RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
Parketnummer: 03/703072-06
Datum uitspraak: 22 november 2006
Dit vonnis is naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 8 november 2006 op tegenspraak gewezen door de meervoudige kamer voor strafzaken in de zaak tegen
[naam verdachte],
geboren te [geboortedatum en plaats verdachte],
wonende te [woonadres verdachte],
thans gedetineerd in PI Zuid Oost - HvB Ter Peel te Evertsoord.
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
zij, verdachte, op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk [naam slachtoffer ] van het leven heeft beroofd, immers heeft/hebben zij, verdachte en/of (een of meer van) haar, verdachtes, mededader(s) met dat opzet voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam gestoken en/of gesneden, tengevolge waarvan voornoemde [naam slachtoffer ] is overleden, welke vorenomschreven doodslag werd gevolgd, vergezeld en/of voorafgegaan van enig strafbaar feit, te weten afpersing van verdovende middelen en/of geld in vereniging gepleegd, in elk geval door haar, verdachte, alleen gepleegd en/of diefstal, voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ] gepleegd van verdovende middelen en/of geld, in vereniging gepleegd, in elk geval door haar, verdachte, alleen gepleegd en welke doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van dat feit voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of aan de andere deelnemer(s) straffeloosheid en/of het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
zij, verdachte, op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan haar, verdachte en/of aan haar, verdachtes, mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan haar, verdachtes, mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat zij, verdachte en/of haar, verdachtes, mededader(s) voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad;
subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling met strafoplegging mocht of zou kunnen leiden, dat:
zij, verdachte op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer ] heeft gedwongen tot de afgifte van verdovende middelen en/of geld, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan haar, verdachte en/of aan haar, verdachtes, mededader(s), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat zij, verdachte en/of haar, verdachtes, mededader(s) voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] (telkens) tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, opzettelijk [naam slachtoffer ] van het leven heeft/hebben beroofd, immers heeft/hebben voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] met dat opzet voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen), in elk geval (telkens) met een scherp en/of puntig voorwerp in diens lichaam gestoken en/of gesneden, tengevolge waarvan voornoemde [naam slachtoffer ] is overleden, welke vorenomschreven doodslag werd gevolgd, vergezeld en/of voorafgegaan van enig strafbaar feit, te weten afpersing van verdovende middelen en/of geld in vereniging gepleegd, in elk geval door voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] alleen gepleegd en/of diefstal, voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ] gepleegd van verdovende middelen en/of geld, in vereniging gepleegd, in elk geval door voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] alleen gepleegd en welke doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van dat feit voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf straffeloosheid en/of het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren, hebbende zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland voornoemd omschreven strafbare feit door giften en/of beloften en/of door het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen opzettelijk uitgelokt, immers heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk in kennis gesteld van haar, verdachtes, plan/voornemen om een persoon uit te nodigen naar haar, verdachtes, woning te komen en die persoon vervolgens verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed afhandig te maken en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk een deel van de buit in het vooruitzicht gesteld van een door haar, verdachte, geplande beroving van een persoon en/of heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft/hebben weggenomen verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] en/of aan haar, verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat [naam verdachte 3] voornoemd en/of [naam verdachte 2] voornoemd, voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad, hebbende zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland voornoemd omschreven strafbare feit door giften en/of beloften en/of door het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen opzettelijk uitgelokt, immers heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk in kennis gesteld van haar, verdachtes, plan/voornemen om een persoon uit te nodigen naar haar, verdachtes, woning te komen en die persoon vervolgens verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed afhandig te maken en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk een deel van de buit in het vooruitzicht gesteld van een door haar, verdachte, geplande beroving van een persoon en/of heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning;
meer, subsidiair, althans indien het vorenstaande niet tot een veroordeling met strafoplegging mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer ] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van verdovende middelen en/of geld, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] en/of aan haar, verdachte, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat [naam verdachte 3] voornoemd en/of [naam verdachte 2] voornoemd voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] (telkens) tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad, hebbende zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland voornoemd omschreven strafbare feit door giften en/of beloften en/of door het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen opzettelijk uitgelokt, immers heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk in kennis gesteld van haar, verdachtes, plan/voornemen om een persoon uit te nodigen naar haar, verdachtes, woning te komen en die persoon vervolgens verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed afhandig te maken en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk een deel van de buit in het vooruitzicht gesteld van een door haar, verdachte, geplande beroving van een persoon en/of heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning;
