Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De beoordeling
- dagvaarding € 137,38
- griffierecht € 385,00
- salaris gemachtigde €
Rechtbank Limburg
Op 11 juni 2025 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een vonnis gewezen in de zaak tussen Stichting Woonpunt, eisende partij, en een gedaagde die in persoon procedeerde. De procedure is gestart met een dagvaarding en een antwoord van de gedaagde partij. De gedaagde heeft de vordering van de eiseres niet betwist, waardoor de kantonrechter heeft besloten de vordering toe te wijzen. De gedaagde heeft verzocht om een betalingsregeling, maar de kantonrechter heeft aangegeven dat deze niet kan worden opgelegd en dat de gedaagde zich rechtstreeks tot de gemachtigde van de eiseres moet richten.
De kantonrechter heeft de gedaagde partij veroordeeld om aan de eisende partij een bedrag van € 2.373,91 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente over een deel van dit bedrag vanaf 9 januari 2025. Daarnaast is de gedaagde partij veroordeeld in de kosten van de procedure, die aan de zijde van de eisende partij zijn begroot op € 726,38. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is openbaar uitgesproken door mr. R.H.J. Otto.