RECHTBANK MIDDELBURG
Sector strafrecht
meervoudige kamer
Parketnummer: 12/015159-04
Datum uitspraak: 8 december 2004
Tegenspraak
------------------------------------------------
Datum inverzekeringstelling: 24 juni 2004
Datum voorlopige hechtenis: 29 juni 2004
------------------------------------------------
van de rechtbank Middelburg, meervoudige kamer, in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats],
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting Zuid West, HvB De Torentijd te Middelburg,
ter terechtzitting verschenen.
Als raadsman van de verdachte is ter terechtzitting verschenen mr. J.B. Boone, advocaat te Wijk bij Duurstede.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
24 november 2004.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie mr. L.W. Boogert en van hetgeen door en/of namens de verdachte naar voren is gebracht. De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte ter zake van het onder 4. primair tenlastegelegde zal worden vrijgesproken en ten aanzien van het onder 1. primair, 2. primair, 3., 4. subsidiair, 5. en 6. tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 jaar met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Voorts heeft de officier van justitie geconcludeerd tot toewijzing van de volgende vorderingen benadeelde partij:
1. [benadeelde partij a], € 296,44 met de schademaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht subsidiair 5 dagen hechtenis;
2. [benadeelde partij b], € 1.134,00 met de schademaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht subsidiair 22 dagen hechtenis;
3. [benadeelde partij c], € 1.134,00 met de schademaatregel ex artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht subsidiair 22 dagen hechtenis.
Aan de verdachte is tenlastegelegd hetgeen vermeld staat in de inleidende dagvaarding.
De tekst van de tenlastelegging luidt als volgt.
Aan verdachte wordt tenlastegelegd dat:
1.hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om opzettelijk en met voorbedachten rade, althans opzettelijk (de als zodanig
herkenbare hoofdagent van politie) [naam hoofdagent] van het leven te beroven, met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, althans met dat opzet, een (doorgeladen) (machine)pistool, in elk geval een (doorgeladen) (automatisch)
vuurwapen uit een tas heeft gepakt en/of (vervolgens) de loop van dat pistool, in elk geval van dat vuurwapen in de richting van die [naam hoofdagent] heeft gebracht en/of (daarna) op/in de richting van die [naam hoofdagent] heeft geschoten, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 287 Wetboek van Strfarecht
art 289 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
en voor zover terzake het onder 1 telastgelegde een veroordeling niet mocht kunnen volgen, terzake dat
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, (de als zodanig herkenbare hoofdagent van politie) [naam hoofdagent] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een (machine)pistool, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, zichtbaar voor die [naam hoofdagent], uit een tas gepakt en/of vastgehouden en/of de loop van dat pistool, in elk geval van
dat op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de richting van die [naam hoofdagent] gebracht en/of gehouden en/of met dat pistool, in elk geval met dat vuurwapen heeft geschoten;
art 285 lid 1 Wetboek van Strafrecht
2. hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal,ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toeëigening in of uit een bankgebouw van de Rabobank, gelegen aan de [adres], weg te nemen een of meer geldbedrag(en) en/of (andere) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan de [benadeelde partij a], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader, en/of zich, en/of diens mededader daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen geld en/of (andere) goed(eren)
onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking, en/of inklimming en/of
daarbij dat voorgenomen misdrijf te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij b], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn
mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met voormeld oogmerk met zijn mededader, althans alleen, een ruit van dat bankgebouw heeft kapot gemaakt, en/of via die ruit dat bankgebouw is binnengegaan/binnengeklommen en/of een masker en/of een bivakmuts heeft
opgezet en/of die [benadeelde partij b] heeft gevraagd de kluis open te maken en/of de code van de kluis en/of van het alarm en/of van de geldautomaat van die bank te verschaffen en/of -daarbij en/of vervolgens -terwijl zijn/hun gelaat onherkenbaar was door (een) masker(s) en/of bivakmuts(en)-, zichtbaar voor die [benadeelde partij b], een of meer
vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft gehouden en/of gericht op die [benadeelde partij b] en/of een arm van die [benadeelde partij b] heeft vast gepakt en/of (daarbij) opzettelijk dreigend/dwingend heeft gezegd:
"Daar naar toe" en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen te knielen, en/of opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "We hebben explosieven, kijk maar.", in elk geval woorden van dergelijk dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) heeft gewezen naar een rugzakje en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen
dat/een rugzakje om te doen en/of (daarbij) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "Als er iets fout gaat dan druk ik hier op en dan is het boem.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking
en/of (daarbij) een afstandsbediening, althans een op een afstandsbediening gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij b] heeft getoond en/of aan die [benadeelde partij b] zijn paspoort en/of zijn rijbewijs heeft gevraagd en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen zijn adres op te schrijven en/of (daarbij) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b]
heeft gezegd: "We hebben nu je adres. Als je niet meewerkt dan weten we je te vinden.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen in een toilet plaats te nemen en/of (daarbij)
opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "Ik doe de tas aan de buitenkant van de deur, als je eruit komt dan ontploft die.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
en voor zover terzake het onder 2 telastgelegde een veroordeling niet mocht
kunnen volgen, terzake dat
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of
(een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde partij b] te dwingen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en) en/of (andere) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan de Rabobank
Beveland, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader,
met voormeld oogmerk met zijn mededader, althans alleen,(gemaskerd) die [benadeelde partij b] heeft gevraagd de kluis open te maken en/of de code van de kluis en/of het alarm en/of van de geldautomaat van die bank te verschaffen
en/of een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft gehouden en/of gericht heeft (gehouden) op die [benadeelde partij b] en/of een arm van die [benadeelde partij b] heeft vast gepakt en/of (daarbij) opzettelijk dreigend/dwingend heeft gezegd: "Daar naar toe" en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen
te knielen, en/of opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "We hebben explosieven, kijk maar.", in elk geval woorden van dergelijk dreigende aard en/of strekking (daarbij) wijzend naar een rugzakje en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen dat/een rugzakje om te doen en/of (daarbij) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] zeggend: "Als er iets fout gaat dan druk ik hier op en dan is het boem.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking (daarbij) een afstandsbediening, althans een op een afstandsbediening gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij b] tonend en/of aan die [benadeelde partij b] zijn paspoort en/of zijn rijbewijs heeft gevraagd en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen zijn adres op te schrijven, (daarbij/daarna) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] zeggend: "We hebben nu je adres. Als je niet meewerkt dan weten we je te vinden.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen in een toilet plaats te nemen (daarbij/daarna) opzettelijk
dreigend tegen die [benadeelde partij b] zeggend: "Ik doe de tas aan de buitenkant van de deur,
als je eruit komt dan ontploft die.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, opzettelijk [benadeelde partij b] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader met dat opzet die [benadeelde partij b] belet het bankgebouw van de Rabobank aan de Markt te verlaten door die [benadeelde partij b] geruime tijd met (een) vuurwapen(s), in elk geval met een op (een) vuurwapen(s) gelijkend(e) voorwerp(en), in dat bankgebouw onder schot te houden en/of die [benadeelde partij b] te dwingen een rugzakje om te doen en/of daarbij opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] te zeggen: "Als er iets fout gaat dan druk ik hier op en dan is het boem.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) een afstandsbediening, althans een op een afstandsbediening gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij b] te tonen en/of die [benadeelde partij b] te dwingen in een toilet plaats te nemen en/of (daarbij/daarna) tegen die [benadeelde partij b] te zeggen: "Ik doe de tas aan de buitenkant van de deur, als je eruit komt dan ontploft die.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking;
art 282 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
4.