meest subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, opzettelijk [naam slachtoffer ] van het leven heeft/hebben beroofd, immers heeft/hebben voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] met dat opzet voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen), in elk geval (telkens) met een scherp en/of puntig voorwerp in diens lichaam gestoken en/of gesneden, tengevolge waarvan voornoemde [naam slachtoffer ] is overleden, welke vorenomschreven doodslag werd gevolgd, vergezeld en/of voorafgegaan van enig strafbaar feit, te weten afpersing van verdovende middelen en/of geld in vereniging gepleegd, in elk geval door voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] alleen gepleegd en/of diefstal, voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ] gepleegd van verdovende middelen en/of geld, in vereniging gepleegd, in elk geval door voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] alleen gepleegd en welke doodslag werd gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van dat feit voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf straffeloosheid en/of het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren, zijnde zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland opzettelijk medeplichtig aan het plegen van voornoemd omschreven strafbare feit door opzettelijk behulpzaam te zijn bij het plegen van voornoemd misdrijf en/of door opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen tot het plegen van voornoemd misdrijf, immers heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning en/of door opzettelijk in de nabijheid van de plaats van het misdrijf op de uitkijk te verblijven;
meer subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft/hebben weggenomen verdovende middelen en/of geld, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] en/of aan haar, verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat [naam verdachte 3] voornoemd en/of [naam verdachte 2] voornoemd, voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad, zijnde zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland opzettelijk medeplichtig aan het plegen van voornoemd omschreven strafbare feit door opzettelijk behulpzaam te zijn bij het plegen van voornoemd misdrijf en/of door opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen tot het plegen van voornoemd misdrijf, immers heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning en/of door opzettelijk in de nabijheid van de plaats van het misdrijf op de uitkijk te verblijven;
meest subsidiair, althans indien het vorenstaande niet tot een veroordeling met strafoplegging mocht of zou kunnen leiden, dat:
[naam verdachte 3] en/of [naam verdachte 2] op of omstreeks 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met elkaar, althans ieder voor zich alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [naam slachtoffer ] heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van verdovende middelen en/of geld, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval toebehorende aan een ander of aan anderen dan aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] en/of aan haar, verdachte, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat [naam verdachte 3] voornoemd en/of [naam verdachte 2] voornoemd voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, althans eenmaal, (telkens) met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en/of gesneden en/of meermalen, althans eenmaal voornoemde [naam slachtoffer ] (telkens) tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en/of gestompt en/of getrapt en/of geschopt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad, zijnde zij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 januari 2006 tot en met 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, in elk geval in het arrondissement Maastricht en/of elders in Nederland opzettelijk medeplichtig aan het plegen van voornoemd omschreven strafbare feit door opzettelijk behulpzaam te zijn bij het plegen van voornoemd misdrijf en/of door opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen tot het plegen van voornoemd misdrijf, immers heeft zij, verdachte, aan voornoemde [naam verdachte 3] en/of aan voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk (een) mes(sen) en/of een (waterpomp)tang ter beschikking gesteld/overhandigd en/of heeft zij, verdachte, opzettelijk voornoemde [naam slachtoffer ], in elk geval een koerier/leverancier van verdovende middelen (telefonisch) uitgenodigd naar haar, verdachtes, woning te komen en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk onderdak in haar, verdachtes, woning verschaft (in afwachting van voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier) en/of heeft zij, verdachte, voornoemde [naam verdachte 3] en/of voornoemde [naam verdachte 2] opzettelijk ingelicht op welke wijze voornoemde [naam slachtoffer ]/koerier/leverancier het beste kon worden benaderd vanuit/bij haar, verdachtes, woning en/of door opzettelijk in de nabijheid van de plaats van het misdrijf op de uitkijk te verblijven.
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte primair is ten laste gelegd. Uit het onderzoek ter terechtzitting is niet komen vast te staan dat de verdachte op één lijn kan worden gesteld met degene(n) die de doodslag op het slachtoffer daadwerkelijk heeft(/hebben) gepleegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat
zij op 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen verdovende middelen toebehorende aan [naam slachtoffer ], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld tegen voornoemde [naam slachtoffer ], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en aan haar mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld hierin bestond dat verdachtes mededaders voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen, met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en voornoemde [naam slachtoffer ] tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en getrapt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad;
zij op 4 februari 2006 in de gemeente Heerlen tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld [naam slachtoffer ] heeft gedwongen tot de afgifte van geld, toebehorende aan voornoemde [naam slachtoffer ], welk geweld hierin bestond dat verdachtes mededader(s) voornoemde [naam slachtoffer ] meermalen met (een) mes(sen) in diens lichaam heeft/hebben gestoken en voornoemde [naam slachtoffer ] tegen diens lichaam heeft/hebben geslagen en getrapt, terwijl vorenomschreven strafbaar feit de dood van voornoemde [naam slachtoffer ] ten gevolge heeft gehad.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder subsidiair meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
De beslissing van de rechtbank, dat het bewezenverklaarde door de verdachte is begaan, steunt op de inhoud van de bewijsmiddelen, houdende de daartoe redengevende feiten en omstandigheden.
