ECLI:NL:RBMAA:2006:AY8798

Rechtbank Maastricht

Datum uitspraak
2 augustus 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
03-700222-06
Instantie
Rechtbank Maastricht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een minderjarige voor meerdere pogingen tot diefstal en opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet

In deze zaak heeft de Rechtbank Maastricht op 2 augustus 2006 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een minderjarige verdachte, die werd beschuldigd van meerdere strafbare feiten, waaronder pogingen tot diefstal en opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op verschillende data in april 2006 in de gemeente Kerkrade samen met anderen of alleen heeft geprobeerd goederen te stelen uit voertuigen, waaronder een Citroen en een Vespa bromfiets. De verdachte heeft zich daarbij toegang verschaft door middel van braak. Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 10 tot 15 april 2006 een hoeveelheid drugs, waaronder MDMA en amfetamine, in zijn bezit gehad. De rechtbank heeft de verdachte voor deze feiten veroordeeld tot een jeugddetentie van negen maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten en het aantal gepleegde inbraken. Tevens is de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde taakstraf gehonoreerd. De rechtbank heeft de benadeelde partijen in hun vorderingen niet-ontvankelijk verklaard, omdat de schade niet eenvoudig te herleiden was naar de door de verdachte gepleegde feiten. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, waarbij de voorzitter en de rechters de zaak op tegenspraak hebben behandeld.

Uitspraak

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Strafrecht
Parketnummer: 03/700222-06
Datum uitspraak: 2 augustus 2006
Dit vonnis is naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 19 juli 2006 op tegenspraak gewezen door de meervoudige kamer voor strafzaken in de zaak tegen de minderjarige:
[naam verdachte],
geboren te [geboortedatum en plaats verdachte],
wonende te [woonadres verdachte],
thans gedetineerd in het Het Keerpunt, Opvang- en Behandelcentrum te
Cadier en Keer, Pater Kustersweg 8.
De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 11 april 2006 in de gemeente Kerkrade ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een (personen)auto (merk Citroen, type ZX, kenteken [11-22-33]) weg te nemen (een) goed(eren) en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 1], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die personenauto te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed en/of geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen met voornoemd opzet een of meer ruit(en) van die (personen)auto heeft geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
hij op of omstreeks 10 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een bromfiets (merk Vespa, Type Gilera Cita, verzekeringsplaatje [BFB000 0000]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte
en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen bromfiets onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking;
3.
hij in of omstreeks de periode van 03 april 2006 tot en met 04 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een (personen)auto (merk Volkswagen, type Golf, kenteken [22-33-44]) heeft weggenomen een radio/cd-speler (merk Pioneer, kleur grijs), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4.
hij in of omstreeks de periode van 03 april 2006 tot en met 04 april 2006
in de gemeente Kerkrade meermalen, althans eenmaal, (telkens) ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit de hierna te noemen auto's, te weten
- 1. een (bestel)auto (merk Peugeot, type Partner, kenteken [33-44-55]) en/of
- 2. een (personen)auto (merk Honda, type Civic, kenteken [44-55-66]) en/of
- 3. een (personen)auto (merk Fiat, type Panda, kenteken [55-66-77]) en/of
- 4. een (personen)auto (merk Daihatsu, type Cuore, kenteken [66-77-88]) en/of
- 5. een (personen)auto (merk Nissan, type Primera, kenteken [77-88-99]) en/of
- 6. een (personen)auto (merk Volkswagen, kenteken [12-22-33]) en/of
- 7. een (personen)auto (merk Mazda, type 626, kenteken [13-22-33]) en/of
- 8. een (personen)auto (merk Toyota, type Carina, kenteken [14-22-33]) en/of
- 9. een (personen)auto (merk Peugeot, type 306, kenteken [15-22-33]) en/of
- 10. een (personen)auto (merk Hyundai, type Atos, kenteken [16-22-33]) en/of
- 11. een (personen)auto (merk Opel, type Corsa, kenteken [17-22-33]) en/of
- 12. een (personen)auto (merk Opel, type Cora, kenteken [18-22-33]) en/of
- 13. een (personen)auto (merk Volkswagen, type Passat, kenteken [19-22-33])
en/of
- 14. een (personen)auto (merk Opel, type Corsa, kenteken [20-22-33]) en/of
- 15. een (personen)auto (merk Peugeot, kenteken [21-22-33])
weg te nemen (een) goed(eren) en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan
de hierna te noemen rechthebbende(n), te weten
- 1. [naam slachtoffer 4] en/of
- 2. [naam slachtoffer 5] en/of
- 3. [naam slachtoffer 6] en/of
- 4. [naam slachtoffer 7] en/of
- 5. [naam slachtoffer 8] en/of
- 6. [naam slachtoffer 9] en/of
- 7. [naam slachtoffer 10] en/of
- 8. [naam slachtoffer 11] en/of
- 9. [naam slachtoffer 12] en/of
- 10. [naam slachtoffer 13] en/of
- 11. [naam slachtoffer 14] en/of