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening
in of uit een bankgebouw van de ABN AMRO bank, gelegen aan de [adres], weg te nemen een of meer geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan de ABN AMRO Regio Zuid, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem,
verdachte, en/of zijn mededader(s), en/of zich, en/of diens mededader(s) daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking, en/of inklimming en/of daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen
en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf
en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met voormeld oogmerk met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een ruit van dat bankgebouw heeft kapot gemaakt, en/of via die ruit dat bankgebouw is/zijn binnengegaan/binnengeklommen en/of (gemaskerd) die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] opzettelijk dreigend/dwingend heeft gevraagd om geld en/of de kluis en/of de kluissleutel(s) en/of de/een sleutel(s) van de pinautoma(a)t(en) en/of om geldcassette('s) van die bank en/of (daarbij) opzettelijk, zichtbaar voor die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en)
in de handen heeft gehouden en/of gericht heeft (gehouden) op die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] en/of dreigend/dwingend tegen die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] heeft gezegd dat ze hun tassen en GSM-telefoon's moesten inleveren en/of (vervolgens) het/een toilet van dat bankgebouw in moesten gaan, althans die
[slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] (met kracht) in een toilet heeft geduwd en/of (daarna) de toiletdeur heeft dicht gedaan en/of (vervolgens), door een (papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur heeft
afgesloten en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend heeft gezegd dat ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof aan hing, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
en voor zover terzake het onder 4 telastgelegde een veroordeling niet mocht
kunnen volgen, terzake dat
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en)
wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] te dwingen tot de afgifte van een of meer geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan de ABN AMRO Regio Zuid, in
elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), met voormeld oogmerk (gemaskerd) die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] opzettelijk dreigend/dwingend heeft gevraagd om geld en/of de kluis en/of de
kluissleutel(s) en/of de/een sleutel(s) van de pinautoma(a)t(en) en/of om geldcassette('s) van die bank
en/of (daarbij) opzettelijk, zichtbaar voor die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft gehouden en/of gericht heeft (gehouden) op die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] en/of dreigend/dwingend tegen die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II]
heeft gezegd dat ze hun tassen en GSM-telefoon's moesten inleveren en/of (vervolgens) het/een toilet van dat bankgebouw in moesten gaan, althans die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] (met kracht) in een toilet heeft geduwd en/of (daarna) de
toiletdeur heeft dicht gedaan en/of (vervolgens), door een (papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur heeft afgesloten en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend heeft
gezegd dat ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof aan hing,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 317 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
5.
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen op of nabij de Berenstraat een personenauto (merk
Volkswagen, type Touran), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer II], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die personenauto onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s) en/of welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s)
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen,
-na een bankgebouw van de ABN AMRO bank, gelegen aan de [adres], te zijn
binnengedrongen-
opzettelijk dreigend (gemaskerd), de in dat bankgebouw aanwezige, [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft/hebben gehouden en/of gericht
heeft/hebben (gehouden) op die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] en/of dreigend/dwingend tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] heeft/hebben gezegd dat zij hun tassen en GSM-telefoon's moesten inleveren en/of aan die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] gevraagd of ze een auto hadden en/of de autosleutels uit een tas van die [slachtoffer II] gepakt, althans (onder dwang) die autosleutels door die [slachtoffer II] laten geven en/of tegen die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] gezegd dat ze het/een toilet van dat bankgebouw in moesten gaan, althans die [slachtoffer I] en/of
[slachtoffer II] (met kracht) in een toilet heeft/hebben geduwd en/of (daarna) de toiletdeur heeft/hebben dicht gedaan en/of (vervolgens), door een (papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die
deur heeft/hebben afgesloten en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend heeft/hebben gezegd dat ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof aan hing;
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 3 Wetboek van Strafrecht
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 1 Wetboek van Strafrecht
6.
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden,
immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of een of meer van zijn mededader(s) met dat opzet die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] belet het bankgebouw van de ABN/AMRO-bank aan de [adres] te verlaten door die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] geruime tijd met (een) vuurwapen(s), in elk geval met een op (een) vuurwapen(s) gelijkend(e) voorwerp(en), in dat bankgebouw onder schot te houden en/of die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] te dwingen
in een toilet van dat bankgebouw plaats te nemen en/of (vervolgens), door een (papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur af te sluiten en/of tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend te zeggen dat
ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof aan hing;
art 282 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1. primair tenlastegelegde feit heeft begaan en verdachte dient daarvan te worden vrijgesproken.
De rechtbank overweegt daarbij het volgende.
Als al zou kunnen worden bewezen dat verdachte, toen hij zich op het dak bevond, heeft geschoten (en daarvoor is noch in de verklaring van de verbalisant [naam hoofdagent] noch in die van de overige aanwezigen op het dak een rechtstreekse aanwijzing te vinden) dan nog acht de rechtbank onvoldoende bewijs voor handen dat verdachte in de richting van die [naam hoofdagent] heeft geschoten.
Overwegingen ten aanzien van het bewijs
De raadsman heeft gesteld dat verdachte voor de poging tot overval van de ABN AMRO bank in Steenbergen moet worden vrijgesproken wegens - kortweg gezegd - gebrek aan voldoende bewijs.
Het enige bewijs, de geuridentificatieproef, moet ernstig in twijfel worden getrokken.
