parketnummer: 03/702692-08
vonnis van de meervoudige kamer d.d. 30 januari 2009
[naam verdachte],
geboren te [geboorteplaats en datum verdachte],
wonende te [adres verdachte].
Gedetineerd in de P.I. Flevoland – HvB Almere Binnen te Almere.
Raadsman is mr. R.J.H. Corten, advocaat te Sittard.
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zittingen van 29 juli 2008, 21 oktober 2008 en
16 januari 2009, waarbij de officier van justitie, de verdediging en de verdachte hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
2 De tenlastelegging
De ter terechtzitting gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: samen met anderen mensensmokkel heeft gepleegd en daarvan een gewoonte heeft gemaakt;
Feit 2: samen met een ander paspoorten en geld heeft witgewassen en daarvan een gewoonte heeft gemaakt.
3 De beoordeling van het bewijs
3.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder 1 primair en onder 2 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen. Zij is van mening dat verdachte er een gewoonte van heeft gemaakt om mensen te smokkelen gedurende meer dan drie jaar en dat hij er ook een gewoonte van heeft gemaakt om geld en paspoorten wit te wassen.
3.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman van verdachte heeft aangevoerd dat het onder 1 primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen kan worden voor zover het K., S., Sn., A., D.en An. betreft. Voor het overige refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Ten aanzien van feit 2 primair heeft de raadsman geconcludeerd tot vrijspraak, nu er geen sprake is geweest van gewoonte-witwassen, maar hooguit van het meermaals plegen van witwassen. Ten aanzien van de bewezenverklaring van het onder 2 subsidiair heeft hij zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3 Het oordeel van de rechtbank
Feit 1 primair
De rechtbank oordeelt als volgt.
Op 2 september 2006 hebben verbalisanten naar aanleiding van een binnenbrand in de [adres verdachte] (de woning van verdachte) een drietal personen, te weten K., S. en Sh., aangetroffen die zich hadden opgesloten in de badkamer. Deze drie personen konden zich niet legitimeren. S. heeft verklaard dat haar Iraanse paspoort bij haar oom in Frankfurt ligt. Die oom zal het paspoort komen brengen, dan wel heeft het al gebracht naar verdachte. S. heeft verklaard geen adres of telefoonnummer van haar oom te weten. Verdachte zou wel op de hoogte zijn van het telefoonnummer van haar oom. Verdachte zou ook de paspoorten regelen. In een mutatierapport van donderdag 7 september 2006 staat dat verdachte naar het politiebureau is gekomen en heeft verklaard dat hij geen contact kon krijgen met de betreffende oom in Duitsland. Verdachte heeft kort met K. gesproken hierover. Vervolgens heeft de verbalisant aan K. gevraagd waar zijn paspoort was. K. heeft toen verklaard dat hij niet in het bezit was van een paspoort en dat het hele verhaal gelogen was. Hij is uit politieke motieven uit Iran vertrokken, Nederland was een tussenstop, zij waren voornemens naar Noorwegen of Engeland te gaan om daar asiel aan te vragen. Voorts heeft K. verklaard dat [naam verdachte] niet op de hoogte was van zijn komst naar Nederland . [naam verdachte] daarentegen heeft verklaard dat hij op verzoek van een Duitse kennis deze mensen in huis heeft genomen .
De raadsman heeft betoogd dat zijn cliënt er geen idee van had dat de betreffende personen illegaal in Nederland waren, wat hem ertoe heeft gebracht vrijspraak te bepleiten.
De rechtbank overweegt te dien aanzien als volgt. Verdachte heeft in de tenlastegelegde periode onderdak geboden aan een drietal uit het buitenland afkomstige personen. Zelf heeft verdachte verklaard dat hij in het verleden wel eens mensen heeft geholpen om naar een ander Europees land te komen . Verdachte toont in dat verband begrip voor de situatie waarin landgenoten van hem konden verkeren. Door vervolgens een drietal personen van Iraanse afkomst op doorreis zonder paspoort onderdak te bieden, heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan de culpose variant van het ten laste gelegde feit. Verdachte had ernstige reden om te vermoeden dat die doorreis wederrechtelijk was. De omstandigheid dat de betreffende personen verdachte van hun werkelijke situatie onkundig hebben gehouden maakt dat niet anders, wat daar ook van zij. Voorts betrekt de rechtbank in haar oordeel dat de wijze waarop K. naar Nederland is gekomen niet strookt met de verklaring van verdachte daaromtrent.
