ECLI:NL:RBLIM:2025:6672
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor het aanwezig hebben van lachgas
Op 25 juni 2025 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk binnenbrengen, vervoeren en aanwezig hebben van ongeveer 240 kilogram lachgas in Nederland. De verdachte, geboren in Frankrijk en zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland, werd bijgestaan door mr. L.M.E. Kleczewski, waarnemend voor mr. C.C. Haanappel. De zaak werd eerder behandeld door de politierechter en verwezen naar de meervoudige kamer vanwege de complexiteit. Tijdens de zitting op 11 juni 2025 was de verdachte niet aanwezig, maar zijn raadsvrouw pleitte voor vrijspraak, stellende dat er geen bewijs was dat de cilinders daadwerkelijk lachgas bevatten. De officier van justitie had gerekwireerd tot bewezenverklaring, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren. De rechtbank wees op het ontbreken van een chemisch deskundigenrapport en de vernietiging van de cilinders, waardoor het bewijs niet kon worden geleverd. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten, omdat er onvoldoende aanknopingspunten waren om te concluderen dat de verdachte de ten laste gelegde hoeveelheid lachgas voorhanden had.