De raadsman heeft met betrekking tot de modus operandi aangevoerd dat vele overvallen worden uitgevoerd zoals dat in Kruiningen en Steenbergen is gedaan en dat de modus operandi derhalve niet aan het bewijs kan bijdragen.
De rechtbank overweegt het volgende.
Op 8 juni 2004 en 24 juni 2004 dringen twee overvallers vóór openingstijd respectievelijk de ABN AMRO bank te Steenbergen en de Rabobank te Kruiningen binnen door uit het zicht van de straat een raam in te slaan van een ruimte zonder alarm, waar zij zich ophouden totdat de bankmedewerkers voor de ochtendopening in het gebouw zijn gearriveerd en het alarm hebben uitgezet. Zij overrompelen het personeel en zijn daarbij voorzien van vuurwapens en vermomd met een masker en bivakmutsen. Van de bankmedewerkers wordt geëist dat ze persoonlijke gegevens bekend maken en dat ze autosleutels en codes van kluizen en geldautomaten en geld afgeven. Om deze eisen kracht bij te zetten worden de bankmedewerkers bedreigd met de door de overvallers gehanteerde vuurwapens.
Als het de overvallers duidelijk wordt dat de bankmedewerkers in zowel Kruiningen als in Steenbergen niet aan alle eisen kunnen voldoen, worden de medewerkers in beide gevallen gedwongen een toilet in te gaan, waar zij worden opgesloten. De overvallers zeggen dat ze springstof aan de toiletdeur bevestigen, die zal ontploffen als de bankmedewerkers het toilet trachten te verlaten.
In Steenbergen slaan de overvallers met een buitgemaakte auto op de vlucht.
In Kruiningen worden de overvallers op heterdaad aangehouden.
De rechtbank acht deze modus operandi in zijn geheel bezien en op detailpunten van een zo frappante gelijkluidendheid dat dit geen toeval kan zijn. Hieraan kan niet afdoen dat er ook bankovervallen plaatsvinden waarbij een of enkele elementen uit deze modus operandi terugkomen.
Daarnaast is het volgende van belang.
Verdachte heeft medeverdachte [naam medeverdachte] in Kruiningen met de naam Yousef aangesproken. Een van de twee daders van de bankoverval in Steenbergen noemde zijn kompaan Asef, zoals blijkt uit de verklaring van de getuige [slachtoffer II] (Steenbergen) Zij heeft ook gehoord dat de overvaller, die haar bedreigde, Nederlands tegen de andere overvaller heeft gesproken.
Zij heeft immers gehoord dat werd geroepen: “Asef (fonetisch), schiet op met zoeken”. (bladzijde 387 van het dossier)
Met betrekking tot de gebruikte vuurwapens overweegt de rechtbank het volgende.
Verdachte was tijdens de overval in Kruiningen in het bezit van een automatisch vuurwapen. Dit vuurwapen was voorzien van een ijzeren beugel. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat deze beugel naar achteren uitgeklapt kan worden om het wapen meer stabiliteit te geven tijdens het vuren.
De getuige [slachtoffer I] (Steenbergen) verklaart dat het vuurwapen waarmee zij werd bedreigd aan de achterzijde doorliep in een soort rails.
Deze beschrijving is geheel overeenkomstig het uiterlijk van het gehanteerde vuurwapen in Kruiningen, zoals blijkt uit de foto in het dossier.
Met betrekking tot de geuridentificatieproef, die in deze zaak is uitgevoerd, stelt de rechtbank vast dat uit het dossier niet blijkt van onrechtmatigheden in de procedure dan wel van overige omstandigheden, waaruit zou moeten worden geconcludeerd dat de uitslag van de geursorteerproef in twijfel moet worden getrokken.
Gelet op de gelijke werkwijze, het gehanteerde vuurwapen en, daarbij, de positieve geuridentificatieproef acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 4. primair heeft begaan.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1. subsidiair, 2. primair, 3., 4. primair, 5. en 6. tenlastegelegde heeft begaan met dien verstande dat:
1. subsidiair
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, (de als zodanig herkenbare hoofdagent van politie) [naam hoofdagent] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling,
immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een (machine)pistool, in elk geval een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, zichtbaar voor die [naam hoofdagent], uit een tas gepakt en/of vastgehouden en/of de loop van dat pistool, in elk geval van
dat op een vuurwapen gelijkend voorwerp, in de richting van die [naam hoofdagent] gebracht en/of gehouden en/of met dat pistool, in elk geval met dat vuurwapen heeft geschoten;
2. primair.
