ECLI:NL:RBMAA:2008:BG5812

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
5 november 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
132695 / HA ZA 08-902
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenkomst in onteigeningsprocedure door huurder van te onteigenen percelen

Op 5 november 2008 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in een civiele zaak met zaaknummer 132695 / HA ZA 08-902. De eiseres in de hoofdzaak, de Gemeente Heerlen, heeft gedaagden in de hoofdzaak gedagvaard voor de rechtbank en een vordering tot vervroegde onteigening ingesteld. De gedaagden in de hoofdzaak, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. H.H.B. Lamers, hebben geantwoord op de dagvaarding. In het incident heeft een derde, aangeduid als eiser in het incident, een verzoek ingediend om in de hoofdzaak te mogen tussenkomen, omdat hij als huurder van de te onteigenen percelen recht en belang heeft bij de procedure. Deze eiser in het incident werd bijgestaan door zijn advocaat mr. H.M.G. Duijsters.

De rechtbank heeft de zaak op 19 november 2008 opnieuw op de rol gezet voor het nemen van de conclusie van antwoord door de eiser in het incident. In de tussentijd heeft de rechtbank ambtshalve vonnis bepaald op basis van het rechtbankdossier. De rechtbank heeft geoordeeld dat de incidentele vordering van de huurder moet worden toegewezen, aangezien de aangevoerde gronden niet zijn weersproken. De Gemeente en de gedaagden in de hoofdzaak hebben zich niet verzet tegen de tussenkomst van de huurder.

In de beslissing heeft de rechtbank de huurder toegestaan om in de hoofdzaak tussen te komen en de beslissing over de kosten van het incident aangehouden tot de hoofdzaak is beslist. De rechtbank heeft verder iedere verdere beslissing in de hoofdzaak aangehouden, wat betekent dat de procedure voortgezet zal worden na de tussenkomst.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Civiel
Datum uitspraak : 5 november 2008
Zaaknummer : 132695 / HA ZA 08-902
De enkelvoudige kamer, belast met de behandeling van burgerlijke zaken, heeft het navolgende vonnis gewezen
inzake
de openbare rechtspersoon gemeente GEMEENTE HEERLEN,
zetelende te Heerlen,
eiseres in de hoofdzaak, verweerster in het incident,
advocaat mr. R.A. Kempermann;
tegen:
1. [Gedaagde sub 1 in de hoofdzaak],
2. [Gedaagde in de hoofdzaak sub 2],
beiden wonende te [woonplaats],
gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident,
advocaat mr. H.H.B. Lamers;
en
[Eiser in het incident],
wonende te [woonplaats],
eiser in het incident,
advocaat mr. H.M.G. Duijsters.
1. Het verloop van de procedure
Eiseres in de hoofdzaak, hierna te noemen: "de Gemeente", heeft gedaagden in de hoofdzaak, hierna te noemen:
[Namen gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident], gedagvaard voor deze rechtbank en gesteld en gevorderd als in die dagvaarding vermeld. Op de eerstdienende dag heeft de Gemeente bij akte producties in het geding gebracht.
[Gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident] hebben vervolgens geantwoord in de hoofdzaak.
Eiser in het incident, hierna te noemen: "[Eiser in het incident]", heeft vervolgens een incidentele conclusie tot tussenkomst genomen, zulks onder het overleggen van producties.
De Gemeente en [Gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident] hebben vervolgens in het incident ieder een conclusie van antwoord genomen, de Gemeente onder het overleggen van producties.
Vervolgens heeft de rechtbank in het incident ambtshalve vonnis bepaald op het rechtbankdossier. De uitspraak van het vonnis is bepaald op heden.
2. De vordering
In de hoofdzaak:
De Gemeente heeft op de in de dagvaarding vermelde gronden de in de dagvaarding vermelde vordering tot vervroegde onteigening (met bijkomende vorderingen) ingesteld.
In het incident:
[Eiser in het incident] heeft daarop bij incidentele conclusie gevorderd in de hoofdzaak te mogen tussenkomen, omdat hij als huurder van de te onteigenen percelen daarbij recht en belang heeft. Ter onderbouwing van zijn vordering heeft [Eiser in het incident] een afschrift van de huurovereenkomst tussen [Gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident] (als verhuurders) en hem en [Naam huurder] (als huurders).
De Gemeente en [Gedaagden in de hoofdzaak, verweerders in het incident] verzetten zich niet tegen de tussenkomst.
3. De beoordeling
In het incident:
De rechtbank is van oordeel dat de incidentele vordering moet worden toegewezen, nu de aangevoerde en niet weersproken gronden die vordering kunnen dragen.
De rechtbank zal de beslissing omtrent de kosten van het incident aangehouden, totdat in de hoofdzaak zal worden beslist.
In de hoofdzaak:
De rechtbank zal de zaak naar de rol verwijzen om voort te procederen.
4. De beslissing
De rechtbank:
In het incident:
staat [Eiser in het incident] toe in de hoofdzaak tussen te komen;
houdt de beslissing omtrent de kosten van het incident aan totdat in de hoofdzaak zal worden beslist;
In de hoofdzaak:
bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 19 november 2008 voor het nemen van de conclusie van antwoord door
[Eiser in het incident];
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.J.J.. Beurskens, rechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.
PZ