37278HA ZA 03-5237278HA ZA 03-5231 oktober 2007
zaaknummer / rolnummer: 37278 / HA ZA 03-52
Vonnis van 21 november 2007
de vennootschap onder firma
verweerster in reconventie,
procureur mr. B.H. Vader,
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE],
procureur mr. J.P. Quist.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
conclusie van antwoord tevens conclusie van eis in reconventie
conclusie van antwoord in reconventie
het tussenvonnis van 2 april 2003, van 16 juli 2003 en van 26 november 2003
de processen-verbaal van comparitie van 11 juni 2003, 9 juni 2004, 29 november 2004 en 11 april 2007
de conclusie na comparitie tevens vermeerdering van eis in reconventie
de antwoordconclusie na comparitie
Ten slotte is vonnis bepaald.
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft in december 2000 van Pauluswegeling een loods met ondergrond gekocht in het project Pauluswegeling te Westkapelle. Het huisnummer is [nummer]. Het betrof een koop-aannemingovereenkomst, schriftelijk bevestigd op 7 december 2000. De prijs bedroeg HFL 130.000,00.
Pauluswegeling heeft de scheuren in de vloer van de loods behandeld met een coating.
Het geschil in conventie en in reconventie
Pauluswegeling vordert betaling van het restant van de koop-aanneemsom van EUR 8.099,97 vermeerderd met de proceskosten. Zij stelt dat de loods geheel volgens bestek en tekeningen is gerealiseerd en voldoet aan de relevante normen zodat [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] moet betalen.
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft gesteld dat hij niet betaalt zolang Pauluswegeling niet aan haar verplichtingen heeft voldaan. Hij heeft een lange lijst met gebreken aan Pauluswegeling gestuurd met als belangrijkste gebrek de scheuren in de vloer. Hij heeft geconcludeerd tot afwijzing van de vorderingen.
In reconventie vordert [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] na het uitbrengen van het deskundigenbericht primair betaling door Pauluswegeling van EUR 15.470,00 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 maart 2003 en subsidiair nakoming op straffe van een dwangsom en voorts in beide gevallen vergoeding van buitengerechtelijke kosten en van gevolgschade zoals het leegruimen van de loods, de opslag van goederen en dergelijke.
De beoordeling van het geschil in conventie en in reconventie
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft brieven van hem aan Pauluswegeling in het geding gebracht waaruit blijkt dat hij meerdere klachten had over de geleverde loods. Dit proces is alleen gegaan over de scheuren in de vloer. De rechtbank zal zich ook daartoe beperken.
In opdracht van de rechtbank is een deskundigenbericht uitgebracht. Over de scheurvorming heeft de deskundige bericht dat hij deze heeft aangetroffen. De scheurvorming is het gevolg van verschillende soorten krimp van het beton. De deskundige heeft ook drie oorzaken van deze scheurvorming gegeven (rapport desk. blad 9/31). Uit zijn waarnemingen en zijn beschrijving van de oorzaken concludeert de rechtbank dat [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] niet de vloer geleverd heeft gekregen waarop hij op grond van zijn overeenkomst met Pauluswegeling recht had. Er is sprake van teveel en te grote scheuren die gerepareerd moeten worden (rapport desk. blad 20/31 sub 19).
Gelet op het oordeel van de deskundige dat de rechtbank dus overneemt, beroept [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] zich terecht op zijn opschortingrecht. In zijn aanvullend bericht van 1 november 2006 berekent de deskundige op basis van zijn waarneming dat er in de vloer bij [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] totaal 60 meter scheur is van 3 mm of meer. De totale scheurlengte, inclusief het gerepareerde deel, is volgens hem 100 meter. De rechtbank zal ook van deze laatste lengte uitgaan. De deskundige heeft immers overwogen dat het gerepareerde gedeelte niet afdoende gerepareerd is omdat het gebruikte middel, Purga TM, niet geschikt is voor constructief vullen van scheuren, maar alleen een oppervlakte verbeterend middel is.