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, met het oogmerk van
wederrechtelijke toe-eigening in of uit een bankgebouw van de Rabobank, gelegen aan de Markt, weg te nemen een of meer geldbedrag(en) en/of (andere) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan de [benadeelde partij a], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader, en/of zich, en/of diens mededader daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen geld en/of (andere) goed(eren)
onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking, en/of inklimming en/of
daarbij dat voorgenomen misdrijf te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij b], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn
mededader hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met voormeld oogmerk met zijn mededader, althans alleen, een ruit van dat bankgebouw heeft kapot gemaakt, en/of via die ruit dat bankgebouw is binnengegaan/binnengeklommen en/of een masker en/of een bivakmuts heeft
opgezet en/of die [benadeelde partij b] heeft gevraagd de kluis open te maken en/of de code
van de kluis en/of van het alarm en/of van de geldautomaat van die bank te verschaffen en/of -daarbij en/of vervolgens -terwijl zijn/hun gelaat onherkenbaar was door (een) masker(s) en/of bivakmuts(en)-, zichtbaar voor die [benadeelde partij b], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft gehouden en/of gericht op die [benadeelde partij b] en/of een arm van die [benadeelde partij b] heeft vast gepakt en/of (daarbij) opzettelijk dreigend/dwingend heeft gezegd:
"Daar naar toe" en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen te knielen, en/of opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "We hebben explosieven, kijk maar.", in elk geval woorden van dergelijk dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) heeft gewezen naar een rugzakje en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen dat/een rugzakje om te doen en/of (daarbij) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "Als er iets fout gaat dan druk ik hier op en dan is het boem.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking
en/of (daarbij) een afstandsbediening, althans een op een afstandsbediening gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij b] heeft getoond en/of aan die [benadeelde partij b] zijn paspoort en/of zijn rijbewijs heeft gevraagd en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen zijn adres op te schrijven en/of (daarbij) opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b]
heeft gezegd: "We hebben nu je adres. Als je niet meewerkt dan weten we je te vinden.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking en/of die [benadeelde partij b] heeft gedwongen in een toilet plaats te nemen en/of (daarbij)
opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] heeft gezegd: "Ik doe de tas aan de buitenkant van de deur, als je eruit komt dan ontploft die.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
3.
hij op of omstreeks 24 juni 2004 te Kruiningen, in de gemeente Reimerswaal, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, opzettelijk [benadeelde partij b] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader met dat opzet die [benadeelde partij b] belet het bankgebouw van de Rabobank aan de [adres] te verlaten door die [benadeelde partij b] geruime tijd met (een) vuurwapen(s), in elk geval met een op (een) vuurwapen(s) gelijkend(e) voorwerp(en), in dat bankgebouw onder schot te houden en/of die [benadeelde partij b] te dwingen een rugzakje om te doen en/of daarbij opzettelijk dreigend tegen die [benadeelde partij b] te zeggen: "Als er iets fout gaat dan druk ik hier op en dan is het boem.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking en/of (daarbij) een afstandsbediening, althans een op een afstandsbediening gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij b] te tonen en/of die [benadeelde partij b] te dwingen in een toilet plaats te nemen en/of (daarbij/daarna) tegen die [benadeelde partij b] te zeggen: "Ik doe de tas aan de buitenkant van de deur, als je eruit komt dan ontploft die.", in elk geval woorden van dergelijke dreigende aard en/of strekking;
4. primair
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
in of uit een bankgebouw van de ABN AMRO bank, gelegen aan de [adres], weg te nemen een of meer geldbedrag(en), geheel of ten dele toebehorende aan de ABN AMRO Regio Zuid, in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem,
verdachte, en/of zijn mededader(s), en/of zich, en/of diens mededader(s) daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat weg te nemen geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking, en/of inklimming en/of daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen
en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II], te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf
en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
met voormeld oogmerk met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen een ruit van dat bankgebouw heeft kapot gemaakt, en/of via die ruit dat bankgebouw is/zijn binnengegaan/binnengeklommen en/of (gemaskerd) die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] opzettelijk dreigend/dwingend heeft gevraagd om geld en/of de kluis en/of de kluissleutel(s) en/of de/een sleutel(s) van de pinautoma(a)t(en) en/of om geldcassette('s) van die bank en/of (daarbij) opzettelijk, zichtbaar voor die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en)
in de handen heeft gehouden en/of gericht heeft (gehouden) op die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] en/of dreigend/dwingend tegen die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] heeft gezegd dat ze hun tassen en GSM-telefoon's moesten inleveren en/of (vervolgens) het/een toilet van dat bankgebouw in moesten gaan, althans die
[slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] (met kracht) in een toilet heeft geduwd en/of (daarna) de toiletdeur heeft dicht gedaan en/of (vervolgens), door een (papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur heeft
afgesloten en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend heeft gezegd dat ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof aan hing, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5.
