ECLI:NL:RBLIM:2025:654

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
29 januari 2025
Publicatiedatum
27 januari 2025
Zaaknummer
03.238861.23
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens Marktplaatsfraude met aanzienlijke schadevergoeding en taakstraf

Op 29 januari 2025 heeft de Rechtbank Limburg in Maastricht uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die gedurende bijna zes jaar betrokken was bij Marktplaatsfraude. De verdachte heeft in de periode van 19 oktober 2014 tot en met 28 februari 2019 twintig personen opgelicht en in de periode van 1 maart 2019 tot en met 24 september 2020 heeft hij online handelsfraude gepleegd, waarbij zestien personen zijn benadeeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting door valse advertenties te plaatsen en betalingen te ontvangen zonder de beloofde goederen te leveren. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 100 uren, met aftrek van het voorarrest, en heeft rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure, die met meer dan 52 maanden was overschreden. De verdachte heeft persoonlijke omstandigheden aangevoerd, waaronder een diagnose van PDD-NOS en een cannabisverslaving, die hebben bijgedragen aan zijn criminele gedrag. De rechtbank heeft ook vorderingen tot schadevergoeding van benadeelde partijen behandeld, waarbij enkele vorderingen zijn toegewezen en andere zijn afgewezen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot betaling van schadevergoedingen aan de benadeelde partijen, te vermeerderen met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer: 03.238861.23
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer van 29 januari 2025
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. Th. Boumans, waarnemend voor
mr. L. van Tiggelen, advocaat te Heerlen.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de terechtzitting van 15 januari 2025. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
Geen van de benadeelde partijen is op zitting verschenen. De rechtbank heeft de vorderingen tot schadevergoeding behandeld.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, na wijziging, feitelijk weergegeven op neer dat de verdachte:
Feit 1:in de periode tussen 19 oktober 2014 en 28 februari 2019 twintig personen heeft opgelicht via Marktplaats;
Feit 2:in de periode tussen 1 maart 2019 en 24 september 2020 online handelsfraude heeft gepleegd via Marktplaats en daarbij zestien personen heeft opgelicht.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht beide feiten wettig en overtuigend bewezen.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Indien tegen dit verkort vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het vonnis, welke aan het vonnis zal worden gehecht.
Partieel vrijspraak feit 2
Op grond van het dossier is naar het oordeel van de rechtbank niet vast te stellen dat de onder feit 2 tenlastegelegde oplichting van [slachtoffer 1] (nr. 13) door de verdachte is gepleegd. Het in de aangifte van [slachtoffer 1] vermelde telefoon- en bankrekeningnummer, noch de gebruikte naam en het e-mailadres, zijn aan de verdachte te linken. De rechtbank zal de verdachte in zoverre dan ook vrijspreken.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat de verdachte
Feit 1
in de periode van 19 oktober 2014 tot en met 28 februari 2019 te Landgraaf, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid, de navolgende personen:
1. [slachtoffer 2] op 19 oktober 2014 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 20 euro (ten behoeve van een spel, te weten: call of duty ghost ps4) en
2. [slachtoffer 3] op 23 februari 2015 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 25 euro (ten behoeve van een spel, te weten: Fifa 15 voor ps3) en
3. [slachtoffer 4] op 22 en 23 februari 2015 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spel, te weten: GTA 5 voor playstation 4) en
4. [slachtoffer 5] op 4 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 25 euro (ten behoeve van een ticket, te weten voor het MegaPiratenFestijn) en
5. [slachtoffer 6] op 11 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 22 euro (ten behoeve van jeugdkaarten voor de zwarte cross) en
6. [slachtoffer 7] op 10 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 10 euro (ten behoeve van een boek) en
7. [slachtoffer 8] op 18 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 12,50 euro (ten behoeve van een boek) en
8. [slachtoffer 9] op 20 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 7,50 euro (ten behoeve van een boek) en
9. [slachtoffer 10] op 20 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 116,50 euro (ten behoeve van Playmobil) en
10. [slachtoffer 11] op 25 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 19 euro (ten behoeve van een boek) en
11. [slachtoffer 12] op 1 februari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 50 euro (ten behoeve van een boek) en
14. [slachtoffer 13] op 29 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 100 euro (ten behoeve van een race stuur) en
16. [slachtoffer 14] op 19 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spiderman product) en
17. [slachtoffer 15] op 19 oktober 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 20 euro (ten behoeve van een Walibi Fright Night ticket) en
