ECLI:NL:RBMAA:2006:AZ6238

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
13 december 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
20/000472-93
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorwaardelijke beëindiging van verpleging van overheidswege na terbeschikkingstelling

In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 13 december 2006 uitspraak gedaan in het kader van de terbeschikkingstelling van een verdachte, hierna te noemen [naam verdachte]. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling van [naam verdachte] eerder verlengd op 6 september 2006, waarbij de verpleging van overheidswege ook werd verlengd. De rechtbank heeft nu, op basis van adviezen van deskundigen en de reclassering, besloten om de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen. Dit besluit is genomen na een zorgvuldige afweging van de omstandigheden van de verdachte, zijn houding en de adviezen van de betrokken instanties.

De rechtbank heeft vastgesteld dat [naam verdachte] zich gedurende de terbeschikkingstelling heeft gehouden aan de voorwaarden die zijn gesteld door de reclassering. Hij heeft regelmatig contact onderhouden met zijn reclasseringsmedewerker en heeft zich begeleidbaar opgesteld. Ook heeft hij zich gehouden aan de aanwijzingen van de reclassering en heeft hij geen strafbare feiten gepleegd. De deskundigen hebben aangegeven dat er een behandelplan is opgesteld en dat er regelmatig contact zal zijn tussen de reclassering en de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland (AFPN).

