Uitspraak
RECHTBANK MIDDELBURG
1.De procedure
- het tussenvonnis van 15 februari 2012;
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 28 juni 2012;
- akte tegenbewijs tevens reactie op vermindering van eis d.d. 25 juli 2012 zijdens [gedaagde 1];
- antwoordakte d.d. 22 augustus 2012 zijdens [eiseres].
2.De verdere beoordeling
- is de handtekening onder de ter griffie gedeponeerde overeenkomst d.d. 24 oktober 2006 door [gedaagde 1] gezet?
- in welke periode zijn de handtekening en de datum onder de overeenkomst d.d. 24 oktober 2006 gezet?
ACTIVAals één geheel wordt omschreven het woonhuis met aanbehoren, schuur en uitweg, plaatselijk bekend [adres], kadastraal bekend gemeente Oostburg, [kadasternummer] en [kadasternummer]. Gelet hierop, en gelet op het feit dat niet eerder in de procedure door [gedaagde 1] is aangevoerd dat hieromtrent verwarring kon ontstaan, gaat de rechtbank ervan onder “het huis aan de[adres]” moet worden verstaan: het woonhuis met aanbehoren, schuur en uitweg, plaatselijk bekend [adres], kadastraal bekend gemeente Oostburg, [kadasternummer] en [kadasternummer].
3.De beslissing
- de deskundige dient
- de griffie zal de opgave van de deskundige vervolgens toezenden aan partijen
- partijen kunnen desgewenst
- indien niet of niet tijdig bezwaar wordt gemaakt, wordt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige reeds nu voor alsdan vastgesteld op het door de deskundige begrote bedrag
- indien wel tijdig bezwaar wordt gemaakt, zal het voorschot worden vastgesteld bij afzonderlijke rechterlijke beslissing,
binnen twee wekenna een daartoe strekkend betalingsverzoek van de griffie,
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- de deskundige partijen bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dient te bieden dit onderzoek bij te wonen; indien slechts één partij, althans niet alle partijen, bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig is of zijn, de deskundige dit onderzoek niet zal uitvoeren, tenzij alle partijen zijn uitgenodigd om bij dat onderzoek aanwezig te zijn, en dat uit het rapport moet blijken dat hieraan is voldaan,
- indien partijen bij het onderzoek van objecten ter plaatse aanwezig zijn geweest, uit het rapport moet blijken welke opmerkingen zij hebben gemaakt en welke verzoeken zij hebben gedaan, en hoe de deskundige hierop heeft gereageerd,
- uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
- de deskundige een concept van het rapport aan partijen zal toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop zal vermelden,
- indien het voorschot niet binnen de daarvoor bepaalde (eventueel verlengde) termijn is ontvangen: voor akte uitlating voortprocederen aan beide zijden op een termijn van twee weken of
- na ontvangst ter griffie van het deskundigenbericht: voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van [gedaagde 1]
- op een termijn van vier weken,