18. [slachtoffer 16] op 29 oktober 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 369,50 euro (ten behoeve van drie adapters) en
19. [slachtoffer 17] op 12 november 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 57,50 euro (ten behoeve van enkele boeken) en
20. [slachtoffer 18] op 19 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 60 euro (ten behoeve van tickets voor ‘the christmas show’) en
21. [slachtoffer 19] op 21 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spel: Fifa 19) en
22. [slachtoffer 20] op 3 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 100 euro (ten behoeve van vijf kaartjes voor de Efteling) en
23. [slachtoffer 21] op 9 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 5 euro (ten behoeve van een pocketboek)
met het vorenomschreven oogmerk door valselijk en in strijd met de waarheid:
- op de internetsite www.marktplaats.nl, al dan niet met het gebruik van een (gedeeltelijk) gefingeerde naam en het gebruik van een e-mailadres waarin zijn eigen naam niet voorkomt, een of meer advertenties geplaatst waarin goederen te koop worden aangeboden en/of
- met voornoemde personen een of meermalen contact te onderhouden en/of overleg te voeren en/of informatie te verschaffen over de wijze van en/of betaling van voornoemde goederen en/of
- ( vervolgens) met voornoemde personen een prijs van aankoop van een of meer goed(eren) afgesproken en/of
- ( vervolgens) voornoemde personen zijn verdachtes rekeningnummer gegeven waarop het overeengekomen bedrag diende te worden overgemaakt en/of
- daarbij toe te zeggen dat deze goederen na ontvangst van betaling zouden worden toegezonden en/of geleverd en/of
- daarbij zich voor te doen als eigenaar/bezitter en als bonafide/betrouwbare verkoper van die voornoemde goederen en nadat het voor genoemde goederen gevraagde geldbedrag was overgemaakt naar voornoemde rekening, die te koop aangeboden goederen niet opgestuurd aan/naar voornoemde personen, waardoor die personen werden bewogen tot afgifte van een geldbedrag;
Feit 2
in de periode van 1 maart 2019 tot en met 24 september 2020 te Landgraaf een gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige levering zich van de betaling van die goederen te verzekeren door
12. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 22] op 22 september 2019 een geldbedrag van 19,35 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen;
15. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 23] op 23 september 2019 een geldbedrag van 20 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
24. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 24] op 31 januari 2020 een geldbedrag van 14 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
25. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een Keyboard Rockband standaard waarna door [slachtoffer 25] op 5 februari 2020 een geldbedrag van 26,75 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
26. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 26] op 6 februari 2020 een geldbedrag van 14,50 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
27. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor Lego friends waarna door [slachtoffer 27] op 23 februari 2020 een geldbedrag van 46,95 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
28. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 28] op 24 februari 2020 een geldbedrag van 10 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
29. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een Monchhichi speelhuis deluxe waarna door [slachtoffer 29] op 25 februari 2020 een geldbedrag van 120 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
30. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 30] op 27 februari 2020 een geldbedrag van 7,85 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
31. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een houten sportstuur waarna door [slachtoffer 31] op 9 maart 2020 een geldbedrag van 106,95 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
32. op de internetsite www.marktplaats.nl te reagerenop een advertentie voor een Playstation 4 waarna door [slachtoffer 32] op 22 maart 2020 een geldbedrag van 80 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
33. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een antenne en hoedenplank waarna door [slachtoffer 33] op 27 maart 2020 een geldbedrag van 36,95 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
34. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een Playstation 4 waarna door [slachtoffer 34] op 1 april 2020 een geldbedrag van 130 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
35. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een boek waarna door [slachtoffer 35] op 7 april 2020 een geldbedrag van 14,35 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen en;
36. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een Lego technic kraan 42009 moc waarna door [slachtoffer 36] op 8 april 2020 een geldbedrag van 200 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen;
37. op de internetsite www.marktplaats.nl te reageren op een advertentie voor een Playstation 4 waarna door [slachtoffer 37] op 19 april 2020 een geldbedrag van 155 euro werd overgemaakt op het door verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde dat goed te kopen.
