parketnummer: 03/702862-10
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 14 februari 2011
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Raadsman is mr. B. Damen, advocaat te Maastricht.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zittingen van 26 oktober 2010 en van 31 januari 2011, waarbij de officier van justitie, de verdediging en de verdachte hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte een groot aantal kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes aanwezig heeft gehad.
3 De beoordeling van het bewijs
3.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde bewezen. Bij verdachte zijn een aantal gegevensdragers in beslag genomen. Uit onderzoek is gebleken dat op die gegevensdragers een grote hoeveelheid kinderporno stond.
De verklaring die verdachte geeft over het feit dat op zijn harde schijven kinderporno stond kwalificeert de officier van justitie als een broodje aap verhaal. Er zijn in het dossier, mede gelet op de afgelegde getuigenverklaringen, voldoende aanknopingspunten dat er door verdachte handelingen zijn verricht die er op duiden dat hij opzettelijk kinderporno heeft gezocht en in bezit heeft gehad.
3.2 Het standpunt van de verdediging
De verdediging stelt zich op het standpunt dat van de tenlastegelegde afbeeldingen en films enkel de afbeeldingen en films bewezen kunnen worden die nader zijn gespecificeerd in de tenlastelegging. Van de overige afbeeldingen en films is immers niet vast te stellen of deze seksuele gedragingen bevatten waarbij kinderen betrokken zijn.
De verdediging voert verder aan dat verdachte de kinderporno niet strafbaar in zijn bezit heeft gehad. Verdachte heeft immers aangegeven dat hij een ingepakt bestand van 46 gigabyte heeft gedownload in de veronderstelling dat het 18+ porno betrof. Nadat hij het pakket had binnengehaald en uitgepakt bleek hem eerst dat het kinderporno was. Hij heeft vervolgens ogenblikkelijk het hele pakket van zijn computer verwijderd.
De kinderporno is aangetroffen in de “lost files” die niet direct benaderbaar zijn en uit het onderzoek van de harde schijven valt af te leiden dat de bestanden direct na het creëren zijn verwijderd.
De verdediging is dan ook van mening dat, nu het bezit van de kinderporno door verdachte niet gewenst was en hij er zich ogenblikkelijk van heeft ontdaan, geen sprake is van strafbaar bezit van kinderporno.
Ook blijkt uit het dossier niet dat de verdachte de kinderporno naar elders heeft gekopieerd.
De raadsman verzoekt gelet op het voorgaande om verdachte vrij te spreken van het tenlastegelegde.
3.3 Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt aan de hand van de bevindingen van de verbalisanten als vervat in het procesdossier vast dat er een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes op de gegevensdragers van verdachte is aangetroffen. Het materiaal is in de zogenaamde ‘lost files’, ‘Recycler’ en ‘temporary internet files’ op de verschillende gegevensdragers aangetroffen.
Het overgrote deel is aangetroffen op de Iomega harde schijf. Naar de overige harde schijven is minimaal onderzoek verricht en enkel gerelateerd dat daarop beeld- en videobestanden zijn aangetroffen waarvan er ‘enkele’ kinderpornografisch van aard waren.
De verdediging heeft zich allereerst op het standpunt gesteld dat alleen die afbeeldingen en films bewezen kunnen worden verklaard waarvan in de tenlastelegging een feitelijke omschrijving is gegeven. De rechtbank overweegt hieromtrent het volgende. Ten aanzien van de algemene beschrijving van het bij verdachte aangetroffen materiaal heeft de rechtbank geconstateerd dat verbalisanten in hun proces-verbaal als criterium voor het aantreffen en beoordelen van de multimediafiles als zijnde kinderpornografie hebben aangegeven dat zij hebben gehandeld conform - kort gezegd - de Aanwijzing Kinderpornografie. Alle grafische bestanden op de in beslaggenomen digitale gegevensdragers zijn bekeken en onderzocht. In overleg met de officier van justitie zijn een aantal afbeeldingen en films in de tenlastelegging nader beschreven. De rechtbank stelt aan de hand van het dossier vast dat de selectie op de tenlastelegging een representatief en algemeen beeld geeft van het bij verdachte aangetroffen (virtuele) kinderpornografische materiaal.
Volgens vaste jurisprudentie dienen de seksuele gedragingen op de afbeeldingen feitelijk te worden omschreven. De tenlastelegging voldoet hieraan. In de tenlastelegging zijn de seksuele gedragingen op de afbeeldingen en films in categorieën verdeeld en per categorie is ter adstructie een feitelijke beschrijving van een of meer afbeeldingen of films gegeven, met verwijzing naar de nummers van de betreffende afbeeldingen of films. Dat niet alle (seksuele gedragingen op de) afbeeldingen afzonderlijk zijn beschreven in de tenlastelegging, is niet noodzakelijk en de tenlastelegging bevat dan ook een voldoende verfeitelijking van de aan verdachte verweten gedraging. De rechtbank verwerpt het verweer van de verdediging.
De vraag die de rechtbank vervolgens moet beantwoorden is of verdachte strafbaar is wegens het in bezit hebben van kinderporno. Daarbij moet vooropgesteld worden dat in de jurisprudentie is uitgemaakt dat bestanden met kinderporno aangetroffen in ‘lost files’, ‘temporary internet files’, ‘unallocated clusters’ en ‘recovered folders’ onvoldoende zijn voor het aannemen van bezit in de zin van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht. Dit is slechts anders indien er sprake is van bijkomende feiten en omstandigheden waaruit bijvoorbeeld blijkt dat de bestanden beschikbaar zijn geweest voor opening gedurende een zekere vast te stellen periode.