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeeigening heeft weggenomen op of nabij de Berenstraat een personenauto (merk
Volkswagen, type Touran), geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer II], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot deplaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of die personenauto onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s) en/of welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of zijn mededader(s)
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen,
-na een bankgebouw van de ABN AMRO bank, gelegen aan de [adres], te zijn
binnengedrongen-
opzettelijk dreigend (gemaskerd), op de in dat bankgebouw aanwezige, [slachtoffer I] en/of
[slachtoffer II], een of meer vuurwapen(s), in elk geval op een vuurwapen gelijkend(e) voorwerp(en) in de handen heeft/hebben gehouden en/of gericht heeft/hebben (gehouden) op die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] en/of
dreigend/dwingend tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] heeft/hebben gezegd dat zij
hun tassen en GSM-telefoon's moesten inleveren en/of aan die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] gevraagd of ze een auto hadden en/of de autosleutels uit een tas van die [slachtoffer II] gepakt, althans (onder dwang) die autosleutels door die
[slachtoffer II] laten geven en/of tegen die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] gezegd dat ze
het/een toilet van dat bankgebouw in moesten gaan, althans die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] (met kracht) in een toilet heeft/hebben geduwd en/of (daarna) de toiletdeur heeft/hebben dicht gedaan en/of (vervolgens), door een
(papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur heeft/hebben afgesloten en/of (vervolgens) tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend heeft/hebben gezegd dat ze niet aan de deurklink van het toilet
moesten komen omdat daar springstof aan hing;
6.
hij op of omstreeks 8 juni 2004 te Steenbergen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd
gehouden, immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of een of meer van zijn mededader(s)
met dat opzet die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] belet het bankgebouw van de ABN AMRO bank aan de [adres] te verlaten
door die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] geruime tijd met (een) vuurwapen(s), in elk geval met een op (een) vuurwapen(s) gelijkend(e) voorwerp(en), in dat bankgebouw onder schot te houden en/of die [slachtoffer I] en/of die [slachtoffer II] te dwingen in een toilet van dat bankgebouw plaats te nemen en/of (vervolgens), door een
(papier)container (aan de buitenzijde) voor die toiletdeur te plaatsen, die deur af te sluiten en/of tegen die [slachtoffer I] en/of [slachtoffer II] dreigend te zeggen dat ze niet aan de deurklink van het toilet moesten komen omdat daar springstof
aan hing;
Hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hier bewezen is verklaard, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
De rechtbank grondt haar overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
De bewijsmiddelen zullen in die gevallen waarin de wet aanvulling van het vonnis met de bewijsmiddelen vereist in een aan dit vonnis gehechte bijlage worden opgenomen.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezenverklaarde levert de navolgende strafbare feiten op.
1.subsidiair.
Bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht
2. primair en 4. primair, telkens:
poging tot diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, gepleegd door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming.
3.
Medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden.
5.
Diefstal, voorafgegaan van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, gepleegd door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels.
6.
Medeplegen van opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Motivering van de op te leggen sanctie
Bij het bepalen van de op te leggen straf heeft de rechtbank rekening gehouden met het volgende:
- de ernst van de feiten en de omstandigheden, waaronder deze zijn begaan;
- de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
Voor wat betreft de ernst van de feiten en de omstandigheden, waaronder deze zijn begaan, heeft de rechtbank in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft deelgenomen aan twee pogingen om gewapend een bankkantoor te overvallen. Verdachte en zijn mededader hebben in de vroege ochtenduren een raam geforceerd en hebben vervolgens in het bankgebouw het personeel opgewacht. Onder bedreiging met vuurwapens en vermomd met een (carnavals)masker en een bivakmuts is getracht geld te bemachtigen. Toen het verdachte en zijn mededader duidelijk werd dat de overvallen zouden gaan mislukken, hebben zij het aanwezige personeel gedwongen in het toilet te gaan, waarna werd gedreigd met het laten ontploffen van springstof als de medewerkers het toilet zouden verlaten.
