ECLI:NL:RBMAA:2008:BE9576
Rechtbank Maastricht
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Toewijzing voorlopige voorziening in het kader van schuldsanering en huurachterstand
In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 5 augustus 2008 een voorlopige voorziening toegewezen aan verzoekster, die te maken heeft met een huurachterstand van € 5.600,-- bij haar verhuurster, Stichting Woonpunt Parkstad. Verzoekster, bijgestaan door haar advocaat mr. J.H. Smeets, heeft tijdens de zitting op 31 juli 2008 haar situatie toegelicht. De verhuurster heeft aangevoerd dat verzoekster in gebreke is gebleven bij het betalen van de huur en dat er eerder al veroordelingen tot ontruiming zijn uitgesproken. Ondanks de betalingsachterstand heeft verzoekster aangegeven dat zij bezig is met het verkrijgen van beschermingsbewind en dat zij hulp ontvangt van Rimo en gezinshulp. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster momenteel geen uitkering ontvangt en dat haar financiële situatie zorgwekkend is, maar dat er geen aanwijzingen zijn dat zij niet te goeder trouw is geweest in het ontstaan van haar schulden.
De rechtbank heeft de belangen van verzoekster en verhuurster tegen elkaar afgewogen. Enerzijds heeft de verhuurster een zwaarwegend belang bij ontruiming, gezien de eerdere kansen die aan verzoekster zijn geboden. Anderzijds heeft verzoekster een zwaarwegend belang bij het behoud van haar woning, omdat ontruiming haar kansen op toelating tot de schuldsanering zou kunnen frustreren. De rechtbank heeft geoordeeld dat het belang van verzoekster zwaarder weegt, vooral gezien haar bereidheid om haar financiële situatie te verbeteren en haar toezegging om de huurpenningen vanaf augustus tijdig te betalen. De rechtbank heeft daarom besloten om de ontruiming te verbieden, mits verzoekster aan haar betalingsverplichtingen voldoet.
De beslissing houdt in dat de verhuurster, Stichting Woonpunt Parkstad, niet tot ontruiming mag overgaan totdat er een definitieve uitspraak is gedaan op het verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling. De rechtbank heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de verhuurster zich onmiddellijk aan deze uitspraak moet houden, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.