Naar het oordeel van de rechtbank bevindt zich in het strafdossier geen informatie waaruit van (onderzoek naar) dergelijke bijkomende feiten en omstandigheden blijkt. Evenmin is ter zitting gebleken dat dergelijke informatie voorhanden was. Bij onderzoek van de betreffende bestanden is naar voren gekomen dat de ‘file creation date’ gelijk is aan de ‘last accessed date’. Dit bevestigt de verklaring van verdachte dat hij de bestanden na het uitpakken gelijk heeft verwijderd. In het dossier zijn overigens geen aanwijzingen dat verdachte de bestanden heeft gekopieerd of anderszins heeft bewaard.
De verklaring van verdachte over hoe de kinderporno op zijn computer terecht is gekomen, is plausibel en de juistheid daarvan is, anders dan de officier van justitie heeft betoogd, naar het oordeel van de rechtbank ook niet uit te sluiten. In dit verband overweegt de rechtbank nog dat op de verschillende harde schijven bestanden met kinderporno zijn aangetroffen. Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij gebruik maakte van het Linux besturingssysteem. Dit systeem was zo ingesteld dat het de verschillende harde schijven als een opslagmedium benaderde. Het is daardoor niet vreemd dat op alle schijven bestanden zijn aangetroffen, aldus de verdachte, daar hij geen invloed had op welke schijven het systeem bestanden bewaarde. Ook deze verklaring van verdachte is plausibel en er is in het dossier geen bewijs dat tot een andere conclusie noopt.
Met betrekking tot de verklaringen van verschillende getuigen overweegt de rechtbank als volgt. Enkele getuigen verklaren dat zij afbeeldingen van seksuele gedragingen door jonge kinderen hebben waargenomen op computer van de verdachte. De rechtbank kan echter aan de hand van deze verklaringen niet vaststellen of die afbeeldingen deel uitmaakten van de in de tenlastelegging genoemde aantallen in de ten laste gelegde periode. De verklaringen van de getuigen kunnen dan ook om die reden niet bijdragen aan het bewijs van het aan verdachte tenlastegelegde
De rechtbank acht het bezit in de zin van artikel 240b van het Wetboek van Strafrecht met betrekking tot de tenlastegelegde kinderpornografische bestanden gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, dan ook niet bewezen, zodat vrijspraak dient te volgen.
4 Het beslag
Onder verdachte zijn drie computers en een harde schijf in beslag genomen. De rechtbank zal de teruggave aan verdachte gelasten van deze voorwerpen onder de voorwaarde dat ze vóór teruggave geheel geschoond worden van kinderpornografisch materiaal.
5 De beslissing
De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt verdachte vrij van het tenlastegelegde;
Beslag
- gelast de teruggave van de in beslag genomen voorwerpen aan verdachte onder de voorwaarde dat de voorwerpen vóór teruggave geheel geschoond worden van kinderpornografisch materiaal.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.C.A.E. van Binnebeke, voorzitter, mr. C.M.W. Nobis en mr. C.G.A. Wouters, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J.P.E. Mullers, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 14 februari 2011.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij in of omstreeks de periode van 15 maart 2007 tot en met 18 juli 2007 te Gulpen, in de gemeente Gulpen-Wittem, in elk geval in Nederland, meermalen althans eenmaal (telkens) een of meer gegevensdrager(s), te weten een of meer harde schijven van (een) personal computer(s) en/of een of meer externe harde schijven, bevattende een (groot) aantal afbeeldingen (in totaal 13.470 foto's en 273 films), in bezit heeft gehad, terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar zijn/is, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit (onder meer)
- het vaginaal en/of anaal penetreren (met de penis en/of vinger(s) en/of een plastic voorwerp) door een volwassen man van het lichaam van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer een kleurenfilm [bestandsnaam 1] en/of een kleurenfilm [bestandsnaam 2] en/of een kleurenfilm [bestandsnaam 3])
- het (laten) vasthouden en/of in de mond (laten) nemen van de stijve penis van een volwassen man door (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer een kleurenfilm [bestandsnaam 4])
- het drukken van een stijve penis in/tegen de vagina en/of de billen van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt (onder meer een foto [bestandsnaam 5] en/of een kleurenfilm [bestandsnaam 6])
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van die/de perso(o)n(en) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (onder meer een kleurenfoto [bestandsnaam 7] en/of een kleurenfoto [bestandsnaam 8] en/of een kleurenfoto [bestandsnaam 9] en/of een kleurenfoto [bestandsnaam 10] en/of een kleurenfoto 1[bestandsnaam 11]
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) in een omgeving en/of met voorwerpen en/of in (erotisch getinte) houdingen poseert/poseren die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden (onder meer een kleurenfilm [bestandsnaam 12])
art 240b (oud) Wetboek van Strafrecht
MEDEDELINGEN:
De officier van justitie deelt mede dat de hierboven omschreven afbeeldingen/filmfragmenten ter voorkoming van strafbare feiten en verdere verspreiding van bovengenoemd materiaal, niet in het dossier zijn gevoegd en ook niet in afschrift zullen worden verstrekt. De officier van justitie zal voorbeelden van genoemde afbeeldingen/filmfragmenten op de terechtzitting aanwezig hebben en desgewenst aan de rechtbank overleggen. Voorafgaand aan de terechtzitting kan inzage in genoemd materiaal verleend worden op afspraak met de officier van justitie.
RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
parketnummer: 03/702862-10
proces-verbaal van het voorgevallene ter openbare zitting van de enkelvoudige kamer van de rechtbank voornoemd van 14 februari 2011 in de zaak tegen:
[naam verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
mr. , officier van justitie,
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is in de zaal van de zitting aanwezig.
De rechter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat hij daartegen binnen 14 dagen hoger beroep kan instellen.
Waarvan proces-verbaal, vastgesteld en getekend door de rechter en de griffier.
Raadsman mr. B. Damen, advocaat te Maastricht.