De rechtbank heeft in haar beslissing voorwaarden gesteld aan de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege. Deze voorwaarden zijn gericht op het waarborgen van de veiligheid van anderen en het bevorderen van de terugkeer van [naam verdachte] in de maatschappij. De rechtbank is van oordeel dat de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege een geleidelijke terugkeer van [naam verdachte] in het maatschappelijk verkeer mogelijk maakt, mits hij zich aan de gestelde voorwaarden houdt. De rechtbank heeft de beslissing genomen in aanwezigheid van de griffier en heeft deze uitspraak openbaar uitgesproken.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
Parketnummer: 20/000472-93
Deze beslissing is gegeven door de meervoudige raadkamer voor strafzaken naar aanleiding van de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Maastricht van 24 juli 2006, ingekomen ter griffie op 24 juli 2006, strekkende tot verlenging met een jaar van de termijn van de terbeschikkingstelling van:
[naam verdachte],
geboren te [geboortedatum en plaats verdachte],
wonende te [adres verdachte],
hierna te noemen: [naam verdachte].
De rechtbank heeft gezien:
- de beslissing van deze rechtbank, meervoudige raadkamer voor strafzaken, d.d. 6 september 2006, waarbij de terbeschikkingstelling van [naam verdachte] is verlengd voor de tijd van één jaar, onder gelijktijdige verlenging van de verpleging van overheidswege, en waarbij de definitieve beslissing over de verpleging van overheidswege is aangehouden;
- een rapport van de Reclassering Nederland, Regio Noord Nederland, Arrondissement Groningen, d.d. 14 november 2006, opgemaakt door de heer B., reclasseringswerker, betreffende de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege van [naam verdachte].
De rechtbank heeft voorts gelet op hetgeen tijdens de terechtzitting van 23 augustus 2006 en van 29 november 2006 omtrent de vordering van de officier van justitie en de per¬soon van [naam verdachte] naar voren is gekomen.
De voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege
Het rapport van de heer B., reclasseringswerker, houdt onder meer in -zakelijk weergegeven:
Conclusies en advies
Wij achten betrokkene, gezien zijn omstandigheden, houding en uitspraken, begeleidbaar binnen een terbeschikkingstelling met een voorwaardelijk beëindigde dwangverpleging. De terugkeer van betrokkene in de maatschappij zou ons inziens kunnen geschieden onder de voorwaarden dat betrokkene:
- een frequent contact onderhoudt met een reclasseringsmedewerker,
waarbij hij zich begeleidbaar opstelt, de Reclassering informeert over de diverse leefgebieden, en zich houdt aan de hem namens de Reclassering gegeven aanwijzingen;
- niet van adres en niet van werk verandert zonder overleg met de Reclassering;
- afhankelijk van het resultaat van de aanmeldprocedure, een frequent
psychotherapeutisch contact onderhoudt met de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland (AFPN) te Groningen;
- zijn medewerking verleent aan informatieoverdracht tussen de AFPN
en de Reclassering;
- inzicht biedt in zijn financiën;
- een zinvolle dagbesteding heeft;
- zich onthoudt van contacten binnen het criminele circuit;
- geen strafbare feiten pleegt.
De getuige-deskundige H., Gz-psycholoog, verbonden aan de Dr. S. van Mesdagkliniek, heeft ter terechtzitting verklaard -zakelijk weergege¬ven:
Er heeft een intake plaatsgevonden bij de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland te Groningen (hierna te noemen: AFPN) . Bij die intake is een behandelplan opgesteld. De AFPN zal betrokkene één maal per week bezoeken. Voorts zal er regelmatig contact plaatsvinden tussen de reclassering en de AFPN om te controleren of bij beide instanties dezelfde indruk over de houding van betrokkene bestaat. De Dr. S. van Mesdagkliniek zal de begeleiding van betrokkene volledig overgeven aan de AFPN. Betrokkene blijft wel in zijn woning in de buurt van de Dr. S. van Mesdagkliniek wonen.
De getuige-deskundige B., reclasseringswerker, heeft ter terechtzitting onder meer verklaard -zakelijk weergege¬ven:
Ik heb van betrokkene begrepen dat hij moeite heeft met de controles die de Dr. S. van Mesdagkliniek bij hem thuis uitvoert, met name heeft hij moeite met de controles op het gebruik van alcohol, nu betrokkene reeds meermalen heeft aangegeven geen alcohol te gebruiken. De AFPN zal betrokkene niet zo vaak controleren als de Dr. S. van Mesdagkliniek dat heeft gedaan. Betrokkene zal voorts niet meer gecontroleerd worden op het gebruik van alcohol. Daarmee is het grootste bezwaar van betrokkene tegen de controles weggenomen. De AFPN zal zowel thuis als op kantoor gesprekken voeren met betrokkene. Er zal - zeker in het begin - regelmatig persoonlijk en telefonisch overleg plaats dienen te vinden met betrokkene.
Gelet op zijn verleden zal betrokkene moeilijk betaald werk kunnen vinden. De AFPN zal onderzoeken welke mogelijkheden er dienaangaande bestaan. Indien de mogelijkheid tot werken wegvalt, dient betrokkene te beschikken over een zinvolle dagbesteding in een gestructureerde omgeving.
De rechtbank is van oordeel dat de verpleging van overheidswege van [naam verdachte] voorwaardelijk dient te worden beëindigd. De rechtbank vindt daarvoor steun in de inhoud van het voormelde advies, alsmede in hetgeen de getuige-deskundigen ter zitting naar voren hebben gebracht.
Naar het oordeel van de rechtbank kan een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege de geleidelijke terugkeer van [naam verdachte] in het maat¬schappelijk verkeer bewerkstelligen.
Ter bescherming van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van perso¬nen of goederen zal de rechtbank voorwaarden stellen betreffende het gedrag van [naam verdachte], tot naleving waarvan deze zich bereid heeft verklaard.
BESLISSING
De rechtbank:
- beveelt de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege;
- stelt als voorwaarden dat betrokkene:
1. een frequent contact met een reclasseringsmedewerker onderhoudt,
waarbij hij zich begeleidbaar opstelt, de Reclassering informeert over de diverse leefgebieden, en zich houdt aan de hem namens de Reclassering gegeven aanwijzingen;
2. niet van adres verandert zonder overleg met de Reclassering;
3. niet van werk verandert zonder overleg met de Reclassering;
4. afhankelijk van het resultaat van de aanmeldprocedure, een frequent psychotherapeutisch contact onderhoudt met de Ambulante Forensische Psychiatrie Noord-Nederland te Groningen;
5. zijn medewerking verleent aan informatieoverdracht tussen de AFPN en de Reclassering;
6. inzicht in zijn financiën biedt;
7. een zinvolle dagbesteding heeft;
8. zich onthoudt van contacten binnen het criminele circuit;
9. geen strafbare feiten pleegt.
Aldus gegeven door mr. F.A.G.M. Vluggen, voorzitter, mr. R.A.J. van Leeuwen en
mr. H.M.J. Quaedvlieg, rechters, in tegenwoordigheid van mr. G.L.P. Biesmans, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 13 december 2006.