In het licht van het ter terechtzitting verhandelde, in het bijzonder de bekennende verklaring van de verdachte, en hetgeen uit het dossier naar voren komt, begrijpt de rechtbank het onder feit 2 tenlastegelegde ‘plaatsen van een advertentie’ zo dat daaronder mede dient te worden verstaan het reageren op door hiervoor genoemde personen geplaatste (zoek)advertenties. Ter terechtzitting is gebleken dat het de verdachte en zijn raadsman duidelijk is welk verwijt aan de verdachte wordt gemaakt, nu door de verdachte ter zitting desgevraagd werd aangegeven dat hij in de tenlastegelegde periode onder feit 2 zowel zelf advertenties heeft geplaatst als heeft gereageerd op bestaande advertenties van anderen waarin zij aangaven op zoek te zijn naar een bepaald goed. Daarnaast heeft de verdediging geen verweer gevoerd met betrekking tot de tenlastegelegde feiten.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert de volgende strafbare feiten op:
Feit 1
oplichting, meermalen gepleegd;
Feit 2
een gewoonte maken van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich van de betaling van die goederen te verzekeren.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

5.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is strafbaar, omdat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

6.De straf

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen zij bewezen heeft geacht gevorderd aan de verdachte op te leggen een taakstraf voor de duur van 240 uren waarvan 132 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, met aftrek van het voorarrest.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft geen verweer gevoerd ten aanzien van de strafmaat.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen.
De verdachte heeft zich gedurende een lange periode van bijna zes jaar schuldig gemaakt aan online handelsfraude, waarbij hij op het platform Marktplaats goederen te koop aanbood en verkocht die hij vervolgens niet leverde. Door zijn handelen heeft hij een groot aantal slachtoffers gemaakt, waarvan het aantal in deze zaak betrokken aangevers wellicht nog maar het topje van de ijsberg is, die financieel zijn benadeeld. De rechtbank acht het zeer kwalijk dat de verdachte over een lange tijd doelbewust en systematisch misbruik heeft gemaakt van het vertrouwen van anderen om zichzelf financieel te bevoordelen. Het maatschappelijk vertrouwen in online handel en het handelsverkeer wordt door dergelijke praktijken ernstig geschaad. Voor feiten van deze aard worden doorgaans dan ook onvoorwaardelijke gevangenisstraffen van langere duur opgelegd.
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank echter ook rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Vaststaat dat de verdachte is gediagnosticeerd met PDD-NOS en dat hij gedurende de pleegperiode kampte met een cannabisverslaving. De bekostiging van deze verslaving is naar eigen opgave van de verdachte ook aanleiding geweest om de feiten te plegen. Positief acht de rechtbank dat de verdachte uit eigen beweging hulp heeft gezocht en met de ondersteuning van een coach zijn leven ingrijpend heeft verbeterd. Hij is inmiddels schuldenvrij, heeft een vaste baan, woont zelfstandig en is gestopt met het gebruik van cannabis. Deze ontwikkelingen laten zien dat de verdachte zijn leven op de rit heeft gekregen en dragen bij aan een positief toekomstperspectief. Gelet op deze omstandigheden acht de rechtbank het niet passend om een gevangenisstraf op te leggen.
De rechtbank houdt verder rekening met het feit dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak fors is overschreden. In deze zaak is sprake van aanzienlijk tijdsverloop dat niet te wijten is aan de verdediging of de ingewikkeldheid van de zaak. De verdachte is op 24 september 2020 door de politie aangehouden en in verzekering gesteld. Op 27 september 2020 is de verdachte heengezonden. Er is niet gebleken van bijzondere omstandigheden, waardoor de behandeling van de zaak vóór 27 september 2022 afgerond had moeten zijn. Pas in december 2024 heeft de verdachte een dagvaarding van het Openbaar Ministerie mogen ontvangen en op 29 januari 2025 doet de rechtbank uitspraak. De redelijke termijn is daarmee met ruim 52 maanden overschreden, gedurende welke tijd de verdachte geen nieuwe strafbare feiten heeft gepleegd. Deze periode heeft in zekere zin als een informele proeftijd gefunctioneerd. Mede daarom ziet de rechtbank geen aanleiding om een voorwaardelijk strafdeel op te leggen. Tot slot merkt de rechtbank op dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is.
