ECLI:NL:RBMID:2005:AU7677
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.H. Nomes
- H.D. Sebel
- Rechtspraak.nl
Legeskosten aanvraag verblijfsvergunning regulier op grond van 'buiten schuld'-criterium
In deze zaak heeft eiseres, wonende te Middelburg, beroep ingesteld tegen een besluit van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) van 29 november 2004, waarin haar verzoek om vergoeding van legeskosten voor een aanvraag om een verblijfsvergunning regulier op grond van het 'buiten schuld'-criterium werd afgewezen. De rechtbank heeft op 10 oktober 2005 de zaak behandeld, waarbij eiseres in persoon aanwezig was, bijgestaan door haar gemachtigde, mr. M.C. Heijnneman, en een tolk. Verweerder was niet vertegenwoordigd.
De rechtbank overwoog dat volgens de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 1997, een asielzoeker recht kan hebben op vergoeding van buitengewone kosten, maar dat deze kosten noodzakelijk moeten zijn. De rechtbank concludeerde dat de legeskosten die eiseres had gemaakt, niet als noodzakelijk konden worden aangemerkt. Eiseres had haar aanvraag voor een verblijfsvergunning ingediend terwijl zij al onder het Project Terugkeer viel, waarbij de IND asielzoekers intensief faciliteert bij hun vertrek uit Nederland. De rechtbank stelde vast dat eiseres geen noodzaak had om zelf een aanvraag in te dienen, aangezien zij onder de regeling viel die geen leges in rekening bracht.
De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit in stand bleef en verklaarde het beroep ongegrond. Eiseres had niet aangetoond dat het niet vergoeden van de legeskosten haar toegang tot de rechter zou belemmeren. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. G.H. Nomes, in aanwezigheid van griffier mr. H.D. Sebel.