Tijdens de overval in Kruiningen gingen de overvallers nog verder in hun geweld en bedreigingen. Zij dwongen een medewerker een rugzak te dragen met de mededeling aan deze medewerker dat, als hij niet meewerkte, de in de rugzak aanwezige springstof via een afstandsbediening tot ontploffing zou worden gebracht.
Verdachte heeft, tijdens de vluchtpoging in Kruiningen, een van de gealarmeerde politieambtenaren bedreigd met zijn vuurwapen.
In Steenbergen hebben zij een personeelslid gedwongen haar autosleutels af te geven, waarna de overvallers met haar auto ervandoor zijn gegaan.
In beide gevallen is de medewerkers naar naam en adres gevraagd met daarbij de mededeling dat zij “zouden zijn te vinden”.
Verdachte en zijn mededader hebben louter en alleen gehandeld uit eigen gewin. Zij hebben op geen enkele wijze rekening gehouden met de enorme angst, die hun werkwijze teweeg heeft gebracht bij de slachtoffers, ook bij de politieambtenaar. Bovendien hebben de medewerkers een ernstige inbreuk in hun privé-leven ervaren door het moeten opgeven van naam en adres aan de verdachten.
De ervaring leert dat slachtoffers van bankovervallen veelal langdurige psychische nasleep van het gebeurde ondervinden. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een zware vorm van criminaliteit, die niet alleen zeer bedreigend en traumatiserend is voor de slachtoffers, doch die bovendien grote onrust veroorzaakt in de samenleving in het algemeen.
Ook brengen dergelijke delicten in sterke mate gevoelens van onveiligheid en zich bedreigd voelen teweeg bij degenen die op plaatsen als geldinstellingen hun dagelijks werk moeten verrichten. De slachtoffers hebben de gevolgen aan den lijve ondervonden.
De rechtbank rekent de bedreiging van de politieambtenaar verdachte ook ernstig aan.
Gelet op de ernst van de feiten acht de rechtbank slechts een vrijheidsbenemende straf van lange duur passend.
Voor wat betreft de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand uittreksel uit het Algemeen Documentatieregister d.d. 24 augustus 2004;
- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport d.d. 19 november 2004 van de Reclassering Nederland, ressort Den Haag, Unit Den Haag.
Uit het uittreksel uit het Algemeen Documentatieregister blijkt dat verdachte reeds vele malen is veroordeeld tot langdurige vrijheidsstraffen met betrekking tot vermogensdelicten en wapendelicten.
Deze straffen hebben verdachte niet kunnen weerhouden van het opnieuw plegen van ernstige misdrijven. De rechtbank houdt daarmee in het nadeel van verdachte rekening
Op grond van het bovenstaande acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.
Vorderingen tot schadevergoeding
De volgende benadeelde partijen hebben zich als benadeelde partij gevoegd in het geding over deze strafzaak en hebben een vordering ingediend tot vergoeding van geleden schade:
- [benadeelde partij a], tot een bedrag van € 296,44.
- [benadeelde partij b], tot een bedrag van € 1.134,00,
- [benadeelde partij c], tot een bedrag van € 1.134,00.
De verdachte heeft zich met betrekking tot deze vorderingen gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank oordeelt als volgt.
Met betrekking tot Rabobank, Goes is aannemelijk dat de schade het rechtstreekse gevolg is van het onder 2. primair bewezenverklaarde feit. De vordering van de benadeelde partij kan dus worden toegewezen.
Met betrekking tot [benadeelde partij b] en [benadeelde partij c] is aannemelijk dat de schade het gevolg is van de onder 2. primair en 3. bewezenverklaarde feiten. De vordering van de benadeelde partijen kan dus worden toegewezen.
Aan deze benadeelde partijen is door de bewezenverklaarde feiten rechtstreeks nadeel toegebracht dat niet in vermogensschade bestaat. Dit is aan verdachte toe te rekenen, ook al zijn andere daders daarbij betrokken. Aan de wettelijke vereisten, waaronder art. 6:106 van het Burgerlijk Wetboek, is voldaan. Naar maatstaven van billijkheid moet de schade worden begroot op hiervoor vermelde bedrag. De proceskosten van de benadeelde partij worden tot na te melden bedrag ten laste van verdachte gebracht.