Alles afwegende acht de rechtbank een taakstraf voor de duur van 100 uren een passende straf en zal zij de verdachte daartoe veroordelen. Op deze taakstraf wordt de duur van het voorarrest in mindering gebracht en als verdachte deze taakstraf niet of niet goed zal uitvoeren wordt deze vervangen door 50 dagen hechtenis.

7.De benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel

7.1
De vordering van de benadeelde partij
In deze zaak hebben 11 van de 36 slachtoffers zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door indiening van een vordering tot schadevergoeding. In die vorderingen verzoeken zij schadeloosstelling voor de door hen geleden schade, bestaande uit de door hen naar de rekening van de verdachte overgemaakte geldbedragen ten behoeve van de aankoop van verschillende goederen.
Enkele benadeelde partijen hebben tevens een vergoeding voor immateriële schade gevorderd.
7.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot volledige toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 4] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 24] , [slachtoffer 26] en [slachtoffer 36] , te vermeerderen met wettelijke rente. Aan de verdachte moet daarnaast de schadevergoedingsmaatregel van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht worden opgelegd.
Ten aanzien van de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 19] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 31] en [slachtoffer 37] heeft zij geconcludeerd tot toewijzing van de vorderingen tot vergoeding van de materiële schade in zoverre die ziet op de overgemaakte geldbedragen en tot niet-ontvankelijkverklaring van de vorderingen voor zover deze immateriële schade betreffen.
De officier van justitie acht benadeelde partij [slachtoffer 15] geheel niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding.
7.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman acht alle vorderingen in zoverre deze zien op materiële schade die bestaat uit de overgemaakte geldbedragen toewijsbaar. De overige vorderingen dienen geheel of gedeeltelijk niet-ontvankelijk te worden verklaard.
7.4
Het oordeel van de rechtbank
De navolgende benadeelde partijen hebben materiële schadevergoeding gevorderd ter hoogte van de door hen overgemaakte geldbedragen voor de koop van door de verdachte niet geleverde producten:
  • [slachtoffer 4] € 30,-
  • [slachtoffer 9] € 7,50
  • [slachtoffer 10] € 116,50
  • [slachtoffer 21] € 12,50
  • [slachtoffer 24] € 14,-
  • [slachtoffer 26] € 14,50
  • [slachtoffer 36] € 200,-
De rechtbank acht deze vorderingen, die door de verdediging niet zijn betwist, geheel toewijsbaar. De verdachte is aansprakelijk voor deze schade. De rechtbank zal deze vorderingen daarom toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente, en zal ook de schadevergoedingsmaatregel aan de verdachte opleggen.
[slachtoffer 31]
De benadeelde partij [slachtoffer 31] vordert een bedrag van € 200,- aan materiële schade. De rechtbank is van oordeel dat de vordering voor zover zij een bedrag van € 106,95, zijnde het door de benadeelde aan de verdachte overgemaakte bedrag, te boven gaat onvoldoende is onderbouwd, omdat uit de aangifte blijkt dat het sportstuur voor € 106,95 is gekocht.
De rechtbank zal de schade aldus toewijzen tot een bedrag van € 106,95, te vermeerderen met de wettelijke rente, en zal ook de schadevergoedingsmaatregel aan de verdachte opleggen.
Voor het overige zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering.
[slachtoffer 19] en [slachtoffer 37]
Door de benadeelde partij [slachtoffer 19] is een bedrag van € 95,- gevorderd, bestaande uit € 30,- materiele en € 65,- immateriële schade.
Door de benadeelde partij [slachtoffer 37] is een bedrag van € 755,- gevorderd, bestaande uit € 155,- materiele en € 600,- immateriële schade.
