ECLI:NL:RBMAA:2011:BQ0095
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.B. Bax
- P.H.M. Kuster
- A.W. Oosterman
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens onvoldoende bewijs van betrokkenheid bij woningoverval
In de strafzaak tegen [naam verdachte], die op 1 april 2011 door de Rechtbank Maastricht werd behandeld, stond de verdachte terecht voor een woningoverval die op 11 oktober 2010 in Heerlen zou hebben plaatsgevonden. De tenlastelegging omvatte diefstal met geweld, waarbij de verdachte samen met een medeplichtige de woning van [naam benadeelde partij] binnendrong. De rechtbank heeft de zaak inhoudelijk behandeld op de zitting van 29 maart 2011, waar de officier van justitie en de verdediging hun standpunten naar voren brachten. De officier van justitie stelde dat het tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen kon worden, gebaseerd op de aangifte van [naam benadeelde partij] en de verklaringen van getuigen [naam getuige 1] en [naam getuige 2].
De verdediging daarentegen betwistte de betrokkenheid van de verdachte en wees op tegenstrijdigheden in de verklaringen van de getuigen. De rechtbank oordeelde dat de verklaring van de getuige [naam getuige 1] met de nodige omzichtigheid moest worden beoordeeld, aangezien deze getuige ook betrokken was bij het incident. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de betrokkenheid van de verdachte bij de woningoverval vast te stellen. De verklaringen van de getuigen waren inconsistent en er was geen overtuigend bewijs dat de verdachte daadwerkelijk de dader was.
Uiteindelijk heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde feit, omdat de twijfel over zijn betrokkenheid te groot was. De rechtbank heeft ook de vordering tot tenuitvoerlegging na voorwaardelijke veroordeling afgewezen, omdat het strafbare feit waarop deze vordering was gebaseerd niet bewezen was. Dit vonnis is uitgesproken ter openbare zitting op 1 april 2011 door de meervoudige kamer van de Rechtbank Maastricht.