ECLI:NL:RBMID:2012:BV0367
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad en schadevergoeding tussen buren na mishandeling en huisvredebreuk
In deze zaak, die voor de Rechtbank Middelburg is behandeld, vorderde eiser schadevergoeding van gedaagde wegens mishandeling en huisvredebreuk. Eiser, die in Vlissingen woonde, beschuldigde gedaagde ervan hem op 14 augustus 2007 te hebben mishandeld, wat resulteerde in lichamelijk en psychisch letsel. Eiser stelde dat hij door deze mishandeling schade had geleden, zowel materieel als immaterieel, en vorderde een voorschot op de schadevergoeding van € 5.000,--. Daarnaast vorderde hij vergoeding van verhuiskosten en andere schadeposten, waaronder smartengeld.
De rechtbank oordeelde dat gedaagde onrechtmatig had gehandeld door eiser te mishandelen, maar dat eiser onvoldoende bewijs had geleverd voor het causale verband tussen de mishandeling en de door hem gestelde schade. De rechtbank wees de vorderingen van eiser voor het grootste deel af, met uitzondering van een beperkte toewijzing van smartengeld ter hoogte van € 300,-- voor de psychische schade. De rechtbank concludeerde dat de verhuiskosten en andere schadeposten niet voldoende waren onderbouwd en wees deze af. Gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten van eiser, die op € 1.122,93 werden begroot.
De uitspraak benadrukt het belang van voldoende bewijs voor het aantonen van schade en het causale verband tussen onrechtmatig handelen en de geleden schade. De rechtbank wees erop dat eiser niet had aangetoond dat de beledigingen en pesterijen van gedaagde gedurende een langere periode hadden plaatsgevonden, noch dat deze direct hadden geleid tot zijn verhuizing. De zaak illustreert ook de complexiteit van schadeclaims in civiele zaken, vooral wanneer meerdere factoren een rol spelen in de psychische en materiële schade van de eiser.