Voor wat betreft de gevorderde materiële schade, door de verdediging niet betwist, is de rechtbank van oordeel dat deze geheel toewijsbaar is. De verdachte is aansprakelijk voor deze schade. De rechtbank zal de vorderingen in zoverre toewijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente, en zal ook de schadevergoedingsmaatregel aan de verdachte opleggen.
Op grond van artikel 6:106, aanhef en onder b, heeft een benadeelde partij recht op schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat, indien de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Volgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad is van een aantasting in de persoon op andere wijze in ieder geval sprake in het geval dat de benadeelde partij geestelijk letsel heeft opgelopen, een en ander onderbouwd met voldoende concrete gegevens waaruit blijkt dat in verband met de omstandigheden van het geval psychische schade is ontstaan. Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt het aan een dergelijke onderbouwing bij zowel benadeelde partij [slachtoffer 19] als benadeelde partij [slachtoffer 37] , reden waarom de gevorderde schade in beginsel niet toewijsbaar is.
Daarvan kan worden afgeweken als de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de in dit verband relevante nadelige gevolgen voor de benadeelde zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon zonder meer kan worden aangenomen. Ook daarvan is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake. In onderhavige zaak betreft het een relatief eenvoudig vermogensdelict, dat zich geheel online heeft voltrokken. Hoe vervelend dergelijke praktijken ook zijn, kan niet zonder meer worden gezegd dat dit een aantasting in de persoon op andere wijze oplevert.
De rechtbank zal beide benadeelde partijen daarom niet-ontvankelijk verklaren in hun vorderingen tot immateriële schadevergoeding.
[slachtoffer 15]
De benadeelde partij [slachtoffer 15] vordert een bedrag van € 920,- aan materiële schade. Dit bedrag ziet kennelijk op gereedschap van Makita en reiskoffers, die volgens opgave van de benadeelde zouden zijn weggenomen bij een inbraak. Deze gevorderde schade valt echter geheel buiten het feitencomplex waarop deze zaak betrekking heeft, waardoor het ontbreekt aan een (rechtstreeks) verband tussen de bewezenverklaarde feiten en de schade. De rechtbank zal de benadeelde partij daarom niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.

8.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 22c, 22d, 36f, 57, 63, 326 en 326e van het Wetboek van Strafrecht.

9.De beslissing

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
  • spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezen verklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
  • verklaart de verdachte strafbaar;
Straf
  • veroordeelt de verdachte tot een
  • beveelt dat indien de veroordeelde de taakstraf niet of niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast van 50 dagen;
- beveelt dat de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van deze taakstraf in mindering zal worden gebracht, naar rato van twee uren per dag;
Benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 4] , van een bedrag van € 30,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 23 februari 2015 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 9] , van een bedrag van € 7,50, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 20 januari 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 10] , van een bedrag van € 116,50, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 20 januari 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 2 dagen, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 21] , van een bedrag van € 12,50, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 9 januari 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 24] , van een bedrag van € 14,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 31 januari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 26] , van een bedrag van € 14,50, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 6 februari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 36] , van een bedrag van € 200,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 8 april 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 4 dagen, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij voor het meer gevorderde niet-ontvankelijk in haar vordering;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 31] , van een bedrag van € 106,95, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 9 maart 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 2 dagen, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij voor het meer gevorderde niet-ontvankelijk in haar vordering;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 19] , van een bedrag van € 30,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 21 december 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 1 dag, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
  • wijst de vordering van de benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij voor het meer gevorderde niet-ontvankelijk in haar vordering;
  • veroordeelt de verdachte tevens in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot heden begroot op nihil, en in de proceskosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog zal maken;
  • legt aan de verdachte op de verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 37] , van een bedrag van € 155,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over de periode van 19 april 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
  • bepaalt dat, indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 3 dagen, met dien verstande dat de toepassing van deze gijzeling de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet opheft;
  • bepaalt dat de verdachte van zijn schadevergoedingsplicht jegens de benadeelde is bevrijd voorzover hij heeft voldaan aan een van de hem opgelegde verplichtingen tot vergoeding van de schade;
- verklaart de benadeelde partij
[slachtoffer 15] niet-ontvankelijkin haar vordering tot schadevergoeding.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.B.A. Ferwerda, voorzitter, mr. M.J.M. Goessen en mr. C.P.W. van Well, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.H.R.G. van Kerkhof, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 29 januari 2025.
