ECLI:NL:RBMAA:2005:AU5966
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Eijck
- A. Schreinemakers
- J. Diederen
- Rechtspraak.nl
Verkeersongeval met dodelijke afloop en doorrijden na ongeval
Op 26 oktober 2005 heeft de Rechtbank Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een verkeersongeval op 22 april 2004. De verdachte bestuurde een motorrijtuig met een snelheid van ongeveer 80 km per uur op de A76, waarbij een passagiere, aangeduid als [slachtoffer], uit het voertuig viel en op het wegdek terechtkwam. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet is gestopt na het ongeval en de plaats van het ongeval heeft verlaten, wat hem schuldig maakte aan een overtreding van artikel 7 van de Wegenverkeerswet 1994. De verdediging voerde aan dat de verdachte niet in staat was om het ongeval binnen twaalf uur te melden, maar dit werd door de rechtbank niet aannemelijk geacht.
De rechtbank achtte de verdachte wettig en overtuigend schuldig aan het ten laste gelegde feit, maar sprak hem vrij van andere beschuldigingen. De officier van justitie had een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden geëist, evenals een ontzegging van de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen voor de duur van één jaar. De rechtbank volgde deze eis en legde de straf op, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van het feit en de impact op de verkeersveiligheid. De rechtbank benadrukte dat de verdachte door niet te stoppen en de plaats van het ongeval te verlaten, het slachtoffer in een kwetsbare positie had achtergelaten. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, bestaande uit drie rechters, en werd openbaar uitgesproken.