ECLI:NL:RBMID:2008:BD3049
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid en schadevergoeding bij aannemingsovereenkomst voor jachtwerkzaamheden
In deze zaak vordert eiser, eigenaar van het zeiljacht M., dat Standfast B.V. wordt veroordeeld tot betaling van € 71.742,77, vermeerderd met wettelijke rente. Eiser stelt dat Standfast niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwame jachtwerf verwacht mag worden, en dat de kosten die zijn gemaakt voor de werkzaamheden aan het zeiljacht aanzienlijk hoger zijn dan oorspronkelijk begroot. Standfast heeft op 21 december 2004 een eerste inspectie uitgevoerd en een calculation sheet opgesteld met een begroting van € 57.598,00. Eiser heeft deze sheet ondertekend, maar stelt dat de uiteindelijke kosten veel hoger uitvielen en dat de werkzaamheden veel langer duurden dan afgesproken.
De rechtbank oordeelt dat partijen op 7 januari 2005 een aannemingsovereenkomst hebben gesloten, waarbij is overeengekomen dat de kosten op basis van nacalculatie worden gefactureerd. De rechtbank concludeert dat eiser geen gerechtvaardigde verwachtingen kon ontlenen aan de calculation sheet, omdat deze expliciet geen offerte was en de uiteindelijke kosten niet substantieel van de begroting zouden afwijken. Eiser was nauw betrokken bij het proces en heeft de meeste facturen zonder protest voldaan. De rechtbank verwerpt de vordering van eiser en oordeelt dat Standfast niet onzorgvuldig heeft gehandeld. Eiser wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van Standfast.