Mr. Ferwerda is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging – ten laste gelegd dat
Feit 1
hij in of omstreeks de periode van 19 oktober 2014 tot en met 28 februari 2019 te Landgraaf en/of elders in Nederland, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgre(e)p(en) en/of door een samenweefsel van verdichtsels, de navolgende personen:
1. [slachtoffer 2] op of omstreeks 19 oktober 2014 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 20 euro (ten behoeve van een spel, te weten: call of duty ghost ps4) en/of;
2. [slachtoffer 3] op of omstreeks 23 februari 2015 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 25 euro (ten behoeve van een spel, te weten: Fifa 15 voor ps3) en/of;
3. [slachtoffer 4] op of omstreeks 22 en 23 februari 2015 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spel, te weten: GTA 5 voor playstation 4) en/of;
4. [slachtoffer 5] op of omstreeks 4 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 25 euro (ten behoeve van een ticket, te weten voor het MegaPiratenFestijn) en/of;
5. [slachtoffer 6] op of omstreeks 11 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 22 euro (ten behoeve van jeugdkaarten voor de zwarte cross) en/of;
6. [slachtoffer 7] op of omstreeks 10 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 10 euro (ten behoeve van een boek) en/of;
7. [slachtoffer 8] op of omstreeks 18 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 12,50 euro (ten behoeve van een boek) en/of;
8. [slachtoffer 9] op of omstreeks 20 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 7,50 euro (ten behoeve van een boek) en/of;
9. [slachtoffer 10] op of omstreeks 20 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 116,50 euro (ten behoeve van Playmobil) en/of;
10. [slachtoffer 11] op of omstreeks 25 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 19 euro (ten behoeve van een boek) en/of;
11. [slachtoffer 12] op of omstreeks 1 februari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 50 euro (ten behoeve van een boek) en/of;
14. [slachtoffer 13] op of omstreeks 29 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 100 euro (ten behoeve van een race stuur) en/of;
16. [slachtoffer 14] op of omstreeks 19 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spiderman product) en/of;
17. [slachtoffer 15] op of omstreeks 19 oktober 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 20 euro (ten behoeve van een Walibi Fright Night ticket) en/of;
18. [slachtoffer 16] op of omstreeks 29 oktober 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 369,50 euro (ten behoeve van drie adaptors) en/of;
19. [slachtoffer 17] op of omstreeks 12 november 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 57,50 euro (ten behoeve van enkele boeken) en/of;
20. [slachtoffer 18] op of omstreeks 19 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 60 euro (ten behoeve van tickets voor ‘the christmas show’) en/of;
21. [slachtoffer 19] op of omstreeks 21 december 2018 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 30 euro (ten behoeve van een spel: Fifa 19) en/of;
22. [slachtoffer 20] op of omstreeks 3 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 100 euro (ten behoeve van vijf kaartjes voor de Efteling) en/of;
23. [slachtoffer 21] op of omstreeks 9 januari 2019 heeft bewogen tot betaling/afgifte van een geldbedrag van 5 euro (ten behoeve van een pocketboek) en/of;
(telkens) met het vorenomschreven oogmerk door valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- op de internetsite www.marktplaats.nl, al dan niet met (telkens) het gebruik van een (gedeeltelijk) gefingeerde naam en (telkens) het gebruik van (een) e-mailadres(sen) waarin zijn eigen naam niet voorkomt, een of meer advertentie(s) geplaatst waarin (een) goed(eren), namelijk boek(en), game(s), Playstation(s) 4, ticket(s), adaptor(s), Playmobil, race stuur, spiderman product, antenne en hoedenplank voor een Ford Focus, en/of een of meer andere (elektronische) producten, te koop aangeboden en/of
- met een of meer van voornoemde personen een of meermalen contact te onderhouden en/of overleg te voeren en/of informatie te verschaffen over de wijze van en/of betaling van voornoemde goederen en/of
- ( vervolgens) met voornoemd(e) perso(o)n(en) een prijs van aankoop van een of meer goed(eren) afgesproken en/of
- ( vervolgens) voornoemd(e) perso(o)n(en) zijn verdachtes rekeningnummer gegeven waarop het overeengekomen bedrag diende te worden overgemaakt en/of
- daarbij toe te zeggen dat deze goederen na ontvangst van betaling zouden worden toegezonden en/of geleverd en/of