- 12. [naam slachtoffer 15] en/of
- 13. [naam slachtoffer 16] en/of
- 14. [naam slachtoffer 17] en/of
- 15. [[naam slachtoffer 18]],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die auto('s) te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen (telkens)
- 1. een ruit van die(bestel)auto heeft geforceerd en/of (vervolgens) die
(bestel)auto heeft doorzocht en/of
- 2. een slot en/of een ruit van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 3. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 4. een slot en/of een ruit van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
(vervolgens) die (personen)auto heeft doorzocht en/of
- 5. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 6. doende is geweest (een slot van) een deur van die (personen)auto te
forceren en/of
- 7. een of meer slot(en) van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 8. een ruit van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 9. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 10. een ruit van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 11. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 12. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 13. een ruit van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 14. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd en/of
- 15. een slot van die (personen)auto heeft geforceerd,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5.
hij in of omstreeks de periode van 10 april 2006 tot en met 15 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, opzettelijk
aanwezig heeft gehad
- ongeveer 90 tabletten, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl-MDA en/of metamfetamine
en/of brolamfetamine en/of amfetamine en/of
- ongeveer 100 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende
amfetamine,
zijnde MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl-MDA en/of metamfetamine en/of brolamfetamine en/of amfetamine (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
6.
hij op of omstreeks 23 maart 2006 in gemeente Heerlen een of meer perso(o)n(en) genaamd [naam slachtoffer 19] en/of [naam slachtoffer 20] en/of [naam slachtoffer 21] en/of [naam slachtoffer 22] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend meermalen, althans eenmaal, (telkens)
- een stoel opgepakt en/of boven zijn, verdachtes, hoofd geheven, terwijl hij, verdachte, op (zeer) korte afstand van die [naam slachtoffer 19] en/of
[naam slachtoffer 20] en/of [naam slachtoffer 21] en/of [naam slachtoffer 22] stond en/of
- zijn, verdachtes, vuist geheven en/of (vervolgens) een of meer slaande beweging(en) gemaakt naar die [naam slachtoffer 19] en/of [naam slachtoffer 20] en/of [naam slachtoffer 21] en/of [naam slachtoffer 22] en/of
- een prullenbak opgepakt en/of (hoog) opgeheven, terwijl hij, verdachte, op (zeer) korte afstand van die [naam slachtoffer 19] en/of [naam slachtoffer 20] en/of [naam slachtoffer 21] en/of [naam slachtoffer 22] stond.
De vrijspraak
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte onder 6 is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij op 11 april 2006 in de gemeente Kerkrade ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een personenauto (merk Citroen, type ZX, kenteken [11-22-33]) weg te nemen goederen en/of geld, toebehorende aan [naam slachtoffer 1] en zich daarbij de toegang tot die personenauto te verschaffen door middel van braak met zijn mededader met voornoemd opzet een ruit van die personenauto heeft geforceerd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
hij op of omstreeks 10 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een bromfiets (merk Vespa, Type Gilera Cita, verzekeringsplaatje [BFB000 0000]), toebehorende aan [naam slachtoffer 2], waarbij verdachte en zijn mededader die weg te nemen bromfiets onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
3.
hij in de periode van 3 april 2006 tot en met 4 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een personenauto heeft weggenomen een radio/cd-speler (merk Pioneer), toebehorende aan een ander dan aan verdachte en zijn mededader, waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak;
4.
hij in de periode van 3 april 2006 tot en met 4 april 2006 in de gemeente Kerkrade meermalen telkens ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit auto's weg te nemen goederen en/of geld, toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en zijn mededader en zich daarbij de toegang tot die auto's te verschaffen door middel van braak, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
5.
hij in de periode van 10 april 2006 tot en met 15 april 2006 in de gemeente Kerkrade tezamen en in vereniging met een ander opzettelijk aanwezig heeft gehad:
- ongeveer 90 tabletten van een materiaal bevattende MDMA en
- ongeveer 100 gram van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde MDMA en amfetamine een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
De partiële vrijspraak
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1, 2, 3, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
De bewijsmiddelen
De beslissing van de rechtbank, dat het bewezen verklaarde door de verdachte is begaan, steunt op de inhoud van de bewijsmiddelen, houdende de daartoe redengevende feiten en omstandigheden.
De kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op de strafbare feiten die moeten worden gekwalificeerd als volgt:
feit 1.
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of middel van braak;
feit 2:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 3:
diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak;
feit 4:
poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft of het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, meermalen gepleegd;
feit 5:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, onder C, van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
De strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid uitsluit. De verdachte is derhalve strafbaar.
De redengeving van de op te leggen straffen
De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd dat de verdachte ter zake van /de feiten/ onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 zal worden veroordeeld tot een jeugddetentie voor de duur van negen maanden, met aftrek overeenkomstig het bepaalde in artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren onder een bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal houden aan de richtlijnen van de jeugdreclassering.
De raadsvrouwe heeft vrijspraak van het onder 6 ten laste gelegde feit bepleit en overigens het opleggen van een lagere straf dan door de officier van justitie geëist.
Mede gelet op hetgeen door de officier van justitie en namens de verdachte ter terechtzitting naar voren is gebracht, overweegt de rechtbank in verband met de op te leggen straffen het volgende.
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straffen gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
Naar het oordeel van de rechtbank kan niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf welke een deels onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te vermelden duur met zich brengt. Daarbij is rekening gehouden met:
- de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, alsmede het belang van een juiste normhandhaving en
- de mate waarin het bewezen verklaarde schade teweeg heeft gebracht.
Ofschoon de rechtbank komt tot een bewezenverklaring van minder feiten dan waarvan de officier van justitie in haar vordering is uitgegaan, acht de rechtbank toch een straf, gelijk aan die welke door de officier van justitie is gevorderd, geboden. Daarbij is rekening gehouden met de omstandigheid dat verdachte een groot aantal pogingen tot inbraak in personenauto’s, een inbraak in een personenauto en een diefstal van een bromfiets heeft gepleegd.
Het in de beslissing als zodanig te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp, blijkens het onderzoek ter terechtzitting toebehorend aan verdachte, is vatbaar voor verbeurdverklaring.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het een voorwerp is, met behulp waarvan de onder 1, 3 en 4 bewezen verklaarde feiten zijn begaan.
Van de overige, in de beslissing als zodanig te noemen, voorwerpen is thans niet duidelijk wie daarop de rechthebbenden zijn, nu de verdachte heeft verklaard dat hij deze goederen heeft gestolen en hij niet weet bij welke inbraak welk voorwerp is gestolen. De rechtbank zal daarom de bewaring van deze goederen ten behoeve van de rechthebbende gelasten.
De vorderingen van de benadeelde partijen
Ter terechtzitting zijn de formulieren als bedoeld in artikel 51b, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering, behandeld, waarbij [naam slachtoffer 23], [adres slachtoffer 23], [naam slachtoffer 24], [adres slachtoffer 24], [naam slachtoffer 8], [adres slachtoffer 8], [naam slachtoffer 25], [adres slachtoffer 25], [naam slachtoffer 5], [adres slachtoffer 5], en [naam slachtoffer 2], [adres slachtoffer 2], zich ter zake van hun vorderingen tot schadevergoeding als benadeelde partij in het strafproces in het strafproces hebben gevoegd.
Gelet op de omstandigheid dat de schade, geleden door de benadeelde partijen [naam slachtoffer 23], [naam slachtoffer 24], [naam slachtoffer 8], [naam slachtoffer 25] en [naam slachtoffer 5] niet gemakkelijk te herleiden is naar door verdachte begane concrete feiten, zijn deze vorderingen niet van zodanig eenvoudige aard dat deze zich voor behandeling in het strafproces lenen, reden waarom zij zal bepalen dat partijen in hun vordering niet-ontvankelijk zijn en die vorderingen slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Naar het oordeel van de rechtbank is de vordering van de benadeelde partij Knobbe niet van zodanig eenvoudige aard dat deze zich voor behandeling in het strafproces leent, reden waarom zij zal bepalen dat de benadeelde partij in zijn vordering niet-ontvankelijk is en deze slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
De vordering tenuitvoerlegging
Ter terechtzitting is gelijktijdig behandeld de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, voor de duur van 15 uur subsidiair 8 dagen jeugddetentie, aan verdachte opgelegd bij onherroepelijk vonnis van de kantonrechter in de deze rechtbank van 7 november 2005, gewezen onder parketnummer 03/441826-05.
