Uitspraak
1.De procedure
- de schriftelijke weergave van het mondelinge antwoord
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek met de schriftelijke weergave van de mondelinge dupliek.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft VGZ Zorgverzekeraar N.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde die een zorgverzekeringsovereenkomst met VGZ heeft gesloten. De gedaagde heeft een deel van de verschuldigde bedragen op basis van deze overeenkomst onbetaald gelaten. VGZ vordert betaling van € 2.191,29, vermeerderd met rente en kosten, en legt aan haar vordering ten grondslag dat de gedaagde in gebreke is gebleven met het betalen van de zorgpremie en zorgkostenfacturen. De totale achterstand bedraagt volgens VGZ € 3.365,05, met bijkomende kosten van € 167,75 aan buitengerechtelijke incassokosten en € 333,26 aan wettelijke rente tot 1 januari 2025. De gedaagde heeft geen inhoudelijk verweer gevoerd en erkent de vordering, maar verzoekt om een betalingsregeling en gedeeltelijke kwijtschelding.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde geen verweer heeft gevoerd tegen de hoofdsom van € 3.365,05, waardoor deze zal worden toegewezen. De kantonrechter heeft ook de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente toegewezen, aangezien VGZ aan de vereisten van het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten heeft voldaan. Uiteindelijk is de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 2.191,29, te vermeerderen met wettelijke rente, en is hij in de proceskosten veroordeeld tot een bedrag van € 1.040,89. De kantonrechter heeft verder opgemerkt dat verzoeken om betalingsregelingen en kwijtschelding niet in deze procedure behandeld kunnen worden, en dat de gedaagde zich hiervoor tot VGZ moet wenden.