In het proces-verbaal bevindingen betreffende het Narzisse onderzoek van de Duitse politie te München staat vermeld dat op 3 maart 2007 door de Duitse politie van de vluchthaven München K., .B. A. en K. K. zijn gecontroleerd nadat zij gebruik hadden gemaakt van een vlucht vanuit Dubai naar München. De drie genoemde personen legitimeerden zich met zich met twee gestolen en vervalste Griekse paspoorten. Op één van de paspoorten was een kind bijgeschreven. De foto’s van de drie genoemde personen op de betreffende Griekse paspoorten komen overeen met pasfoto’s die op de onder verdachte in beslag genomen USB-stick staan. K. heeft verklaard dat ene S. en ene D. uit Nederland zijn vrouw en kinderen tegen betaling had geholpen om van Teheran naar Dubai en München te komen.
Medeverdachte [naam medeverdachte] heeft verklaard dat verdachte aan mensen de naam S. geeft en dat verdachte die naam heeft verzonnen omdat hij zijn eigen naam niet wil vertellen. Verdachte heeft verklaard dat het klopt dat er mensen zijn die hem S. noemen. Verder heeft verdachte verklaard dat hij in februari 2007 in Dubai was en toen een pakketje met daarin twee paspoorten toegestuurd kreeg van D. Bij een van de paspoorten stond een kind bijgeschreven. Verdachte heeft verklaard dat hij vervolgens door D. is gebeld en dat D. hem vroeg die paspoorten af te leveren bij personen die op dat moment in een hotel in Dubai zaten, hetgeen verdachte heeft gedaan. Verdachte heeft de Nederlandse nationaliteit .
Het smokkelen door verdachte van G., A. , D. en An. acht de rechtbank niet wettig en overtuigend bewezen, nu niet uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat deze personen in de ten laste gelegde periode door verdachte aan valse papieren zijn geholpen of bij hem hebben verbleven.
Feit 2 primair
De rechtbank acht het onder 2 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen gelet op:
- de bekennende verklaringen van verdachte ter terechtzitting en bij de politie ;
- de verklaring van medeverdachte [naam medeverdachte] afgelegd bij de politie ;
- het aantreffen van de paspoorten ;
- het onderzoek aan de paspoorten .
De rechtbank merkt op dat zij het verweer van de raadsman met betrekking tot het gewoonte-witwassen dient te worden beschouwd als een kwalificatieverweer. Het verweer is niet nader is onderbouwd. Om haar beslissing toch inzichtelijk te maken overweegt zij dienaangaande als volgt.
Verdachte heeft er een gewoonte van gemaakt paspoorten en geld wit te wassen, nu hij een groot aantal paspoorten voorhanden heeft gehad, welke hij en zijn mededader op verschillende data aan een afnemer hebben verkocht. Gelet op het aantal paspoorten en de aard en de frequentie van de verkoop ervan is de rechtbank van oordeel dat verdachte van het witwassen een gewoonte heeft gemaakt.
