ECLI:NL:RBMID:2008:BD2488
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Geschil over non-conformiteit bij de verkoop van een monumentaal pand te Vlissingen
In deze zaak heeft eiser in december 2004 een woning te Vlissingen gekocht van gedaagde voor € 250.000. Het transport vond plaats op 17 februari 2005. De akte van levering vermeldde dat de woning een beschermd monument is en dat de verkoper niet aansprakelijk is voor gebreken die aan koper kenbaar waren op het moment van de koop. Eiser vordert nu een schadevergoeding van € 5.691,79, omdat hij stelt dat de vloer van de woning ondeugdelijk is en niet normaal gebruikt kan worden. Eiser stelt dat gedaagde zijn mededelingsplicht heeft geschonden door hem niet te wijzen op de gebreken van de vloer, die het woongenot aantasten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de koopovereenkomst in Nederland is uitgevoerd en dat de rechtbank Middelburg bevoegd is. De kern van het geschil is of de afgeleverde woning voldoet aan de verwachtingen die eiser op basis van de overeenkomst mocht hebben. De rechtbank overweegt dat eiser niet voldoende heeft aangetoond dat de gebreken aan de vloer zodanig zijn dat normaal gebruik van de woning niet mogelijk is. De rechtbank wijst erop dat het een oud pand betreft, dat risico's met zich meebrengt, en dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stelling dat de vloer onveilig is.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de vordering van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank oordeelt dat eiser als de in het ongelijk gestelde partij moet worden beschouwd, omdat hij niet heeft kunnen aantonen dat er sprake is van non-conformiteit.