Het bewezenverklaarde levert op strafbare feiten welke moeten worden gekwalificeerd als volgt.
de voortgezette handeling van:
diefstal, voorafgegaan en vergezeld en gevolgd van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, en om, bij betrapping op heter daad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
De strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid uitsluit. De verdachte is derhalve strafbaar.
De redengeving van de op te leggen straf
De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd dat de verdachte ter zake van het meer subsidiair tenlastegelegde feit, gekwalificeerde diefstal, de dood ten gevolge hebbende, zal worden veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 10 jaren, met aftrek conform het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
De raadsman van de verdachte heeft vrijspraak van het primair ten lastegelegde, de gekwalificeerde doodslag, bepleit. Voorts heeft de raadsman aangevoerd dat zijn cliënte weliswaar wist dat er een diefstal met een geweldsaspect zou worden gepleegd, doch dat zij niet heeft bijgedragen aan de dood van het slachtoffer en de dood van het slachtoffer haar slechts kan worden aangerekend als schuld. De raadsman van de verdachte heeft naar voren gebracht dat het niet terecht is dat zijn cliënte door de officier van justitie qua strafeis gelijk wordt gesteld met een medeverdachte, terwijl de officier van justitie in de zaak van de medeverdachte heeft gerequireerd tot bewezenverklaring van een ernstiger feit, namelijk gekwalificeerde doodslag.
Mede gelet op hetgeen door de officier van justitie en door en namens de verdachte ter terechtzitting naar voren is gebracht, overweegt de rechtbank in verband met de op te leggen straf het volgende.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf welke onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te vermelden duur met zich brengt. Daarbij is rekening gehouden met de volgende omstandigheden.
De verdachte heeft een voorbereidende, faciliterende en sturende rol gespeeld in de gewelddadige beroving van [naam slachtoffer ].
De verdachte had samen met haar mededader(s) het plan opgevat om een weedtaxi-chauffeur te overvallen . De weedtaxi-chauffeur is door de verdachte besteld bij haar woning. De verdachte heeft haar medeverdachten ertoe aangezet alles van de weedtaxi-chauffeur af te pakken en heeft haar mededaders in staat gesteld om messen en een tang uit haar woning mee te nemen, waarmee de weedtaxi-chauffeur kon worden bedreigd, geslagen en gestoken. De verdachte kon en moest er dus rekening mee houden dat het bij de overval toe te passen geweld het gevolg kon hebben, dat ook is ingetreden. Toen de weedtaxi-chauffeur -[naam slachtoffer ]- probeerde zich te verdedigen tegen zijn overvallers mondde de overval immers uit in een meedogenloze steekpartij, waarbij [naam slachtoffer ] het leven heeft gelaten. De verdachte heeft vervolgens haar mededaders weggestuurd van de plaats van het delict en is naar het slachtoffer toegegaan. Ten slotte heeft de verdachte een mededader opgedragen het huis schoon te maken, zodat eventuele sporen, achtergelaten door de mededaders, zouden kunnen worden gewist.
Crimineel gedrag als het onderhavige behoort tot de ernstigste delicten. De wetgever heeft de buitengewone ernst van deze misdrijven tot uitdrukking gebracht door daarop gevangenisstraf voor de duur van vijftien jaren als strafmaximum te stellen.
De gewelddadigheden en de daaruit voortvloeiende dood van [naam slachtoffer ] hebben enorm leed voor diens familie teweeggebracht, zoals onder meer tot uitdrukking is gekomen in de schriftelijke slachtofferverklaring van de weduwe. Daar komt nog bij dat ook de rechtsorde door feiten als het onderhavige extra ernstig wordt geschokt en dat gevoelens van angst, onrust en onveiligheid in de samenleving (nog verder) worden aangewakkerd.
