ECLI:NL:RBMID:2011:BQ1783
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Duinhof
- A. de Jager
- J. Jaspers
- Rechtspraak.nl
Verduistering en valsheid in geschrift door penningmeester van een vereniging
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Middelburg op 7 april 2011, stond de verdachte, penningmeester van de Krulbolclub Molenzicht, terecht voor verduistering en valsheid in geschrift. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk zich wederrechtelijk toe-eigenen van geldbedragen die toebehoorden aan de vereniging, in de periode van 1 januari 1999 tot en met 31 december 2009. De rechtbank oordeelde dat de verdachte gedurende deze periode stelselmatig geldbedragen had verduisterd, waarbij hij gebruik maakte van zijn functie als penningmeester. De rechtbank achtte de feiten bewezen, met inachtneming van de verklaringen van getuigen en de financiële rapporten die de verduistering onderbouwden.
De rechtbank verklaarde de officier van justitie niet ontvankelijk voor de vervolging van feiten die vóór 2 augustus 2004 waren gepleegd, maar oordeelde dat de vervolging voor de periode daarna wel ontvankelijk was. De verdachte werd vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit van verduistering in dienstbetrekking, omdat de rechtbank oordeelde dat hij als vrijwilliger werkzaam was en niet in dienstbetrekking. Echter, de rechtbank achtte de valsheid in geschrift en de subsidiaire verduistering wel bewezen.
De rechtbank legde een werkstraf van 240 uren op, subsidiair 120 dagen vervangende hechtenis, en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de lange periode van verduistering en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn leeftijd en gezondheid. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat er al een civiele procedure aanhangig was.