ECLI:NL:RBMID:2005:AZ5373
Rechtbank Middelburg
- Eerste en enige aanleg
- Rechtspraak.nl
Vordering tot opheffing van erfdienstbaarheid wegens gebrek aan redelijk belang
In deze zaak vorderde eiser, eigenaar van een perceel in Westkapelle, de opheffing van een erfdienstbaarheid die ten gunste van de gedaagde was gevestigd. Eiser stelde dat gedaagde geen redelijk belang meer had bij de erfdienstbaarheid, omdat zij inmiddels een alternatieve uitweg naar de openbare weg had verkregen via een gemeentepad. Eiser voerde aan dat de erfdienstbaarheid, die bestond uit een recht van uitweg, niet meer noodzakelijk was voor gedaagde en dat het voortbestaan ervan hem belemmerde in zijn plannen om zijn tuin opnieuw in te richten.
Gedaagde verweerde zich door te stellen dat zij nog steeds gebruik maakte van de erfdienstbaarheid en dat deze van groot belang was voor haar, vooral gezien haar fysieke gesteldheid. Gedaagde betoogde dat de erfdienstbaarheid de enige uitweg vormde naar de openbare weg, vooral als zij in de toekomst haar perceel zou willen verkopen. De rechtbank oordeelde dat gedaagde wel degelijk een redelijk belang had bij de handhaving van de erfdienstbaarheid, aangezien de erfdienstbaarheid haar toegang bood tot de openbare weg en het opheffen ervan haar vrijheid zou beperken.
De rechtbank wees de vordering van eiser af en oordeelde dat gedaagde nog steeds voldoende belang had bij de uitoefening van de erfdienstbaarheid. Eiser werd veroordeeld in de proceskosten van gedaagde. Dit vonnis werd uitgesproken op 6 april 2005 door mr. H.A. Witsiers in de Rechtbank Middelburg.