3.4 De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte
in de periode van 2 september 2006 tot en met 15 april 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de Bondsrepubliek Duitsland en/of in Frankrijk, tezamen en in vereniging met anderen een gewoonte heeft gemaakt van het opzettelijk anderen of een ander behulpzaam zijn bij en/of van het opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaffen aan anderen of een ander, bij het zich verschaffen van toegang tot en/of doorreis door Nederland en/of een andere lidstaat van de Europese Unie en/of IJsland en/of Noorwegen en/of een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, immers heeft hij, verdachte, opzettelijk onderdak/verblijfplaats in Nederland ver¬schaft aan en/of opzettelijk valse of vervalste reisdocumenten doen verschaffen aan en/of opzettelijk met bestemming Nederland vervoerd K. en/of S. en/of Sn. en/of A. en/of K. en/of K.K., terwijl hij, verdachte en zijn, verdachtes, mededaders wisten of ernstige redenen hadden te vermoeden dat voornoemde toegang en/of voornoemde doorreis wederrechtelijk was/waren.
in de periode van 8 februari 2008 tot en met 15 april 2008 in de gemeente Amsterdam en/of in de gemeente Almere tezamen en in vereniging met een ander van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, in voornoemde periode meermalen, tezamen en in vereniging met een ander, blanco Griekse paspoorten en/of geld verworven en voorhanden gehad en overgedragen, terwijl hij, verdachte en zijn, verdachtes, mededader wisten dat voornoemde blanco Griekse paspoorten en voornoemd geld - onmiddellijk of middellijk – afkomstig waren uit enig misdrijf.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
4 De strafbaarheid
Het bewezen verklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
feit 1 primair:
medeplegen van mensensmokkel, begaan door een persoon die daarvan een gewoonte maakt;
feit 2 primair:
medeplegen van witwassen, begaan door een persoon die daarvan een gewoonte maakt.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.
5 De strafoplegging
5.1 De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf van 4 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar en met aftrek van het voorarrest.
5.2 Het standpunt van de verdediging
De raadsman stelt zich op het standpunt dat verdachte geen zogenaamde reisagent is en ook niet als hulpje van D. fungeert. Blijkens het strafblad van verdachte is er geen sprake van recidive en zijn er de afgelopen vijf jaren in het geheel geen strafbare feiten meer gepleegd. Verdachte heeft slechts onderdak verleend aan anderen en heeft paspoorten verkocht. De raadsman acht een gevangenisstraf van 1 jaar op zijn plaats.
5.3 Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is ge¬komen.
Verdachte heeft een gewoonte gemaakt van mensensmokkel en het witwassen van paspoorten en geld.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de strafmaat het volgende in het bijzonder in aanmerking genomen.
Mensensmokkel is strijdig met het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en vormt een misdrijf tegen het openbaar gezag. Het beleid om illegaal verblijf in Nederland tegen te gaan, wordt door mensen te smokkelen gefrustreerd. Witwassen is een misdrijf waarbij het vertrouwen in de financiële en economische wereld zwaar op de proef wordt gesteld.
Verdachte heeft in het geheel een sturende rol gehad, aangezien hij de man met de contacten is. Ook waren de paspoorten in zijn bezit, waarvoor hij geld heeft ontvangen.
De rechtbank acht een aanzienlijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur dan ook op zijn plaats.
Alles overwegende komt de rechtbank tot de conclusie dat een gevangenisstraf van 2 jaar en 6 maanden dient te worden opgelegd, met aftrek van het voorarrest.
6 De wettelijke voorschriften
De beslissing berust op de artikelen 47, 57, 197a, 420bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.
