ECLI:NL:RBMID:2001:AA9802
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor shockschade na dodelijk verkeersongeval
Op 31 januari 2001 heeft de Rechtbank Middelburg uitspraak gedaan in een civiele zaak over de aansprakelijkheid voor shockschade na een dodelijk verkeersongeval. Eiseres, de zuster van de slachtoffers, vorderde schadevergoeding van gedaagde sub 1, die betrokken was bij het ongeval waarbij haar vader, [betrokkene 3], om het leven kwam. Het ongeval vond plaats op 10 februari 1998 op de Spanjaardsweg te Philippine, waar [gedaagde sub 1] met een landbouwvoertuig de fietsers passeerde. Bij deze passering viel [betrokkene 3] en overleed later in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. Eiseres stelde dat zij shockschade had opgelopen door haar vader in verminkte toestand te zien in het ziekenhuis en eiste een schadevergoeding van f. 50.000,-.
De rechtbank overwoog dat eiseres niet direct betrokken was bij het ongeval en dat de wetgeving omtrent shockschade, zoals vastgelegd in artikel 6:106 BW, vereist dat er sprake moet zijn van directe confrontatie met het dodelijke ongeval. Eiseres had haar vader pas in het ziekenhuis gezien, wat niet voldeed aan de wettelijke vereisten voor het toekennen van shockschade. De rechtbank verwierp de vorderingen van eiseres als ongegrond en veroordeelde haar in de proceskosten.
De uitspraak benadrukt de strikte voorwaarden waaronder shockschade kan worden toegewezen en bevestigt dat alleen diegenen die direct geconfronteerd worden met een dodelijk ongeval, aanspraak kunnen maken op schadevergoeding. De rechtbank wees de vorderingen van eiseres af en legde de proceskosten op aan haar.