De vordering voldoet aan de bij de wet gestelde eisen.
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat verdachte door hetgeen thans bewezen en strafbaar is verklaard zich voor het einde van de proeftijd opnieuw heeft schuldig gemaakt aan strafbare feiten en aldus de algemene voorwaarden heeft overtreden.
Bijzondere omstandigheden die aan de gevorderde tenuitvoerlegging in de weg zouden staan zijn niet aanwezig.
De rechtbank zal dan ook de gevorderde tenuitvoerlegging gelasten.
De toepasselijke wettelijke bepalingen
De op te leggen straffen zijn gegrond op de artikelen 33, 33a, 45, 47, 77i, 77x, 77y, 77z, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.
DE BESLISSINGEN:
De rechtbank
- verklaart niet wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het onder 6 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde, zoals hiervoor is omschreven, heeft begaan;
- verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1, 2, 3, 4 en 5 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de hiervoor vermelde strafbare feiten oplevert en dat de verdachte strafbaar is;
- veroordeelt de verdachte voor het hiervoor bewezenverklaarde tot een jeugddetentie voor de duur van NEGEN MAANDEN;
- adviseert deze straf ten uitvoer te leggen in Het Keerpunt te Cadier en Keer dan wel in een andere Rijksinrichting of daartoe aangewezen particuliere inrichting voor jeugdigen;
- beveelt, dat van de opgelegde jeugddetentie een deel, groot VIER MAANDEN, niet zal worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat de veroordeelde niet heeft nageleefd de voorwaarde zich voor het einde van een proeftijd van twee jaren niet schuldig te maken aan een strafbaar feit dan wel niet heeft nageleefd de navolgende bijzondere voorwaarde;
- stelt als bijzondere voorwaarde dat de veroordeelde gedurende de proeftijd zich zal gedragen overeenkomstig de door of vanwege de Jeugdreclassering van het Bureau Jeugdzorg in het Arrondissement Maastricht te stellen richtlijnen zolang deze reclasseringsinstelling zulks gedurende de proeftijd noodzakelijk oordeelt, ook als deze inhouden meewerken aan de behandeling in een besloten behandelgroep van de Stichting Anna, Gastenhof, locatie Urmond;
- geeft opdracht aan genoemde instelling aan de veroordeelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
- beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de aan veroordeelde opgelegde jeugddetentie geheel in mindering zal worden gebracht;
- verklaart verbeurd het inbeslaggenomene, te weten:
- 2006048577 3 een lifehammer, kleur rood;
- gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van het inbeslaggenomene, te weten:
- 2006048577 4 een autoradiocompactdisc, kleur grijs, merk PIONEER,
type Deh-4700mp,
- 2006048577 5 een autoradiocompactdisc, kleur zwart, merk SONY,
type Cdx-5270,
- 2006048577 6 een autoradiocompactdisc, kleur zwart, merk JVC, type Kd-S8r,
- 2006048577 7 een frontpaneel autoradio, kloeur grijs, merk PIONEER,
type Deh-4700mp,
- 2006048577 8 een Cd-Rom, titel black en white en
- 2006048577 9 een lamp, kleur grijs.
- gelast dat de aan de veroordeelde bij vonnis van de kantonrechter in deze rechtbank van 7 november 2005, gewezen onder parketnummer 03/441826-05, voorwaardelijk opgelegde taakstraf in de vorm van een werkstraf alsnog zal worden tenuitvoergelegd;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 11], [adres slachtoffer 11], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 11] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 24], [adres slachtoffer 24], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 14] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 8], [adres slachtoffer 8], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 8] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 25], [adres slachtoffer 25], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 25] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 5], [adres slachtoffer 5], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 5] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij [naam slachtoffer 2], [adres slachtoffer 2], in haar vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat zij deze vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- veroordeelt de benadeelde partij [naam slachtoffer 2] in de kosten, door verdachte ter verdediging tegen de vordering gemaakt, begroot op nihil.
Dit vonnis is aldus gewezen door mr. M.E. Kramer, voorzitter, kinderrechter, mr. W.L.J. Voogt en mr. Th.J.M. Oostdijk, rechters, in tegenwoordigheid van J.M.A. Haanen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 2 augustus 2006, zijnde mr. Th.J.M. Oostdijk buiten staat het vonnis mede te ondertekenen.