ECLI:NL:RBMAA:2012:BY8113
Rechtbank Maastricht
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de rechter in een ondertoezichtstellingszaak
In deze zaak heeft verzoeker, wonend te Maastricht, op 5 november 2012 een verzoek tot wraking ingediend tegen de rechter die betrokken was bij de behandeling van de ondertoezichtstelling van zijn minderjarige kinderen. Het verzoek tot wraking is ingediend naar aanleiding van de wijze waarop de rechter in 2010 het verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming heeft behandeld. De mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek vond plaats op 6 december 2012, maar zowel verzoeker als de rechter waren niet aanwezig. Wel was de moeder van de kinderen, bijgestaan door haar advocaat, aanwezig. De wrakingskamer heeft op 10 december 2012 uitspraak gedaan en verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking. De wrakingskamer oordeelde dat het verzoek niet tijdig was ingediend, aangezien verzoeker al in 2010 op de hoogte was van de feiten die aanleiding gaven tot het wrakingsverzoek. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker niet had aangetoond dat de vrees voor partijdigheid van de rechter gerechtvaardigd was, en dat hij om persoonlijke redenen in 2010 had afgezien van het indienen van een verzoek tot wraking. Hierdoor was het verzoek tot wraking op 5 november 2012 niet ontvankelijk.