadeelde partij voornoemd wordt als extra waarborg voor betaling de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte opgelegd.
Behandeling van het restant van de vordering levert een onevenredige belasting van het strafgeding op. Daarom is de benadeelde partij in dat deel van de vordering niet-ontvankelijk. De benadeelde partij kan het bij de burgerlijke rechter aanbrengen.

10.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 22c, 22d, 24c, 36f, 47, 57, 322 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde en op de reeds aangehaalde artikelen

11.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
Feit 1 primair: medeplegen van verduistering, gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft;
Feit 2 primair: verduistering, gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte, daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot
een taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, van 120 uren, met bevel, voor het geval dat de verdachte de taakstraf niet naar behoren heeft verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 60 dagen.
Wijst de vordering van Frigo Group Logistics B.V. toe tot een bedrag van € 15.647,77 (zegge vijftienduizendzeshonderdzevenenveertig euro en zevenenzeventig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 27 april 2008 tot aan de dag der algehele voldoening.
Veroordeelt verdachte tot betaling van het toegewezen bedrag aan Frigo Group Logistics B.V., tot een bedrag van € 10.000,-- hoofdelijk, dat wil zeggen dat verdachte in zoverre dient te betalen behalve voor zover deze vordering al door of namens een ander is betaald.
Veroordeelt verdachte voorts in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering is en bepaalt dat dit gedeelte kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter.
Legt verdachte de verplichting op ten behoeve van Frigo Group Logistics B.V., aan de Staat
€ 15.647,77 (zegge vijftienduizendzeshonderdzevenenveertig euro en zevenenzeventig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van 27 april 2008 tot aan de dag der algehele voldoening, te betalen, tot een bedrag van € 10.000,-- hoofdelijk, dat wil zeggen dat verdachte in zoverre dient te betalen behalve voor zover dit bedrag al door of namens een ander is betaald, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis van 113 dagen. De toepassing van die hechtenis heft de hiervoor opgelegde verplichting niet op.
Bepaalt dat, indien en voor zover verdachte aan een van de genoemde betalingsverplichtingen heeft voldaan, daarmee de andere is vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.P. den Otter, voorzitter, mr. M.J. Grapperhaus en mr. C.S.K. Fung Fen Chung, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. Willemsen, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 3 juli 2013.
Mr. Fung Fen Chung is buiten staat dit vonnis mee te ondertekenen.
BIJLAGE: De tenlastelegging
Aan [verdachte] wordt ten laste gelegd dat
1.
Primair
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 28 februari
2008 tot en met 02 mei 2008 in de gemeente Houten, in elk geval in Nederland
en/of Oslo, in elk geval in Noorwegen, (telkens) tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk een/meerdere
geldbedrag(en), althans girale tegoeden tot een totaal van 20.000,-- Euro, te
weten
- in of omstreeks de periode van 27 februari 2008 tot en met 03 maart 2008
een bedrag van ongeveer 10.000,-- Euro en/of
- in of omstreeks de periode van 27 april 2008 tot en met 4 mei 2008 een
geldbedrag van ongeveer 10.000,-- Euro en/of
in elk geval enig geldbedrag, dat / die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan
Frigo Group Logistics B.V.en/of Frigo Group B.V., in elk geval aan een ander
of anderen dan aan verdachte en / of zijn mededader(s), en welk(e) goed(eren)
verdachte en / of zijn mededader(s) uit hoofde van zijn persoonlijke
dienstbetrekking van / als commercieel directeur van Frigo Group Logistics, in
elk geval anders dan door misdrijf onder zich had(den), wederrechtelijk zich
heeft toegeëigend; (zaakdossier 1)
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 28 februari
2008 tot en met 02 mei 2008 in de gemeente Houten, in elk geval in Nederland
en/of Oslo, in elk geval in Noorwegen, (telkens) tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een geldbedrag van in totaal 20.000,-- Euro, in elk geval enig geldbedrag,
geheel of ten dele toebehorende aan Frigo Group Logistics B.V.en/of Frigo
Group B.V, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en / of
zijn mededader(s);
(zaakdossier 1)
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 4 Wetboek van Strafrecht
Meer subsidiair
hij in of omstreeks de periode van 28 februari 2008 tot en met 2 mei 2008 te Houten, althans in Nederland en/of in Oslo, althans in Noorwegen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een (of meer( listige kunstgr(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, Frigo Group Logistics B.V. en/of Frigo Group B.V. heeft/hebben bewogen tot de afgifte van twee maal 10.000,00, in elk geval van enig goed, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven oogmerk – zakelijk weergegeven – opzettelijk valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid een batch klaargezet, met daarin opgenomen onder meer bovengenoemde bedragen als ware dit verschuldigde betalingen aan derden, waardoor Frigo Group Logistics B.V. en/of Frigo Group B.V. (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
2.
Primair
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 24 juni 2008 tot
en met 14 september 2008 in de gemeente Houten, in elk geval in Nederland
en/of in Kroatie en/of Italie, opzettelijk
- op of omstreeks 26 juni 2008 een geldbedrag van ongeveer 1.108,20, in elk
geval enig geldbedrag en/of
  • in of om omstreeks de periode van 5 augustus 2008 tot en met 10 augustus 2008 een geldbedrag van ongeveer 2.800,69 euro en/of
  • in of omstreeks de periode van 12 september 2008 tot en met 14 september
2008 een geldbedrag van in totaal 4.539,57 Euro, in elk geval enig geldbedrag,
dat / die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan Frigo Group Logistics
B.V.en/of Frigo Group B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan
verdachte, en welk(e) goed(eren) verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke
dienstbetrekking van / als commercieel directeur van Frigo Group Logistics, in
elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft
toegeëigend;
(zaakdossier 3)
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 322 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 24 juni 2008 tot
en met 14 september 2008 in de gemeente Houten, in elk geval in Nederland
en/of in Kroatie en/of in Spanje en/of Italie, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigeningeen/meerdere geldbedrag(en) (tot een totaal van
8.448,46 heeft weggenomente weten:
  • op of omstreeks 26 juni 2008 een geldbedrag van ongeveer 1.108,20 Euro en/of
  • in of omstreeks de periode van 5 augustus 2008 tot en met 10 augustus 2008
een geldbedrag van ongeveer 2.800,69 en/of
- in of omstreeks de periode van 12 september 2008 tot en met 14 september
2008 een geldbedrag van ongeveer 4.539,57 Euro,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Frigo Group
Logistics B.V.en/of Frigo Group B.V, in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs
heeft verschaft en / of de / het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik
heeft gebracht door middel van een valse sleutel, te weten de hem door de
Frigo Group Logistics B.V. en/of Frigo Group B.V. voor zakelijke uitgaven ter
beschikking gestelde creditcard;
(zaakdossier 3)
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 311 lid 1 ahf/sub 5 Wetboek van Strafrecht

