ECLI:NL:RBMID:2012:BV1428
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.M. Steenbeek
- Rechtspraak.nl
Geschil over aansprakelijkheid curator in geëindigd faillissement met betrekking tot rechtsgeldigheid van cessie
In deze zaak gaat het om een geschil over de aansprakelijkheid van de curator, mr. H.M. den Hollander, in het inmiddels geëindigde faillissement van de besloten vennootschap Zeevisgroothandel Noordzee (Breskens) N.V. De eiseres, Noordzee Su Urunleri Ihracati Sanayi ve Ticaret, gevestigd in Turkije, betwist de rechtsgeldigheid van een cessie van een vordering op Noordzee Breskens. De curator heeft een uitkering gedaan aan Distressed Investments Ltd, die de vordering van Noordzee Turkije zou hebben overgenomen. Noordzee Turkije stelt dat de bestuurder van de vennootschap niet bevoegd was om de cessie te effectueren, omdat hij dit slechts samen met een medebestuurder mocht doen. De rechtbank heeft de curator opgedragen bewijs te leveren dat de bestuurder bevoegd was, en heeft de zaak aangehouden voor verdere behandeling.
De procedure begon met een incidenteel vonnis van 8 december 2010, gevolgd door verschillende conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De curator heeft betoogd dat hij op redelijke gronden heeft aangenomen dat de cessie rechtsgeldig was en dat hij niet onzorgvuldig heeft gehandeld. Hij heeft zich beroepen op informatie van de Nederlandse ambassade in Turkije, waaruit zou blijken dat de bestuurder wel degelijk bevoegd was. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Nederlands recht van toepassing is, omdat de curator in Nederland heeft gehandeld. De eiseres is toegelaten tot bewijsvoering over de bevoegdheid van de bestuurder, en de zaak is verwezen naar een rolzitting voor dagbepaling van het getuigenverhoor.
De rechtbank heeft in haar beslissing benadrukt dat de curator niet als advocaat optreedt in zijn hoedanigheid van curator, en dat de aansprakelijkheid voor eventuele onrechtmatige daden niet bij de vennootschap ligt waarin hij zijn praktijk uitoefent. De zaak is aangehouden voor verdere bewijsvoering en de partijen zijn opgedragen om hun verhinderdata en getuigen aan te geven voor het getuigenverhoor.