ECLI:NL:RBMAA:2002:AF1227
Rechtbank Maastricht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Bergmans
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding wegens verborgen gebreken in onroerend goed
In deze zaak, die voor de Rechtbank Maastricht werd behandeld, hebben eisers, [M.] [L.] en [M.] [L2.], een vordering ingesteld tegen gedaagden, [M.] [M.], met betrekking tot verborgen gebreken in een onroerend goed. De eisers stelden dat er ernstige gebreken waren, zoals lekkages en verzakkingen van het plafond, die het gevolg waren van een foute dakconstructie. De rechtbank heeft in een tussenvonnis van 31 augustus 2000 eisers toegelaten om bewijs te leveren door middel van getuigen. Zowel eisers als gedaagden hebben zes getuigen gehoord, waarvan de verklaringen zijn vastgelegd in proces-verbaal.
Na beoordeling van de getuigenverklaringen kwam de rechtbank tot de conclusie dat de eisers slechts gedeeltelijk in hun bewijsopdracht waren geslaagd. Hoewel de getuigen bevestigden dat er gebreken waren, oordeelde de rechtbank dat deze gebreken geen normaal gebruik van de woning in de weg stonden. De dakisolatielaag was vochtig, maar de deskundige getuige verklaarde dat de dakconstructie gebruikelijk was voor de leeftijd van de woning en dat er geen sprake was van een 'foute dakconstructie'.
De rechtbank overwoog verder dat de eisers niet hadden bewezen dat gedaagden op de hoogte waren van de gebreken of dat zij deze hadden kunnen kennen. De getuigen van gedaagden weerlegden de stellingen van eisers, en de rechtbank concludeerde dat de gebreken voor risico van eisers kwamen. Uiteindelijk wees de rechtbank de vordering van eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten, die aan de zijde van gedaagden waren gevallen.