ECLI:NL:RBMID:2009:BL1702

Rechtbank Middelburg

Datum uitspraak
5 november 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
Awb 09/276
Instantie
Rechtbank Middelburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onterecht opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting door sneeuwval

In deze zaak heeft de Rechtbank Middelburg op 5 november 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, wonende te Hoek, en de heffingsambtenaar van de gemeente Terneuzen. Eiseres had een naheffingsaanslag parkeerbelasting ontvangen op 2 februari 2009, ten bedrage van € 50,--, omdat er volgens de parkeercontroleur geen bewijs van betaling zichtbaar was in haar voertuig. Eiseres beschikte echter over een geldige parkeervergunning, die zij al meer dan 1,5 jaar had en die zichtbaar achter de voorruit van haar auto was geplaatst. Tijdens de zitting op 30 september 2009 was eiseres niet aanwezig, maar verweerder werd vertegenwoordigd door F. Boussen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat op de dag van de aanslag sneeuwval was, wat de zichtbaarheid van de parkeervergunning zou kunnen hebben beïnvloed. De controleur had geen schriftelijke verklaring afgelegd over de omstandigheden van de controle, en het door verweerder overgelegde weerrapport bevestigde dat er op die dag sneeuw was gevallen. De rechtbank oordeelde dat er gerede twijfel bestond of er daadwerkelijk sprake was van een belastbaar feit, en dat het voordeel van de twijfel aan eiseres toekwam.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en de naheffingsaanslag herroepen. Tevens is bepaald dat de gemeente Terneuzen het griffierecht van € 41,-- aan eiseres dient te vergoeden. Deze uitspraak is gedaan door mr. G.H. Nomes, in tegenwoordigheid van griffier F.L. Blok.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDELBURG
Sector bestuursrecht, enkelvoudige
belastingkamer
Procedurenummer: AWB 09/276
Uitspraakdatum:
Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[Naam], wonende te Hoek,
eiseres,
en
de heffingsambtenaar van de gemeente Terneuzen,
verweerder.
1. Ontstaan en loop van het geding
Verweerder heeft aan eiseres op 2 februari 2009 een naheffingsaanslag parkeerbelasting (aanslagnummer [nummer]) opgelegd, ten bedrage van € 50,-- (hierna: de aanslag).
Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 17 maart 2009 de aanslag gehandhaafd.
Eiseres heeft daartegen bij brief van 15 april 2009 beroep ingesteld.
Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 30 september 2009 te Middelburg. Eiseres is niet verschenen. Namens verweerder is verschenen F. Boussen. Ter zitting is het onderzoek gesloten.
2. Feiten
De aanslag is opgelegd nadat een parkeercontroleur op 2 februari 2009 om 13:43 uur op locatie Scheldekade te Terneuzen had geconstateerd dat er voor het voertuig van eiseres (kenteken: [nummer]) geen parkeerbelasting op aangifte was voldaan. Er was volgens de controleur geen bewijs van betaling van parkeerbelasting zichtbaar in het voertuig aanwezig. Op deze locatie is op grond van de Verordening parkeerbelastingen 2008 van de gemeente Terneuzen (verder: de Verordening) parkeerbelasting verschuldigd. Vast staat dat eiseres ten tijde van de naheffingsaanslag in het bezit was van een parkeervergunning (werknemersvergunning), waarmee zij op genoemde plaats en genoemd tijdstip mocht parkeren.
3. Geschil
In geschil is of de aanslag terecht is opgelegd.
Eiseres is van mening dat de aanslag ten onrechte is opgelegd. Eiseres heeft al ruim 1,5 jaar een parkeervergunning voor het parkeren op de locatie Scheldekade te Terneuzen. Zij parkeert iedere dag op dezelfde wijze en op dezelfde plaats en de parkeervergunning zit vast op de voorruit. Eiseres is, nadat de naheffingsaanslag was opgelegd, naar het parkeerbureau in Terneuzen gegaan en heeft aldaar haar parkeervergunning aan de medewerkers getoond. Op 2 februari 2009 sneeuwde het volop en de auto zat onder de sneeuw. Van eiseres kan niet verlangd worden dat ze om het kwartier naar buiten gaat om de voorruit schoon te vegen. De parkeercontroleur heeft geen zorgvuldige controle uitgevoerd.
