ECLI:NL:RBMAA:2012:BY0049
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte voor het zonder consent binnenbrengen en voorhanden hebben van wapens van categorie II en III van de Wet wapens en munitie
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 12 oktober 2012 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het zonder consent binnenbrengen en voorhanden hebben van een groot aantal machinegeweren en machinepistolen van categorie II van de Wet wapens en munitie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, als professioneel wapenhandelaar, in het bezit was van certificaten die aantoonden dat de wapens onbruikbaar waren gemaakt volgens de Hongaarse normen. De rechtbank heeft de richtlijnen 91/477/EEG en 2008/51/EG in overweging genomen en geconcludeerd dat de wapens niet als vuurwapens konden worden aangemerkt, omdat zij definitief onbruikbaar waren gemaakt. Hierdoor was er geen sprake van een strafbare handeling volgens de Wet wapens en munitie.
De rechtbank heeft ook de tenlastelegging met betrekking tot de patroonhouders van categorie III beoordeeld. De Koninklijke Marechaussee had geconcludeerd dat deze patroonhouders essentiële onderdelen waren van vuurwapens, maar de rechtbank kon zich niet verenigen met deze conclusie. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte deze handelingen had verricht, en sprak hem vrij van alle tenlastegelegde feiten.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste interpretatie van de wet en de Europese richtlijnen met betrekking tot wapens. De rechtbank heeft de teruggave van de in beslag genomen voorwerpen gelast, aangezien deze niet meer als vuurwapens konden worden aangemerkt. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.