ECLI:NL:RBMAA:2009:BI0967

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
8 april 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
315245 CV EXPL 08-10480
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot waarmerking vonnis als Europese executoriale titel in kredietovereenkomst

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Maastricht op 8 april 2009, is een vordering tot waarmerking van een vonnis als Europese executoriale titel afgewezen. De eiseres, de naamloze vennootschap Postbank N.V., vertegenwoordigd door gemachtigde H.J.L. Oomes, had een vordering ingesteld tegen een gedaagde die niet verschenen was. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de schuldvordering betrekking had op een overeenkomst die door de gedaagde was gesloten voor zakelijke doeleinden, waardoor de bepalingen van de Wet op het Consumentenkrediet niet van toepassing waren. Dit leidde tot de conclusie dat niet voldaan was aan de voorwaarden van artikel 6, lid 1, van de EET-Verordening 805/2004, die vereist dat de consument de schuldenaar is en dat de overeenkomst niet voor bedrijfsdoeleinden is gesloten.

De kantonrechter heeft in zijn beoordeling benadrukt dat de tussen partijen gesloten rekening-courantovereenkomst een zakelijk karakter heeft en dat de gedaagde deze overeenkomst uit hoofde van zijn beroep of bedrijf heeft gesloten. Hierdoor kon de vordering tot waarmerking van het vonnis als Europese executoriale titel niet worden toegewezen. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld om aan de eiseres een bedrag van € 4.773,55 te betalen, vermeerderd met rente, en heeft de kosten van de procedure aan de zijde van de eiseres begroot op € 494,77, inclusief griffierecht en salaris van de gemachtigde.

Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Deze uitspraak is gedaan in het kader van een civiele procedure en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Kanton
Locatie Heerlen
zaakno: 315245 CV EXPL 08-10480
typ: YT
coll:
Vonnis van de kantonrechter d.d. 8 april 2009
Inzake:
de naamloze vennootschap Postbank N.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Amsterdam,
eiseres,
gemachtigde: H.J.L. Oomes, werkzaam bij Groenewegen en Partners Gerechtsdeurwaarders;
tegen
[gedaagde],
wonende te [adres],
gedaagde,
niet verschenen.
1. Het procesverloop
Naar aanleiding van het door de kantonrechter op 10 december 2009 gewezen tussenvonnis heeft eiseres een akte genomen en daarbij produkties in het geding gebracht.
Daarna is vonnis bepaald waarvan de uitspraak is gesteld op heden.
2. De beoordeling
Uit de inhoud van de akte en de daarbij overgelegde produkties is de kantonrechter gebleken dat de tussen partijen gesloten rekening-courantovereenkomst een zakelijke karakter heeft welke overeenkomst door gedaagde uit hoofde van zijn beroep of bedrijf is gesloten.
Gelet hierop en gelet op het bepaalde in artikel 2 van de Wet op het Consumentenkrediet gelden de bepalingen van voormelde wet niet op het onderhavige geschil.
Ten aanzien van de vordering tot waarmerking van het vonnis als een Europese executoriale titel merkt de kantonrechter op dat deze vordering kan worden toegewezen indien aan alle in artikel 6, lid 1, van de EET-Verordening 805/2004 limitatief vermelde voorwaarden is voldaan.
Nu echter, gelet op het eerder overwogene, niet is voldaan aan de voorwaarden als vermeld onder het tweede en derde gedachtenstreepje van artikel 6 lid 1 onder d, te weten:
- de schuldvordering heeft betrekking op een overeenkomst gesloten door een persoon, de consument, voor een gebruik dat als niet bedrijfs- of beroepsmatig kan worden beschouwd en
-de consument is de schuldenaar,
is er geen sprake van vervulling van alle limitatief vermelde voorwaarden van artikel 6 lid 1 EET, weshalve het verzoek tot waarmerking van dit vonnis als Europese executoriale titel zal worden afgewezen.
3. Uitspraak
De kantonrechter:
Veroordeelt gedaagde om aan eiseres, tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen het bedrag van € 4.773,55, vermeerderd met de overeengekomen rente ad 8,50% per jaar over
€ 3.771,35 vanaf 16 oktober 2008 tot aan de dag der algehele voldoening.
Veroordeelt gedaagde in de kosten van deze procedure, tot aan dit vonnis aan de zijde van eiseres gerezen en begroot op € 494,77 waarin begrepen € 201,00 aan griffierecht, € 200,00 aan salaris gemachtigde en € 93,77 aan exploitkosten.
Verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst af het meer of anders gevorderde.
Aldus gewezen door mr. P.H. Brandts, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare civiele terechtzitting in tegenwoordigheid van de griffier.