ECLI:NL:RBMAA:2008:BD4798
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor het opzettelijk aanwezig hebben en verkopen van harddrugs
Op 4 juni 2008 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het opzettelijk aanwezig hebben en verkopen van harddrugs, waaronder heroïne, cocaïne en hasjiesj. De rechtbank oordeelde dat de verdachte in de periode van 1 januari 2008 tot en met 19 februari 2008 meermalen opzettelijk in vereniging heroïne heeft verkocht en dat hij opzettelijk een aanzienlijke hoeveelheid verdovende middelen aanwezig heeft gehad in een pand in Kerkrade. De rechtbank baseerde haar oordeel op de verklaringen van de verdachte zelf, alsook op getuigenverklaringen en het bewijs dat de verdachte in het bezit was van de sleutels van het pand waar de drugs werden aangetroffen. De verdachte ontkende echter op de hoogte te zijn geweest van de hoeveelheid drugs in het pand en stelde dat hij slechts een toevallige passant was. De rechtbank achtte deze verklaring ongeloofwaardig en concludeerde dat de verdachte wel degelijk verantwoordelijk was voor de aangetroffen drugs. De rechtbank veroordeelde de verdachte tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, en legde daarbij bijzondere voorwaarden op, waaronder reclasseringstoezicht. Tevens werden de in beslag genomen verdovende middelen onttrokken aan het verkeer.