ECLI:NL:RBMAA:2012:BV3912
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.W. Oosterman
- C.M.W. Nobis
- W.F.J. Aalderink
- Rechtspraak.nl
Veroordeling tot voorwaardelijke gevangenisstraf en werkstraf voor valsheid in geschrift en gewoontewitwassen door bestuurslid van Stichting Islamitische School
Op 14 februari 2012 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een bestuurslid van de 'Stichting Islamitische School Heerlen en omstreken'. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden en een werkstraf van 240 uren wegens valsheid in geschrift en gewoontewitwassen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, als voorzitter van de stichting, op geraffineerde wijze gemeenschapsgelden heeft misbruikt door valse benoemingsakten op te stellen voor fictieve werknemers. Gedurende een periode van meer dan 3½ jaar heeft de stichting onterecht subsidies ontvangen door te doen alsof er vijf personen in dienst waren, terwijl deze functies nooit daadwerkelijk zijn vervuld. De verdachte zelf ontving ook salaris voor een functie die hij nooit heeft vervuld. In totaal is er ongeveer € 100.000 aan gemeenschapsgelden onterecht verkregen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige strafbare feiten, waarbij hij de goede naam van de stichting heeft geschaad. Ondanks de ernst van de feiten, heeft de rechtbank rekening gehouden met de media-aandacht die de zaak heeft gekregen en het gezichtsverlies dat de verdachte in zijn gemeenschap heeft geleden. Ook zijn blanco strafblad en het feit dat de bewezen feiten al enkele jaren geleden hebben plaatsgevonden, zijn in de overwegingen meegenomen. De rechtbank heeft besloten om de gevangenisstraf voorwaardelijk op te leggen, zodat de verdachte de mogelijkheid heeft om zijn baan te behouden.
De uitspraak is gedaan in het kader van de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 225, 420 bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte is vrijgesproken van hetgeen meer of anders is tenlastegelegd. De rechtbank heeft de zaak behandeld op de zittingen van 14 september 2011 en 31 januari 2012, waarbij de officier van justitie en de verdediging hun standpunten hebben gepresenteerd.