Voorts dient de verdachte -samen met de mededader- te worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partijen hebben gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moeten maken.
Tevens ziet de rechtbank aanleiding tot het opleggen van een verplichting tot betaling aan de Staat van de genoemde bedragen ten behoeve van het slachtoffers.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36f, 45, 47, 57, 282, 285, 310 en 312 van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank beslist als volgt.
Zij verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1. primair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Zij verklaart bewezen dat de verdachte het onder 1. subsidiair, 2. primair, 3., 4. primair, 5. en 6. tenlastegelegde, zoals hierboven omschreven heeft begaan.
Zij verklaart niet bewezen hetgeen ter zake meer of anders ten laste is gelegd en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Zij bepaalt dat het bewezenverklaarde de hierboven vermelde strafbare feiten oplevert.
Zij verklaart de verdachte te dier zake strafbaar.
Zij veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 (negen) jaren.
Zij beveelt dat de tijd die de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht.
Zij wijst de vordering van [benadeelde partij a] toe.
Zij veroordeelt de verdachte tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan deze benadeelde partij te betalen € 296,44.
Zij veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
Zij bepaalt dat verdachte van zijn betalingsverplichting is bevrijd indien en zodra het bij deze toegewezen bedrag vermeerderd met executiekosten door zijn mededader of derden is voldaan aan de benadeelde partij.
Zij legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer
[benadeelde partij a] te betalen € 296,44 bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 5 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Zij bepaalt daarbij dat voldoening, door verdachte of zijn mededader, aan de verplichting tot betaling aan de Staat van € 296,44 ten behoeve van Rabobank, Goes de veroordeling tot betaling aan Rabobank Goes tot laatstgenoemd bedrag doet vervallen, alsmede dat betaling van dat bedrag aan Rabobank, Goes de verplichting tot betaling aan de Staat van dat bedrag doet vervallen.
Zij wijst de vordering van de benadeelde partij [naam en adres benadeelde partij b] toe.
Zij veroordeelt de verdachte tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan deze benadeelde partij te betalen € 1.134,00.
Zij veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
Zij bepaalt dat verdachte van zijn betalingsverplichting is bevrijd indien en zodra het bij deze toegewezen bedrag vermeerderd met executiekosten door zijn mededader of derden is voldaan aan de benadeelde partij.
Zij legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [naam en adres benadeelde partij b] te betalen € 1.134,00 bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 22 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Zij bepaalt daarbij dat voldoening, door verdachte of zijn mededader, aan de verplichting tot betaling aan de Staat van € 1.134,00 ten behoeve van [benadeelde partij b] de veroordeling tot betaling aan [benadeelde partij b] tot laatstgenoemd bedrag doet vervallen, alsmede dat betaling van dat bedrag aan [benadeelde partij b] de verplichting tot betaling aan de Staat van dat bedrag doet vervallen.
Zij wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij c] toe.
Zij veroordeelt de verdachte tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan deze benadeelde partij te betalen € 1.134,00.
Zij veroordeelt de verdachte tevens in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken.
Zij bepaalt dat verdachte van zijn betalingsverplichting is bevrijd indien en zodra het bij deze toegewezen bedrag vermeerderd met executiekosten door zijn mede-dader of derden is voldaan aan de benadeelde partij.
Zij legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij c], te betalen € 1.134,00 bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 22 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft.
Zij bepaalt daarbij dat voldoening, door verdachte of zijn mededader, aan de verplichting tot betaling aan de Staat van € 1.134,00 ten behoeve van [benadeelde partij c] de veroordeling tot betaling aan [benadeelde partij c] tot laatstgenoemd bedrag doet vervallen, alsmede dat betaling van dat bedrag aan [benadeelde partij c] de verplichting tot betaling aan de Staat van dat bedrag doet vervallen.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. R.J.G. Lameijer, voorzitter, mrs. R.C.M. Reinarz en F.C.J.E. van Hemert-Meeuwis,rechters, in tegenwoordigheid van V.R.G.D. Boel als griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 8 december 2004.
Mr. Lameijer is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.