Anderzijds heeft de rechtbank echter bij de strafoplegging ook gelet op het feit dat de verdachte niet zelf daadwerkelijk de hand heeft gehad in het beroven en doodsteken van het slachtoffer. Bovendien kan niet gezegd worden dat bij de planning van de overval het nu opgetreden gevolg, hoewel voorzienbaar, ook zeker was. Daarmee is de rol van de verdachte in dit drama toch een wezenlijk andere dan die van haar medeverdachte(n), hetgeen de rechtbank ook in de op te leggen straf naar voren wil laten komen.
De vordering van de benadeelde partij
Ter terechtzitting is het formulier, als bedoeld in artikel 51b, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, behandeld, waarbij [naam benadeelde partij] zich ter zake van haar vordering tot schadevergoeding als benadeelde partij in het strafproces heeft gevoegd.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is komen vast te staan dat aan de benadeelde partij [naam benadeelde partij] door het hiervoor bewezen verklaarde strafbare feit rechtstreeks materiële schade is toegebracht tot een bedrag van € 2.230,74, terzake van niet vergoede kosten van de begrafenis van het slachtoffer, de heer [naam slachtoffer ].
De verdediging heeft zich ten aanzien van de vordering gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. De vordering komt de rechtbank niet onrechtmatig of ongegrond voor.
Nu aan de verdachte ter zake van dat feit een straf zal worden opgelegd, zal de vordering daarom tot het totaal-bedrag van € 2.230,74 worden toegewezen.
Nu de verdachte ter zake van het hiervoor bewezen verklaarde strafbare feit zal worden veroordeeld en zij naar burgerlijk recht jegens het slachtoffer [naam benadeelde partij], zijnde de hiervoor genoemde benadeelde partij [naam benadeelde partij], aansprakelijk is voor de schade die door dat strafbare feit is toegebracht, heeft de rechtbank tot het opleggen van nader te noemen maatregel besloten.
De toepasselijke wettelijke bepalingen
De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op de artikelen 24c, 36f, 47, 56, 310 en 312, 317 van het Wetboek van Strafrecht.
- verklaart niet wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt haar daarvan vrij;
- verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het subsidiair ten laste gelegde, zoals hiervoor is omschreven, heeft begaan;
- verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder subsidiair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt haar daarvan vrij;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de hiervoor vermelde strafbare feiten oplevert en dat de verdachte strafbaar is;
- veroordeelt de verdachte voor het hiervoor bewezenverklaarde tot een gevangenisstraf voor de tijd van 5 jaren;
- beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de aan veroordeelde opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt de verdachte hoofdelijk om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [naam benadeelde partij], [adres benadeelde partij], te betalen een bedrag van € 2.230,74 (tweeduizend tweehonderd-en-dertig euro en vier-en-zeventig cent);
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij [naam benadeelde partij] in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte hoofdelijk de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [naam benadeelde partij], [adres benadeelde partij], te betalen een bedrag van € 2.230,74 (tweeduizend tweehonderd-en-dertig euro en vier-en-zeventig cent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 44 dagen;
- verstaat dat toepassing van laatstbedoelde vervangende hechtenis de opgelegde verplichting tot betaling niet opheft;
- bepaalt dat, indien de verdachte aan de benadeelde partij [naam benadeelde partij] voormeld bedrag van € 2.230,74 heeft voldaan, de verplichting tot betaling aan de staat komt te vervallen;
- bepaalt dat, indien verdachte aan de verplichting tot betaling aan de staat van het bedrag van € 2.230,74 heeft voldaan, de verplichting tot betaling van dat bedrag aan de benadeelde partij [naam benadeelde partij] komt te vervallen.
Dit vonnis is aldus gewezen door mr. R.A.J. van Leeuwen, voorzitter, mr. B.G.L. van der Aa en mr. I.M.T. Wijnands, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E.M.A. Vinken, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 november 2006.
RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
Parketnummer: 03/703072-06
Proces-verbaal van het voorgevallene ter openbare terechtzitting van de enkelvoudige kamer van de rechtbank voornoemd van 22 november 2006 in de zaak tegen:
[naam verdachte],
geboren te [geboortedatum en plaats verdachte],
wonende te [woonadres verdachte],
thans gedetineerd in PI Zuid Oost - HvB Ter Peel te Evertsoord.
mr. , officier van justitie,
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is niet in de zaal van de terechtzitting aanwezig. Zij heeft afstand gedaan van zijn recht in persoon bij de uitspraak aanwezig te zijn.
De rechter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat zij daartegen binnen 14 dagen hoger beroep kan instellen.
Waarvan proces-verbaal, vastgesteld en getekend door de rechter en de griffier.
Raadsman mr. Th.U. Hiddema, advocaat te Maastricht.