De deskundige heeft de kosten voor het injecteren geraamd op EUR 100,00 per meter en in het rapport van 22 maart 2004 op EUR 150,00 per meter. [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft een offerte overgelegd van BIM waarin voor het injecteren EUR 138,00 per meter wordt berekend. De rechtbank zal gelet op deze gegevens de kosten voor het injecteren in redelijkheid vaststellen op EUR 125,00 per strekkende meter. [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft aldus recht op een vergoeding van 100 meter maal EUR 125,00 is EUR 12.500,--.
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] vordert daarnaast nog buitengerechtelijke kosten. Deze vordering wordt, mede gelet op het verweer van Pauluswegeling, als onvoldoende onderbouwd, afgewezen.
Omdat [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] de loods in ieder geval gedeeltelijk zal moeten laten ontruimen en enige tijd niet zal kunnen doen gebruiken heeft hij recht op vergoeding van die schade. Tijdens de comparitie van 9 juni 2004 heeft Pauluswegeling toegezegd naar redelijkheid bij te dragen in deze kosten. De rechtbank zal deze kosten in redelijkheid begroten op EUR 1.000,00. Zij zal dit bedrag toewijzen en de vordering naar de schadestaat procedure te verwijzen, afwijzen.
Pauluswegeling heeft de kosten van het deskundigenbericht in deze zaak en in de parallelle zaken voorgeschoten. Gelet op de uitkomst van deze procedure dienen deze kosten ook voor haar rekening te blijven.
[GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] heeft EUR 500,00 betaald voor het aanvullende onderzoek van de deskundige. Omdat bij de vraagstelling is uitgegaan van een vloeistofdichte vloer, terwijl dit tussen partijen niet was overeengekomen, heeft de deskundige in deze zaak meer werk verricht dan noodzakelijk. De rechtbank zal in redelijkheid het door [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] betaalde voorschot dan ook voor zijn rekening laten. Pauluswegeling heeft immers altijd ontkend dat tussen partijen overeengekomen was dat een vloeistofdichte vloer geleverd zou worden.
De rechtbank zal in conventie de vordering van Pauluswegeling afwijzen en omdat zij in het ongelijk wordt gesteld, haar veroordelen in de proceskosten.
In reconventie is de vordering tot gedeeltelijke ontbinding toewijsbaar namelijk voor zover het de door [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] te betalen laatste termijn betreft.
Verder zullen worden toegewezen de hierboven genoemde bedragen van EUR 12.500,00 en EUR 1.000,00, onder aftrek van het door Pauluswegeling gevorderde bedrag van EUR 8.099,97. Dit is per saldo EUR 5.400,03. De rente wordt toegewezen vanaf de dag dit dit bedrag gevorderd is te weten 23 mei 2007.
Pauluswegeling zal worden veroordeeld in de proceskosten omdat zij in het ongelijk wordt gesteld.
veroordeelt Pauluswegeling in de proceskosten tot op deze uitspraak aan de zijde van [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] gevallen zijnde voor procureurssalaris EUR 1.920,00 en voor verschotten (griffierecht) EUR 230,00;
bepaalt dat de kosten van het deskundigenbericht die door Pauluswegeling zijn voorgeschoten ten laste van haar blijven.
ontbindt gedeeltelijk de overeenkomst tussen partijen;
veroordeelt Pauluswegeling tot betaling aan [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] van EUR 5.400,03 vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 mei 2007 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt Pauluswegeling in de proceskosten tot op deze uitspraak aan de zijde van [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] gevallen zijnde voor procureursalaris EUR 960,00 en voor verschotten nihil;
bepaalt dat de kosten van het deskundigenbericht die door [GEDAAGDE IN CONVENTIE, EISER IN RECONVENTIE] zijn voorgeschoten ten laste van hem blijven;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.A. Witsiers en in het openbaar uitgesproken op 21 november 2007.