ECLI:NL:RBMAA:2012:BX8192
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak wegens gebrek aan redelijk vermoeden van schuld en bewijsuitsluiting in hennepteelt en diefstal elektriciteit
Op 25 september 2012 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van hennepteelt en diefstal van elektriciteit. De zaak kwam voort uit een MMA-melding en een daaropvolgende netmeting, die leidde tot een machtiging tot binnentreden in de woning van de verdachte. De rechtbank oordeelde dat er geen redelijk vermoeden van schuld bestond, omdat de informatie die leidde tot de machtiging onvoldoende was geverifieerd. De MMA-melding was gebaseerd op horen zeggen en de netmeting toonde geen karakteristieke schakelmomenten aan die duiden op een hennepplantage. Bij het binnentreden werd geen hennep aangetroffen, en de rechtbank vond de discrepanties in de processen-verbaal zorgwekkend voor de betrouwbaarheid van het bewijs.
De rechtbank concludeerde dat de machtiging tot binnentreden onrechtmatig was, omdat deze was afgegeven zonder voldoende grond voor verdenking. Dit leidde tot een onherstelbaar vormverzuim, waardoor al het bewijs dat door de politie was verzameld, niet kon worden gebruikt. De rechtbank oordeelde dat de verdachte ernstig was geschaad in zijn recht op bescherming van zijn persoonlijke levenssfeer. Gezien het gebrek aan bewijs na uitsluiting van het onrechtmatig verkregen bewijs, sprak de rechtbank de verdachte integraal vrij van de tenlastegelegde feiten.
De uitspraak benadrukt het belang van een deugdelijke onderbouwing van een machtiging tot binnentreden en de noodzaak van een redelijk vermoeden van schuld voordat ingrijpende dwangmiddelen worden toegepast. De rechtbank wees erop dat de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de verdachte voorop staat en dat bewijs dat op onrechtmatige wijze is verkregen, niet kan worden gebruikt in de rechtszaal.