ECLI:NL:RBMID:2000:AA5637
Rechtbank Middelburg
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.T. Begheyn
- A. van Wamel
- Y. uit Beijerse
- Rechtspraak.nl
Verkrachting en ontucht met minderjarigen door stiefvader
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Middelburg op 26 april 2000, is de verdachte, een stiefvader, beschuldigd van meerdere ernstige strafbare feiten, waaronder verkrachting en ontucht met zijn minderjarige stiefkinderen. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. G.H. Rip, die een gevangenisstraf van zes jaar heeft geëist. De verdachte is ter terechtzitting verschenen en heeft zich verdedigd tegen de tenlastelegging. De rechtbank heeft de geldigheid van de inleidende dagvaarding en de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie beoordeeld, en heeft vastgesteld dat er geen omstandigheden zijn die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte gedurende een lange periode incestueuze relaties heeft onderhouden met zijn stiefdochters, die op een kwetsbare leeftijd waren. De handelingen vonden met grote frequentie plaats, en de verdachte heeft misbruik gemaakt van zijn positie van vertrouwen. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers in overweging genomen, evenals de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder eerdere rapportages van de reclassering en psychologische evaluaties.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat de verdachte strafbaar is en heeft hij een gevangenisstraf van zes jaar opgelegd. De tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, wordt in mindering gebracht op de opgelegde straf. Dit vonnis is gewezen in het openbaar en is ondertekend door de rechters en de griffier.