ECLI:NL:RBMAA:2009:BK4861
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.B. Bax
- E.W.A. van den Berg
- W.F.J. Aalderink
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beoordeling van de noodzaak van voortzetting van de ISD-maatregel voor een veroordeelde
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 27 november 2009 een tussentijdse beoordeling uitgevoerd van de noodzaak tot voortzetting van de ISD-maatregel voor de veroordeelde, hierna te noemen [verdachte]. De rechtbank had eerder, op 24 december 2008, de maatregel van plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders opgelegd voor de duur van twee jaren. Negen maanden na het onherroepelijk worden van dit vonnis diende een beoordeling van de voortzetting van de maatregel plaats te vinden. Tijdens de zitting op 13 november 2009 zijn [verdachte], zijn raadsvrouw mr. F.M. van Venrooij-Nieuwenhuis, de officier van justitie en de getuige-deskundige J.F. Williams gehoord.
De rechtbank heeft in haar oordeel met name gekeken naar de evaluatierapportage ISD, opgemaakt door J.F. Williams, en de verklaringen van zowel de getuige-deskundige als [verdachte] zelf. De rapportage gaf aan dat [verdachte] in het begin van de tenuitvoerlegging weinig motivatie toonde, maar dat er sinds juni 2009 een positieve gedragsverandering zichtbaar was. [verdachte] had inmiddels weer contact met zijn moeder en was gemotiveerd om te werken aan zijn gedragsproblemen. De rechtbank concludeerde dat, hoewel de positieve ontwikkeling nog in een beginstadium verkeert, de voortzetting van de ISD-maatregel noodzakelijk is om het recidiverisico te beperken.
De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de tenuitvoerlegging van de maatregel voort te zetten, evenals de standpunten van [verdachte] en zijn raadsvrouw, in overweging genomen. De getuige-deskundige J.F. Williams heeft aangegeven dat [verdachte] veel heeft geleerd in de penitentiaire inrichting, maar dat er nog werk aan de winkel is. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten dat de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel zal worden voortgezet, om zo de positieve ontwikkeling van [verdachte] te waarborgen en het recidiverisico te minimaliseren.