ECLI:NL:RBMID:2007:AZ8940
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van advocaatkosten en de rechtsverhouding tussen opdrachtgever en gedaagde
In deze zaak vorderde de besloten vennootschap Schieman Advocaten BV betaling van advocaatkosten van gedaagde, die in het kader van een kort geding werkzaamheden had verricht. De rechtbank diende te beoordelen of de overeenkomst van opdracht tot stand was gekomen tussen Schieman en gedaagde of tussen Schieman en Qbounce. De rechtbank concludeerde dat Schieman enkel voor gedaagde had gewerkt, aangezien gedaagde geen zelfstandige bevoegdheid had om Qbounce te binden. Dit werd onderbouwd door het feit dat Schieman in een eerder kort geding enkel voor gedaagde had opgetreden en Qbounce niet was verschenen. De rechtbank oordeelde dat gedaagde gehouden was zijn betalingsverplichtingen na te komen, ongeacht afspraken die hij met derden had gemaakt over de betaling van de advocaatkosten.
Daarnaast werd het bezwaar van gedaagde tegen de hoogte van het uurtarief van Schieman verworpen, omdat hij dit onvoldoende had gemotiveerd. De rechtbank matigde de gevorderde incassokosten tot een bedrag van € 768,-. Uiteindelijk werd gedaagde veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 7.918,62, inclusief wettelijke rente, en in de kosten van het geding. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en overige vorderingen werden afgewezen.