ECLI:NL:RBMID:2006:AY6575
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
WOZ-waarde en cultuurgrondvrijstelling in geschil
In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen een besluit van de heffingsambtenaar van de gemeente Reimerswaal, dat op 13 juli 2005 is genomen. Het betreft de vaststelling van de waarde van een object, een schuur/stal omgeven door weiland, voor de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). De waarde was oorspronkelijk vastgesteld op € 48.000,--, maar na bezwaar is deze verlaagd naar € 12.000,--. Eiser stelt dat de waarde van het weiland buiten aanmerking moet worden gelaten op grond van de cultuurgrondvrijstelling, omdat er sprake zou zijn van bedrijfsmatige exploitatie.
De rechtbank heeft op 2 mei 2006 de zaak behandeld. Eiser was aanwezig, terwijl de verweerder werd vertegenwoordigd door T.L. Simmelink-Flohil, taxateur van TOG Nederland Zuid-West B.V. De rechtbank overweegt dat de ondertekening van het bestreden besluit door W.J. van Pelt, namens burgemeester en wethouders, een kennelijke verschrijving betreft, aangezien de heffingsambtenaar zelf bevoegd was om het besluit te nemen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat er op de waardepeildatum van 1 januari 2003 sprake was van een bedrijfsmatige exploitatie van het weiland. De enkele stelling van eiser dat er niets is veranderd ten opzichte van eerdere waardepeildata, is onvoldoende. De rechtbank concludeert dat de cultuurgrondvrijstelling niet van toepassing is en dat de waarde van het object correct is vastgesteld door de verweerder. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard.
De uitspraak is gedaan door mr. G.H. Nomes, rechter, en is openbaar uitgesproken op 19 juli 2006. Tegen deze uitspraak staat beroep in cassatie open, mits de wederpartij schriftelijk instemt met het instellen van beroep.