Volgens verweerder is de aanslag terecht opgelegd. Niet wordt betwist dat eiseres beschikt over een parkeervergunning voor het parkeren op de locatie Scheldekade. Eén van de voorwaarden die aan een parkeervergunning zijn verbonden, is echter dat de vergunning duidelijk leesbaar achter de voorruit moet zijn geplaatst. Tijdens de controle heeft de controleur op het tijdstip van de aanslag geen geldige parkeervergunning achter de voorruit waargenomen. Door de controleur is niet vermeld dat er sprake was van sneeuwval waardoor het controleren bemoeilijkt werd. Uit het door verweerder overgelegde weerrapport van het weerstation Westdorpe blijkt dat er op 2 februari 2009 slechts drie centimeter sneeuw is gevallen en dat het niet noodzakelijk was om de voorruit schoon te maken om voldoende zicht te hebben voor controle. Verweerder heeft ter zitting verklaard dat er geen schriftelijke verklaring van de betreffende parkeercontroleur is.
4. Beoordeling van het geschil
Ingevolge artikel 1 van de Verordening worden onder de naam ‘parkeerbelastingen’ de volgende belastingen geheven:
- een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen, door burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze;
- een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in de die vergunning aangegeven plaats en wijze.
Niet in geschil is dat eiseres in het bezit is van een parkeervergunning voor de locatie Scheldekade te Terneuzen.
De rechtbank heeft geen reden te twijfelen aan de juistheid van hetgeen door eiseres is gesteld, namelijk dat de parkeervergunning achter de voorruit was geplaatst. Van betekenis hierbij is dat eiseres voor de locatie Scheldekade te Terneuzen al ruim 1,5 jaar in het bezit is van een parkeervergunning die vastzit op de voorruit van haar auto en waarmee ze elke dag op dezelfde plaats parkeert. Daarnaast wordt het standpunt van eiseres dat het op die dag sneeuwde, ondersteund door een door verweerder overgelegd weerrapport van 2 februari 2009 en tevens door weerinformatie over de betreffende dag op diverse internetsites. Uit het nieuwsarchief van www.westerscheldetunnel.nl en www.hvzeeland.nl blijkt onder meer dat ‘het Zeeuwse verkeer op maandag 2 februari 2009 forse hinder ondervond door sneeuwval in de provincie en dat er in de gehele provincie actief gestrooid werd’. Hoewel dit een algemeen nieuwsbericht is, komt het bericht overeen met het door verweerder overgelegde weerrapport waaruit blijkt dat het die dag tussen 09.00 en 14.00 uur in Zeeuws-Vlaanderen langdurig heeft gesneeuwd. De rechtbank acht dan ook aannemelijk dat de hoeveelheid sneeuw die op de bewuste dag op de auto van eiseres is gevallen, substantieel is geweest. Daarvan uitgaande is niet ondenkbaar dat de parkeercontroleur de parkeervergunning over het hoofd heeft gezien. De rechtbank stelt vast dat door verweerder geen schriftelijke verklaring van de parkeercontroleur in het geding is gebracht.
Gelet op het voorgaande bestaat er bij de rechtbank gerede twijfel of er ten tijde van belang sprake is geweest van een belastbaar feit. In dat geval komt het voordeel van de twijfel aan eiseres toe. De conclusie is dan ook dat de aanslag ten onrechte is opgelegd. Het beroep is gegrond en de uitspraak op bezwaar zal worden vernietigd. De rechtbank zal zelf in de zaak voorzien door de aanslag te herroepen. Dit houdt in dat de aanslag wordt geacht te zijn vernietigd.
5. Proceskosten
Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
6. Beslissing
De rechtbank
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar van 17 maart 2009;
- herroept de naheffingsaanslag parkeerbelasting met aanslagnummer [nummer];
- gelast dat de gemeente Terneuzen het griffierecht van € 41,-- (eenenveertig euro) aan eiseres vergoedt.
Deze uitspraak is gedaan door mr. G.H. Nomes, in tegenwoordigheid van F.L. Blok, griffier, en op 5 november 2009 in het openbaar uitgesproken.
Afschrift aangetekend
verzonden aan partijen op: 5 november 2009.
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te ‘s-Gravenhage (belastingkamer), Postbus 20021, 2500 EA Den Haag.
Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b. een dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;
d. de gronden van het hoger beroep.