7 De beslissing
De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
- verklaart dat het bewezen verklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart verdachte strafbaar;
Straffen
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 2 jaren en 6 maanden;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijke deel van de opgelegde gevangenisstraf.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.M. Beije, voorzitter, mr. S.V. Pelsser en
mr. R.P.J. Quaedackers, rechters, in tegenwoordigheid van mr. K. Mahovic, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 30 januari 2009.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2005 tot en met 15 april 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de gemeente Almere, in elk geval in Nederland en/of in België en/of in de Bondsrepubliek Duitsland en/of in Frankrijk, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, een gewoonte heeft gemaakt van het opzettelijk anderen of een ander behulpzaam zijn bij en/of van het opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen verschaffen aan anderen of een ander, bij het zich verschaffen van toegang tot en/of doorreis door Nederland en/of een andere lidstaat van de Europese Unie en/of IJsland en/of Noorwegen en/of een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, immers heeft hij, verdachte, opzettellijk onderdak/(een) verblijfplaats(en) in Nederland verschaft aan en/of opzettelijk valse of vervalste reisdocumenten en/of verblijfspapieren heeft (doen) verschaffen aan en/of opzettelijk met bestemming Nederland vervoerd K. en/of S. en/of Sn. en/of G. en/of A. en/ofi A. en/of K. en/of K. K. en/of . D. en/of A., terwijl hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) (telkens) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat voornoemde toegang en/of voornoemde doorreis wederrechtelijk was/waren;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2005 tot en met 15 april 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de gemeente Almere, in elk geval in Nederland en/of in België en/of in de Bondsrepubliek Duitsland en/of in Frankrijk, meermalen, althans eenmaal (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, anderen of een ander, te weten onder meer:
- K. geboren op 19 februari 1975 en/of
-S., geboren op 27 september 1981 en/of
-S. geboren op 31 mei 1986 en/of
-G., geboren op 13 juni 1978 en/of
-A. en/of
- A., geboren op 23 augustus 1965 en/of
-K., geboren op 21 september 1986 en/of
-K.K., geboren op 13 december 1993 en/of
-D. en/of
- A. (telkens) opzettelijk behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot en/of doorreis door Nederland en/of een andere lidstaat van de Europese Unie en/of IJsland en/of Noorwegen en/of een staat die is toegetreden tot het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Protocol tegen de smokkel van migranten over land, over de zee en in de lucht, tot aanvulling van het op 15 november 2000 te New York totstandgekomen Verdrag tegen transnationale georganiseerde misdaad, of die ander(en) daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, door het (telkens) opzettellijk verschaffen van
onderdak/(een) verblijfplaats(en) in Nederland en/of door het (telkens) opzettelijk (doen) verstrekken van valse of vervalste reisdocumenten en/of verblijfspapieren en/of door het (telkens) opzettelijk vervoeren met bestemming Nederland aan/van voornoemde K. en/of voornoemde S. en/of voornoemde Sn. en/of voornoemde G. en/of voornoemde A. en/of A. en/of K. en/of K. K. en/of voornoemde D. en/of voornoemde A., terwijl hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) (telkens) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat voornoemde toegang en/of voornoemde doorreis wederrechtelijk was/waren.
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2008 tot en met 15 april 2008, in elk geval in het jaar 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de gemeente Amsterdam en/of in de gemeente Almere en/of in de gemeente Maastricht, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, in voornoemde periode meermalen, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) (een) (blanco) Grieks(e) paspoort(en) en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) geld, verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet, en/of daarvan gebruik gemaakt, terwijl hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) (telkens) wist(en), althans (telkens) redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat
voornoemd(e) (blanco) Grieks(e) paspoort(en) en/of voornoemde hoeveelhe(i)d(en) geld - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2008 tot en met 15 april 2008, in elk geval in het jaar 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de gemeente Amsterdam en/of in de gemeente Almere en/of in de gemeente Maastricht, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) (een) (blanco) Grieks(e)
paspoort(en) en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) geld, heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of heeft omgezet, en/of daarvan gebruik heeft gemaakt, terwijl hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) (telkens) wist(en) dat voornoemd(e) (blanco) Grieks(e) paspoort(en) en/of voornoemde hoeveelhe(i)d(en) geld - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2008 tot en met 15 april 2008, in elk geval in het jaar 2008 in de gemeente Sittard-Geleen en/of in de gemeente Amsterdam en/of in de gemeente Almere en/of in de gemeente Maastricht, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) (een) (blanco) Grieks(e)
paspoort(en) en/of (een) hoeveelhe(i)d(en) geld, heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of heeft omgezet, en/of daarvan gebruik heeft gemaakt, terwijl hij, verdachte en/of zijn, verdachtes, mededader(s) (telkens) redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat voornoemd(e) (blanco) Grieks(e) paspoort(en) en/of voornoemde hoeveelhe(i)d(en) geld - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf