ECLI:NL:RBMID:2012:BX8205
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige uitlatingen over belangenverstrengeling in vaccinatieadvies
In deze zaak hebben de Staat der Nederlanden en Roeland Arnold Coutinho Van der Linde gedagvaard wegens onrechtmatige uitlatingen over belangenverstrengeling en privébelangen bij vaccinatieadviezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat Van der Linde tijdens een uitzending van het radioprogramma 'Avondspits' en het televisieprogramma 'De Moraalridders' beschuldigingen heeft geuit aan het adres van Coutinho, die werkzaam is bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Van der Linde stelde dat Coutinho en het RIVM zich lieten leiden door zakelijke belangen van de farmaceutische industrie. De rechtbank heeft de context van de uitlatingen onderzocht en geconcludeerd dat deze zijn gedaan in een publiek debat, waar de grenzen van kritiek ruimer zijn dan bij privépersonen. De rechtbank oordeelde dat Van der Linde niet onrechtmatig heeft gehandeld, omdat hij afstand nam van de suggestie dat Coutinho niet integer zou zijn en zijn uitlatingen in een bredere discussie over vaccinatie plaatst. De vordering van de Staat en Coutinho werd afgewezen, evenals de vordering van Van der Linde tegen de Staat op grond van artikel 10 EVRM. De rechtbank oordeelde dat de Staat het recht heeft om uitlatingen van derden ter toetsing voor te leggen aan de rechter zonder dat dit een beperking van de vrijheid van meningsuiting vormt. De Staat werd veroordeeld in de proceskosten van Van der Linde.