- daarbij zich voor te doen als eigenaar/bezitter en/of als bonafide/betrouwbare verkoper van die voornoemde goederen en/of nadat het voor genoemd(e) goed(eren) gevraagde geldbedrag was overgemaakt naar voornoemde rekening, die/dat te koop aangeboden goed(eren) (telkens) niet afgeleverd en/of verstrekt en/of opgestuurd aan/naar voornoemd(e) perso(o)n(en), waardoor die perso(o)n(en) (telkens) werden bewogen tot afgifte van een geldbedrag, in elk geval van enig goed;
Feit 2
hij op tijdstippen in periode van 1 maart 2019 tot en met 24 september 2020 te Landgraaf en/of elders in Nederland, een beroep of gewoonte heeft gemaakt van het door middel van een geautomatiseerd werk verkopen van goederen en/of het verlenen van diensten tegen betaling met het oogmerk om zonder volledige levering zich en/of een ander van de betaling van die goederen of diensten te verzekeren door
12. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 22] op of omstreeks 22 september 2019 een geldbedrag van 19,35 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
13. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor Samsung Galaxy Buds oordopjes te plaatsen waarna door [slachtoffer 1] op of omstreeks 24 november 2019 een geldbedrag van 75 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
15. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 23] op of omstreeks 23 september 2019 een geldbedrag van 20 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
24. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 24] op of omstreeks 31 januari 2020 een geldbedrag van 14 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
25. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Keyboard Rockband standaard te plaatsen waarna door [slachtoffer 25] op of omstreeks 5 februari 2020 een geldbedrag van 26,75 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
26. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 26] op of omstreeks 6 februari 2020 een geldbedrag van 14,50 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
27. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor Lego friends te plaatsen waarna door [slachtoffer 27] op of omstreeks 23 februari 2020 een geldbedrag van 46,95 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
28. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 28] op of omstreeks 24 februari 2020 een geldbedrag van 10 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
29. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Monchichi speelhuis deluxe te plaatsen waarna door [slachtoffer 29] op of omstreeks 25 februari 2020 een geldbedrag van 120 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
30. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 30] op of omstreeks 27 februari 2020 een geldbedrag van 7,85 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
31. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een houten sportstuur te plaatsen waarna door [slachtoffer 31] op of omstreeks 9 maart 2020 een geldbedrag van 106,95 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
32. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Playstation 4 te plaatsen waarna door [slachtoffer 32] op of omstreeks 22 maart 2020 een geldbedrag van 80 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen; en/of
33. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een antenne en hoedenplank te plaatsen waarna door [slachtoffer 33] op of omstreeks 27 maart 2020 een geldbedrag van 36,95 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen; en/of
34. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Playstation 4 te plaatsen waarna door [slachtoffer 34] op of omstreeks 1 april 2020 een geldbedrag van 130 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
35. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een boek te plaatsen waarna door [slachtoffer 35] op of omstreeks 7 april 2020 een geldbedrag van 14,35 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen en/of;
36. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Lego technic kraan 42009 moc te plaatsen waarna door [slachtoffer 36] op of omstreeks 8 april 2020 een geldbedrag van 200 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen;
37. op de internetsite www.marktplaats.nl een advertentie voor een Playstation 4 te plaatsen waarna door [slachtoffer 37] op of omstreeks 19 april 2020 een geldbedrag van 155 euro werd overgemaakt op het door hem verdachte opgegeven rekeningnummer teneinde die/dat goed(eren) te kopen/diensten af te nemen.