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Dit betreft 7 ordners met onderzoeksnaam 096FRIGO, doorgenummerd van pagina 1 tot en met 2500, opgemaakt door Politie Utrecht. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Voor zover sprake is van geschriften als bedoeld in artikel 344, eerste lid, aanhef en onder 5º, van het Wetboek van Strafvordering worden deze alleen gebruikt in verband met de inhoud van de overige bewijsmiddelen.
2.Het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [aangeefster], pagina 322B en 323.
3.Het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [aangeefster], pagina 689 en 690.
4.De verklaring van getuige [aangeefster], afgelegd ter terechtzitting van 19 juni 2013.
5.Bijlage 16, pagina 481.
6.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 28 en het overzicht van bankafschriften, pagina 665.
7.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 29 en het overzicht van bankafschriften, pagina 665.
8.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 1105 en 1106.
9.Het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [aangeefster], pagina 322B en 323.
10.De verklaring van getuige [aangeefster], afgelegd ter terechtzitting van 19 juni 2013.
11.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 985.
12.Het proces-verbaal van bevindingen, pagina 73 en 74 en kopie rekeningafschrift pagina 581 en 586.
13.Het proces-verbaal van het verhoor van getuige [K], pagina 790.
14.Het proces-verbaal van bevindingen betreffende het verhoor van getuige [K], pagina 2349.
15.Het proces-verbaal van het verhoor van getuige [A], pagina 303.
16.De verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 19 juni 2013.